Wat een luxe

Luxe. We houden ervan. Maar we geven het soms niet graag toe. Onze eigen luxe vinden we normaal, een kleine verwenning in ons harde, drukke leven. Die telelens. Die prachtige handtas. Die lederen zetels. Het stijlvolle uurwerk. De betere wijn. Eindelijk die safari. Andermans luxe vinden we buiten proportie. Onverantwoord. Misschien zelfs getuigend van slechte smaak. Lichtjes decadent. Weggegooid geld. Wie vliegt er nu businessclass als economy je ook op je bestemming brengt?
Luxe is niet functioneel. Luxe biedt geen antwoord op praktische problemen. Ik ken geen luxueuze vuilnisbakken of superelegante nagelknippers. Luxe is zeker niet het louter tentoonstellen van rijkdom — zie eens wat ik me kan veroorloven. Een lelijke handtas met peperdure diamanten is geen luxe. Door luxeproducten etaleren we wel een zekere levensstijl, een bewijs van smaak, van verfijning, van elegantie. Luxe trotseert de eeuwen. Een Patek Philippe bezit je niet, die bewaar je voor het nageslacht.
Wie hunkert naar eten, geeft niets om luxe. Als we klimmen op de maatschappelijke ladder, stijgt onze behoefte aan verfijning, aan zinnestreling. Met luxe — zachte stoffen, verfijnde aroma’s, hemelse smaken — maken we een statement: wij staan boven de dringende behoeften.
Voor die verfijning moeten mensenhanden zorgen. Er is tijd nodig om luxe te maken. Luxe is tijd van een ander die de onze is geworden. Wat in een seconde door een machine kan worden gefabriceerd, kan geen luxe zijn.
Moet luxe duur zijn? Per definitie. Luxe is iets wat we ons de facto niet kunnen veroorloven, in tijd of in geld. De luxe in het weekend de krant grondig te kunnen lezen. Even een moment van luxe, een moment dat we tijdens de drukke werkweek niet hebben. We geven nauwelijks geld uit aan een snelle hap. Maar wat een luxe net iets te veel geld uit te geven in een restaurant met een trage keuken, met veel personeel, dat rustig zijn tijd neemt om ons reuzengrote menu’s te overhandigen. De luxe van een lui bad. Geen deadlines. Geen kinderen die je nodig hebben. Geen e-mails. Geen telefoons. Geen Google. Puur genieten.
Stilte is een luxe. Je kunt het stil proberen te maken in je hart. Maar dat is moeilijk. Je kunt een Mercedes Maybach S600 kopen. Dan koop je de vrucht van aeroacoustics, de wetenschap van geluid en stilte. De ingenieurs van Mercedes hebben het ontwerp van de auto volledig herdacht vanuit het standpunt van de geluidsisolatie. Het is nu stiller in zo’n auto dan in een kantoor. Wat een luxe.
Om van luxe te genieten, moet je smaak hebben. Coco Chanel wist het al: luxe is niet het tegenovergestelde van armoede, luxe is het tegenovergestelde van vulgariteit. Wie enkel wijn drinkt om dronken te worden, zal niet beseffen hoe lekker een premier grand cru kan smaken. Wie geen regenachtige zondagnamiddag kan invullen, weet niet wat het betekent een uur extra te kunnen genieten van hemelse muziek.
Overvloed is vaak de eerste fase van luxe. Maar overvloed moet snel de plaats ruimen voor eenvoud. Echte klasse is sober. Je kunt luxe het beste definiëren vanuit het tegengestelde. Luxe openbaart zich vaak als iets wat niet functioneel, nodig en nuttig is. Luxeproducten hebben vaak een aantal kenmerken niet: ze zijn niet luidruchtig, ze irriteren niet, ze storen niet. In een vuile omgeving is luxe vaak zich kunnen terugtrekken in iets propers, iets schoons. In een complexe omgeving is eenvoud superluxueus.
Luxe is ambitieus. Er kan meer. Het kan nog eleganter, nog verfijnder. Het kan zonder die storende elementen. Het kan perfecter.
Je gaat op zoek naar de essentie, naar authenticiteit. Je ervaart het gevoel van veiligheid, dat niets kan mislopen. Zo hoort het. Je krijgt een ritueel dat je veilig zit. Het uitpakkingsritueel bij Apple, de sommelier die je wijn decanteert, de juwelier die handschoenen draagt, de zachte handen van wie je liefheeft. Luxe is leven. Luxe voelt echt. Luxe doet dromen. Spijtig dat ze zo duur is.
De auteur is professor-emeritus aan de Vlerick Business School.
MARC BUELENS
Overvloed is vaak de eerste fase van luxe. Maar overvloed moet snel de plaats ruimen voor eenvoud.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier