‘We moeten de jongeren terug naar hier halen’
Lieven Danneels is CEO van het elektronicabedrijf Televic Group en al vier jaar voorzitter van Voka West-Vlaanderen. Hij houdt de kritische succesfactoren van de provincie in het oog. Sinds vorig jaar is hij ook voorzitter van het digitale onderzoekscentrum iMinds.
Hoe doet West-Vlaanderen het?
LIEVEN DANNEELS. “Onze economie draait goed. Wij zijn nog altijd de meest geïndustrialiseerde provincie van België en onze zeer gediversifieerde industrie scoort sterk. We hebben straffe clusters in vloerbekleding, voeding, machinebouw en ICT. Onze industriële tewerkstelling neemt af, zoals in de rest van Vlaanderen, maar zit nog altijd boven het Vlaamse gemiddelde.
“Het aantal exportcertificaten – certificaten van oorsprong voor export buiten de Europese Unie – stijgt nog altijd. Daarin speelt onder meer onze machinebouw een rol, met bedrijven als Picanol, Van de Wiele en LVD. Iran is het nummer vier in het aantal exportcertificaten vanuit West-Vlaanderen. Voor de rest zijn onze grootste handelspartners ook die van Vlaanderen.”
Nochtans krijgt West-Vlaanderen duidelijk gemiddeld minder innovatiesteun.
DANNEELS. “De overheidsmiddelen voor innovatie gaan hoofdzakelijk naar de ruit Antwerpen-Brussel-Leuven-Gent. Vooral de universiteiten zijn aantrekkingspolen. Wij zitten wat verder van het centrum. In 2014 kregen West-Vlaamse bedrijven 36,1 miljoen euro steun van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen, het vroegere IWT. Dat is 12,8 procent van het totaal. Dat is te weinig in verhouding tot ons inwonersaantal en zeker tot onze industrie. Ook het aantal patenten in West-Vlaanderen lag met 91,6 per miljoen inwoners een stuk lager dan de 128,3 in de rest van Vlaanderen.
“Er is dus een gemengd beeld. Langs de ene kant een heel sterke industriële provincie, met werkloosheidsgraden die de laagste van Vlaanderen zijn. In de regio Tielt maar 4,81 procent in september 2015, tegen 7,93 procent voor Vlaanderen. Aan de andere kant scoren we zwakker in innovatiesteun. Innovatie is nochtans een belangrijke graadmeter.”
West-Vlaanderen mist een grote investeringsmaatschappij zoals LRM.
DANNEELS. “West-Vlaanderen heeft nooit echt veel overheidsmiddelen aangetrokken voor zijn reconversie. Het Strategisch Actieplan Limburg (SALK) heeft honderden miljoenen gekregen voor de reconversie na het verlies van Ford Genk en zijn 8000 banen. Bij ons zijn 15.000 banen gesneuveld in de textielindustrie, maar hier is een spontane transformatie gebeurd. Misschien is het waar wat onze gouverneur zegt: dat we hier op een gezonde afstand zitten van de macht en het gevoel hebben dat we het op eigen kracht wel kunnen.”
Andere provincies hebben onderzoekscentra als imec, iMinds, VIB, VITO, Flanders Make… Waar zit West-Vlaanderen?
DANNEELS. “West-Vlaanderen heeft alleen de bachelorcampus Kulak, de ingenieursopleidingen van de UGent in Kortrijk en de ingenieursopleidingen van de KU Leuven in Brugge. Er zijn geen strategische onderzoekscentra, geen volwaardige universiteiten. Dat is een nadeel. De twee ingenieursopleidingen en de Kulak doen wel enorme inspanningen. In de Kulak bijvoorbeeld rond educatieve technologie, ITEC.”
Misschien bewijst uw provincie precies dat die onderzoekscentra niet zo absoluut hoeven, aangezien de zaken hier goed gaan.
DANNEELS. “Het gebrek aan strategische onderzoekscentra is wel degelijk een nadeel. Alles verandert snel. We moeten de krachten bundelen om die conversie te maken. Gent en Leuven zijn niet ver, als je geen file hebt. Een virtueel instituut als iMinds in Gent, met kernonderzoeksgroepen in alle Vlaamse universiteiten, zorgt voor heel wat mogelijkheden. Maar het zouden er méér mogen zijn.
“Televic is een mooi voorbeeld. Wij werken heel sterk samen met universiteiten en hogescholen rond innovatie. Dat heeft ons geen windeieren gelegd (Televic groeide vorig jaar van 67 naar 83 miljoen euro omzet, volgens Danneels, nvdr). In Voka proberen we de leden te sensibiliseren voor de slogan van oud-voorzitter Urbain Vandeurzen: de excellente onderneming is het product van innovatie, internationalisatie en talentontwikkeling.
“Ik ben een enorme believer in het triple helix-concept, waarin bedrijven met de overheid en met strategische onderzoekscentra en universiteiten samenwerken om aan innovatie te doen.”
Er zijn natuurlijk ook nog de havens.
DANNEELS. “Die zijn een enorme bron van rijkdom en welvaart. Zeebrugge is de jongste jaren wel wat achteruit- gegaan doordat bepaalde trafieken zich verlegd hebben. Dat is een aandachtspunt waaraan hard wordt gewerkt.”
Wie stuurt het West-Vlaamse industriële beleid?
DANNEELS. “Een grote rol is weggelegd voor de gedeputeerde voor economie Jean de Bethune, als voorzitter van de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij West-Vlaanderen. Die organisatie heeft een studie en een actieplan gemaakt – West Deal – over een kennisgedreven economie in West-Vlaanderen. Het Mechatronica-centrum, waarvan een stukje in Brugge en Kortrijk zit, is daar een uitloper van.”
Heeft de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij ook de middelen?
DANNEELS. “Te weinig om dat plan in zijn volle kracht uit te rollen. Eigenlijk heeft West-Vlaanderen daarvoor een fonds nodig van honderd miljoen om competitiegedreven projectonderzoek voldoende schaal te geven. Daar is nog werk aan de winkel. Ik hoop dat West-Vlaanderen met de extra middelen die er voor innovatie komen, zijn deel zal krijgen.”
De werkzaamheidsgraad in West-Vlaanderen ligt hoger, de werkloosheid lager, er zijn meer zelfstandigen. En tegelijk verlaten jongeren de provincie.
DANNEELS. “Het is niet erg dat West-Vlamingen naar andere provincies of landen emigreren. Je moet kijken naar de brain balance – het evenwicht tussen de in- en de uitstroom. Dan zien wij dat er per jaar een kleine 1000 jongeren tussen 20 en 29 de provincie verlaten. Dat zijn hoogopgeleide jongeren die blijven hangen in Leuven of Gent. Op het moment dat je industrie moet transformeren, is dat een enorm nadeel.
“West-Vlaanderen heeft veel troeven. Schitterende bedrijven waar nieuwe dingen gebeuren, goeie levenskwaliteit: weinig files, zeer goede restaurants en de kust. Maar we moeten eraan werken om jongeren naar hier te halen, in plaats van enkel gepensioneerden naar de kust – wat op zich niet slecht is, als er maar een evenwicht is.”
Bruno Leijnse
“Misschien is het waar wat onze gouverneur zegt: dat we hier op een gezonde afstand zitten van de macht en het gevoel hebben dat we het op eigen kracht wel kunnen”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier