Wereldburger met groene mantra’s

Bert Lauwers
Bert Lauwers redacteur bij Trends

Frank Coenen is de architect van de groene metamorfose van het afgeslankte chemiebedrijf Tessenderlo Group. Het levert hem zijn eerste nominatie voor Manager van het Jaar op.

Het is met enige tegenzin dat Frank Coenen (52) ons ontvangt. Gelukkig heeft dat alles te maken met zijn afkeer van personencultus en het feit dat hij zich liever focust op zijn mammoettaak bij Tessenderlo. Sinds hij twee jaar geleden in volle crisis aantrad als CEO ging hij met de grove borstel door de groep. Onder zijn leiding werd het bedrijf uit de pijnlijk rode cijfers gesleurd en werd de schuldenlast verlicht. Bovenal heeft hij de structuur van het beursgenoteerde bedrijf dat groot werd in de basischemie vereenvoudigd. Hij legde de focus op specialiteiten voor landbouw, watermanagement en de verwerking van afvalstromen.

Die metamorfose is ook de sectorgenoten niet ontgaan. “Ik heb heel veel respect voor de transformatie in andere ondernemingen, niet het minst voor wat Frank Coenen doet bij Tessenderlo”, zegt Wouter De Geest, de CEO van BASF Antwerpen, voorzitter van de sectorfederatie essenscia en medegenomineerde. “Het is niet simpel om een onderneming in chemie in een ander, vergroend tijdperk te brengen.”

Niet simpel, maar Tessenderlo heeft volgens Coenen geen andere keuze. “Tessenderlo Group zal een sustainable bedrijf zijn of het zal niet zijn”, schreef hij in een manifest waarin hij zijn ideeën, verpakt in acht mantra’s, voor een duurzame toekomst voor zijn bedrijf oplijstte. Hij heeft het in boekvorm gegoten en verdeeld bij het personeel, dat van 8200 eind vorig jaar werd teruggebracht tot 7200.

Uitdagingen aan de groeikant

De transformatie kwam net voor de zomer in een stroomversnelling door de verkoop van de chronisch verlieslatende activiteiten in pvc en chlooralkali. “Voor onze strategie was dat het moeilijkste stuk, omdat het een business is met een enorme overcapaciteit. Maar het was een absolute must om die strategie te kunnen uitvoeren.” Daarnaast verkochten we afdelingen in Canada, de VS en Engeland, twee activiteiten in Frankrijk en binnenkort één in Italië.

“Het gaat hard”, zegt Coenen. “Een kwart van de omzet van vorig jaar werd verkocht, en het grootste deel van de opbrengst werd alweer geïnvesteerd, onder meer in onze Amerikaanse dochter Kerley. We zitten op schema, zowel met de portfolio reshuffle als met de strategie, resultaten en schuldgraad. En na de belangrijke desinvesteringen van dit jaar ligt de uitdaging nu aan de groeikant, welke van de drie groeipolen we tegen welke snelheid uitbouwen. Er zijn projecten. We gaan bewegen.”

“We hebben ook geluk dat de activiteiten waarop we werken de meest rendabele zijn en crisisongevoelig waren. Het leuke is dat we hier voor een miljard euro business hebben die op duurzaamheid inspeelt. Alleen kan je je niet inbeelden welke enorme stress dat aan de organisatie geeft. Er is niet alleen ongerustheid, maar ook extra werklast, boven op de bestaande business. En het zal de komende jaren niet kalmeren.”

Coenen trok begin 2010 in Trends nog aan de alarmbel, omdat de overheid de chemiesector te stiefmoederlijk behandelde. Intussen lijkt het tij te keren. “De overheid krijgt duidelijk interesse voor de industrie. Iedereen weet dat we oplossingen brengen. Chemie is cruciaal om in te spelen op de megatrends. Als je weet dat we 70 procent meer voedsel moeten produceren tegen 2050, kan dat alleen door innovatie in meststoffen, gewasbescherming, maar ook in verpakking en waterzuivering. Ik ben voor de chemie dan ook heel optimistisch. Terwijl andere industrieën in Europa afzien, kunnen wij een voortrekkersrol spelen.”

In de driver’s seat

Coenen is scheikundig ingenieur en werd in Deinze geboren. Hij werkte twintig jaar voor UCB tot hij in 2005 overstapte naar Tessenderlo. Hij vertoefde voor UCB om de haverklap in de VS, en woonde met zijn Amerikaanse vrouw en vier kinderen van 2000 tot 2005 in Kuala Lumpur en Sjanghai. Het was al bij zijn overstap voorzien dat hij CEO zou worden, maar eerst moest hij zich bewijzen als baas van de chemietak.

“Sommigen denken dat ik heel ambitieus ben, maar het was nooit mijn ambitie om CEO te worden”, stelt Coenen. “Ik wil gewoon mijn job goed doen. Je moet er voor jezelf het maximale uit halen. De carrière volgt automatisch. De job van CEO is ook heel anders dan ik mij voorgesteld had. Ongelofelijk hoe die druk is gestegen. Maar het leuke is dat je werkelijk in de driver’s seat zit. Een controlefreak? Iemand waarin ik het volste vertrouwen heb, krijgt van mij bijzonder veel vrijheid.”

Coenen staat ook bekend als een uitstekend communicator. “Goed communiceren, vergt zeer veel voorbereiding”, reageert de Oost-Vlaming, die ook bestuurder is in de sectorfederatie essenscia en in Voka, de European Petrochemical Association en VKW Limburg. Hij wordt om de haverklap gepolst voor bestuurszitjes bij andere bedrijven. “Op termijn interesseert het me wel, omdat je ongetwijfeld veel leert voor je eigen bedrijf. Maar daarvoor is het nu veel te vroeg. Ik heb de handen meer dan vol.”

BERT LAUWERS

“Als je weet dat we 70 procent meer voedsel moeten produceren tegen 2050, kan dat alleen door innovatie in meststoffen, gewasbescherming, maar ook in verpakking en waterzuivering” Fank Coenen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content