We verkwanselen het migratiedividend

Daan Killemaes
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

Terwijl Laurette Onkelinx (PS) Bart De Wever (N-VA) wegzet als racist, loopt de jongerenwerkloosheid in Brussel, waar Onkelinx voorzitter van haar partij is, op tot een mensonterende 50 procent in wijken met veel migranten. Ook elders in het land is de situatie van migranten op de arbeidsmarkt schrijnend. Slechts een op de twee migranten op arbeidsleeftijd is aan de slag. Voor migranten van buiten de Europese Unie daalt de werkgelegenheidsgraad naar 46 procent, en voor vrouwen uit die groep zelfs naar 37 procent. In vergelijking met andere westerse landen zijn dat abominabele cijfers. Het verschil met de Belgen (70 % van de Vlamingen op arbeidsleeftijd is aan de slag) is onrustwekkend groot. Allochtonen verdienen ook een pak minder en moeten tevreden zijn met banen waarvoor veel autochtonen hun neus ophalen. Dat voedt armoede en sociale uitsluiting, waarschuwt de OESO in haar jongste rapport over België. De lijn kan misschien niet worden doorgetrokken naar radicalisering en het proportioneel hoge aantal Syriëstrijders uit België, maar de feiten zijn wat ze zijn.

Een vermanende vinger kan worden opgestoken naar racisme en discriminatie, en naar een slechte werkattitude. Maar die factoren spelen bijlange geen hoofdrol in dit drama. De zogenaamde mysterycalls, waarbij bedrijven getest worden op discriminatie, zullen weinig zoden aan de dijk brengen en ontkennen de grond van de zaak.

De toegang tot de arbeidsmarkt wordt vooral gebarricadeerd door de slechte werking van die markt, met hoge minimum-lonen, hoge loonkosten, werkloosheidsvallen en andere toegangsdrempels. Daar zijn vooral minder gekwalificeerde arbeidskrachten — in de eerste plaats migranten — het belangrijkste slachtoffer van. Het is ironisch dat diegenen die het hardst schreeuwen over racisme en discriminatie op de bedrijfsvloer, de werkgelegenheidskansen van migranten vaak het meest ondermijnen. Zo beschermen de vakbonden vooral de rechten en de lonen van wie een baan heeft ten koste van wie werk zoekt.

Naast een relatief gesloten arbeidsmarkt kampen vooral migranten van buiten de Europese Unie met een oplopende achterstand in scholing en vaardigheden. Het aandeel lager opgeleide migranten is in België relatief hoog. Dat heeft veel te maken met de samenstelling van de instroom van buiten de EU. Slechts 10 procent komt naar hier voor een betaalde baan, drie kwart verhuist voor een gezinshereniging, of om humanitaire en politieke redenen. De instroom moet veel beter worden afgestemd op de behoeften van de arbeidsmarkt. Tel daarbij een taalprobleem en een beperkt netwerk, en voor velen is de toetredingsdrempel tot de arbeidsmarkt een niet te nemen hindernis.

De zwakke integratie van migranten op de arbeidsmarkt kan ons zuur opbreken. Door de forse migratie-instroom sinds 2000 (tot een piek van 140.000 mensen in 2010) bestaat 16 procent van de bevolking uit nieuwe Belgen. De instroom is ook diverser geworden, met een lager aandeel uit de omringende Europese landen. De groei van de Belgische bevolking sinds 1990 steunt grotendeels op die migratie, en omdat de migranten doorgaans jonger zijn dan de Belgen, is hun aandeel in de beroepsbevolking al opgelopen tot 20 procent. Die jonge arbeidskrachten gaan ons pensioen betalen. Enfin, dat hopen we toch.

De Europese Commissie en het Planbureau zetten enkele weken geleden het mes in de vergrijzingskosten dankzij de stijgende bijdragen van een in omvang stijgende beroepsbevolking. De onderliggende veronderstelling is natuurlijk dat de nieuwe Belgen vlot werk vinden. Dat is dus absoluut niet het geval, zonder uitzicht op snel beterschap. Schrap de toekomstige sociale bijdragen van die groep, en de vergrijzing wordt opnieuw onbetaalbaar. Kortom, we zijn het migratiedividend aan het verkwanselen, terwijl we ons dat absoluut niet kunnen veroorloven.

Migranten hebben behoefte aan maatregelen die hun kansen op werk verhogen, maar ze zijn nog het meest gebaat bij een soepele arbeidsmarkt. Verlaag bijvoorbeeld het minimumloon, of verlaag de lasten op de laagste lonen nog meer, en de meest kwetsbaren op de arbeidsmarkt, zoals migranten, zien hun kansen op tewerkstelling spectaculair stijgen. Zulke maatregelen zijn ook goed voor de hele economie, en ondersteunen de banencreatie. In Brussel kunnen ze zo’n dynamiek goed gebruiken.

DAAN KILLEMAES

Diegenen die het hardst schreeuwen over discriminatie op de bedrijfsvloer, ondermijnen de werkgelegenheidskansen van migranten het meest.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content