Wat doen bij een tekenbeet?
Hoed u voor teken. Vanaf juni zijn de kleine parasieten weer volop actief.
Teken zijn spinachtige beestjes die zich voeden met bloed van warmbloedige dieren en soms komen ze toevallig ook bij de mens terecht. Op zich stelt een tekenbeet niet veel voor, ware het niet dat teken soms besmet zijn met ziektekiemen die ze tijdens hun bloedmaaltijd op de mens kunnen overdragen. Dat kan de ziekte van Lyme zijn, die steeds vaker voorkomt in onze contreien. Als ze niet tijdig ontdekt en behandeld wordt, kan die ziekte zeer ernstige gevolgen hebben. Men schat dat zo’n 10 % van ‘onze’ teken besmet zijn en dat iets meer dan 1 % van de mensen die gebeten worden door een besmette teek de ziekte van Lyme ontwikkelen. Dat risico wordt nog kleiner wanneer u de teek binnen 24 uur verwijdert. De transfer van de bacterie borrelia burgdorferi, de verwekker van de ziekte van Lyme, neemt heel wat tijd in beslag. Borrelia burgdorferi leeft namelijk in de darm van de teek en gaat zich pas vermenigvuldigen wanneer er eerst een beetje bloed gezogen is. Als teken met rust gelaten worden, blijven ze vaak dagen hangen om zich langzaam vol te zuigen met bloed. Ze kunnen opzwellen tot wel één centimeter dikte.
De ziekte van Lyme gaat gepaard met uiteenlopende symptomen, naargelang van het stadium en de organen die aangetast zijn. In zes op de tien gevallen begint de ziekte met een rode ringvormige huiduitslag die middenin lichter gekleurd is en zich verspreidt vanuit de plek van de beet. De ringvormige uitslag ontstaat binnen enkele dagen tot een maand na de tekenbeet. Soms gaat dit gepaard met griepachtige verschijnselen, zoals hoofdpijn, spierpijn, koorts en gezwollen klieren. De huiduitslag is een duidelijk bewijs voor de ziekte van Lyme. Van zodra die opgemerkt wordt, kan de infectie bestreden worden met antibiotica. Wanneer de ziekte niet wordt opgemerkt, verspreiden de bacteriën zich via bloed en lymfe naar diverse organen, waaronder zenuwstelsel, spieren, gewrichten, huid en een zeldzame keer naar het hart. Zelfs in dat latere stadium kunnen antibiotica de ziekte vaak nog stoppen, maar hoe later de diagnose gesteld wordt, hoe moeilijker. De problemen worden chronisch met soms ernstige restletsels.
Risicogebieden
Een risico op een tekenbeet loop je vooral in bosrijke gebieden met veel onderbegroeiing, omdat daarin veel warmbloedige gastheren, zoals bosmuizen en konijnen, voorhanden zijn. Teken gaan zelf niet actief op jacht. Ze kruipen op een plant en wachten tot een geschikte prooi langskomt. Een teek is blind, maar uitermate gevoelig voor veranderingen in de concentratie van koolstofdioxide, een gas dat aanwezig is in de uitgeademde lucht van warmbloedige soorten. Zodra een teek veranderingen in koolstofdioxide registreert, laat ze zich vallen. Vervolgens kruipt ze op haar prooi en zoekt een geschikt plaatsje om zich in de huid vast te bijten. Bij de mens zijn de knie- en elleboogholten, oksels en liezen favoriete plaatsen, maar een teek kan overal bijten.
Nagenoeg iedereen in bosrijke en landelijke gebieden kan gebeten worden door een teek: wandelaars, joggers, tuiniers, kampeerders, mountainbikers, kanovaarders,… Maar stadsmensen zijn niet gevrijwaard. Scheren langs een haag of lopen onder een boom kan voldoende zijn.
Marleen Finoulst
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier