Waaraan moet u denken voor u zich verzekert?
Kiezen uit het ruime aanbod van verzekeringen op de Belgische markt is niet gemakkelijk. Toch kunt u aan de hand van enkele concrete vragen een juiste keuze maken in de wirwar van mogelijkheden.
In België zijn er slechts weinig verplichte verzekeringen. Dat betekent niet dat er een beperkt verzekeringsaanbod is. Integendeel, u kunt zich tegen zowat elk risico of elke mogelijke schade verzekeren. Toch is het niet de bedoeling dat u dat effectief doet. Sommige risico’s zijn nu eenmaal minder groot dan andere en de financiële gevolgen van een schade zijn ook niet altijd even erg. Sommigen hanteren het principe dat men zich slechts moet verzekeren tegen die risico’s of mogelijke schade waarvan men de financiële gevolgen niet zelf kan dragen. In die optiek is een omniumverzekering voor een auto, bijvoorbeeld, niet nodig als u bij een totaal verlies van de wagen zelf de financiële middelen hebt om direct een andere wagen te kopen (zonder ervoor te moeten lenen). Toch ligt het allemaal niet zo eenvoudig. We helpen u een eindje op weg.
De wettelijk verplichte verzekeringen
In België zijn er slechts enkele verzekeringen die u wettelijk verplicht bent af te sluiten. Het gaat in de eerste plaats om de BA-verzekering auto. Iedereen die met een auto op de Belgische wegen rondrijdt, is verplicht zijn burgerlijke aansprakelijkheid te verzekeren. U bent ook verplicht u via uw mutualiteit te verzekeren tegen ziekte en invaliditeit. In Vlaanderen bestaat er ook een verplichte zorgverzekering. Die dekt de niet-medische kosten in geval van zware zorgbehoevendheid.
Er is ook de verplichte arbeidsongevallenverzekering als u (huis)personeel tewerkstelt. Ten slotte zijn er nog de verplichte jachtverzekering en de verzekering objectieve aansprakelijkheid na brand en ontploffing voor publiek toegankelijke plaatsen. Alle andere verzekeringen zijn facultatief. Dat wil zeggen dat u zelf kiest of u ze neemt of niet. Wanneer u een keuze wil maken uit het ruime aanbod, respecteert u best de volgende richtlijnen.
Schat uw risico’s correct in
Voor u een verzekering afsluit, is het belangrijk dat u de risico’s die u loopt correct weet in te schatten. Die verschillen van persoon tot persoon. Voor u een verzekering neemt, stelt u best de volgende vragen.
Welke risico’s loopt u als persoon in uw familiale situatie?
Welke risico’s loopt u door het bezit en het gebruik van een eigendom?
Welke risico’s loopt u door het bezit en het gebruik van voertuigen?
Welk risico’s loopt uw bedrijf door de uitoefening van de activiteiten?
Wilt u zich verzekeren, dan moet u dus niet naar een product vragen, maar opgeven welke risico’s u wilt laten verzekeren. Dat verschilt van persoon tot persoon. Iemand die niet getrouwd is en geen kinderen heeft, loopt andere risico’s dan iemand die wel getrouwd is en kinderen heeft. Afhankelijk van de levensfase waarin iemand zich bevindt, zal een bepaald risico acuter zijn.
Laten we dat illustreren aan de hand van enkele concrete hypothesen.
U leeft alleen of in gezinsverband
Hoewel het niet verplicht is, zou iedereen die alleen of in gezinsverband samenleeft, een familiale verzekering moeten afsluiten. Iedereen kan immers al eens een fout maken, maar de gevolgen ervan kunnen onnoemelijk zwaar zijn en zijn vooraf niet in te schatten. Denk maar aan het voorbeeld waarin uw minderjarige kind een vuurtje maakt waarbij een hele fabriek afbrandt, of het geval waarin uw hond een kind bijt dat daaraan een blijvende verlamming overhoudt. Of nog, u steekt de straat over zonder te kijken waardoor een vrachtwagen moet uitwijken en tegen de gevel van een huis rijdt. Allemaal gevallen waarin uw aansprakelijkheid ‘naar derden’ in het gedrang komt en u de schade moet vergoeden zonder dat u die vooraf kon inschatten. De familiale verzekering zorgt ervoor dat de schade gedekt is en dat tot 12.500.000 euro voor de lichamelijke schade en tot 25.000.000 euro voor de stoffelijke schade. Dat geeft u dus een groot gevoel van zekerheid voor alle handelingen die u, uw kinderen, gezinsleden of dieren kunnen stellen waardoor schade aan anderen wordt toegebracht. Een familiale verzekering kost u maximaal 70 euro op jaarbasis.
U bent alleenstaande en hebt geen kinderen
Bent u alleenstaande en hebt u geen kinderen, dan hebt u geen enkele behoefte aan een overlijdensverzekering, zelfs niet aan een schuldsaldoverzekering om uw woonlening verder af te betalen omdat de woning op zich al een voldoende waarborg is voor de schuld van de bank. Het risico van invaliditeit (als gevolg van ziekte of ongeval) zal voor u als alleenstaande zonder kinderen echter des te belangrijker zijn. Bij invaliditeit kunt u immers volledig afhankelijk worden van derden die u moeten verzorgen en dat kan handenvol geld kosten.
U bent getrouwd of samenwonend en hebt geen kinderen
U moet zich afvragen welke de gevolgen zijn voor de overlevende partner als u overlijdt en uw inkomen wegvalt. Verdient uw partner dan zelf nog genoeg om in zijn of haar levensonderhoud te voorzien en de (eventuele) leninglast van de woonlening of de huurlast verder te betalen? U moet in dat geval kijken naar de vaste huishoudkosten die u hebt en nagaan hoeveel de overblijvende partner kan dragen zonder in te boeten op zijn of haar levensstandaard. Als de maandelijkse vaste kosten 1000 euro bedragen en de overblijvende partner kan daarvan 300 euro zelf dragen, dan blijft er nog 700 euro per maand over die u via een verzekering kunt opvangen. In dit voorbeeld kunt u een overlijdensverzekering van 168.000 euro afsluiten. Dat bedrag zal bij uw overlijden aan de overblijvende partner worden uitbetaald. Als de overblijvende partner dat bedrag kan beleggen aan een nettorendement van 5 %, dan ontvangt hij of zij een maandelijkse rentevergoeding van ongeveer 700 euro per maand. Als uw partner echter bereid is om aan levensstandaard in te boeten, dan kunt u voor een kleiner overlijdenskapitaal kiezen.
U bent getrouwd of samenwonend en hebt kinderen
De risicoanalyse is vergelijkbaar met de vorige situatie, met dien verstande dat u de kosten van de opvoeding en de studies mee moet opnemen in de berekening van de vaste kosten. Het spreekt voor zich dat het te verzekeren overlijdenskapitaal in deze hypothese een stuk hoger zal moeten zijn, wetende dat opgroeiende en studerende kinderen heel wat geld kosten aan de overblijvende partner.
U betrekt een woning als huurder of eigenaar
Huurt u een woning of appartement, dan moet u het gehuurde goed op het einde van de huur in de oorspronkelijke staat teruggeven aan de eigenaar-verhuurder. Dat is een wettelijke verplichting. Als de gehuurde woning of het appartement beschadigd wordt door een brand en u als huurder aansprakelijk bent, dan zal de brandverzekeraar van de eigenaar de betaalde vergoeding onherroepelijk aan de huurder terugvragen, desnoods via gerechtelijke weg. Tegen dit ‘verhaal’ van de verzekeraar van de eigenaar kunt u zich als huurder beschermen door een speciale verzekering huurdersaansprakelijkheid.
Bent u eigenaar van een woning of appartement, dan kan niet alleen het gebouw zelf vernietigd worden, maar ook de inboedel. Wilt u volledige zekerheid, dan moet u ervoor zorgen dat uw woning voor de volledige nieuwwaarde en de volledige waarde van de inboedel is verzekerd. Bent u bereid een beperkt risico te nemen, dan kan u zich beperken tot een verzekerd bedrag dat voor u volstaat om de ergste nood te lenigen. Hebt u bijvoorbeeld een grote woning met vier kamers die u nu nog alleen met uw partner bewoont (de kinderen zijn het huis uit), dan kunt u die verzekeren voor een kleiner bedrag als u na een eventuele schade een kleinere woning wilt bouwen.
Wordt de buurt onveilig gemaakt door dieven, dan kunt u zich bijkomend verzekeren tegen diefstal, maar u kan ook investeren in betere sloten of alarmsystemen die inbraken vermijden, zodat u geen bijkomende verzekering moet afsluiten.
U rijdt met de wagen
U bent wettelijk verplicht (u hebt geen keuze) een BA-autoverzekering af te sluiten. Die dekt de schade aan derden en aan de inzittenden van het voertuig (behalve aan de bestuurder zelf). Rijdt u met een nieuwe wagen, dan kunt u overwegen een omniumverzekering af te sluiten, zodat al uw schade (dus ook eigen schade) verzekerd is. Ook hier wordt er te weinig aan risicoanalyse gedaan. Stel volgende vragen voor u een omniumverzekering afsluit:
Wilt u bij een totaalverlies van de wagen een gelijkaardig voertuig aanschaffen of bent u met minder tevreden?
Beschikt u over voldoende financiële middelen om een nieuwe wagen aan te kopen na een totaalverlies? Kunt u die vraag bevestigend beantwoorden, dan hebt u de omnium niet echt nodig. In de praktijk zijn het echter vaak die mensen die de omnium het langst aanhouden.
Hebt u een lening afgesloten voor de wagen? Bent u dan bereid om verder af te betalen voor iets dat u niet meer hebt?
U gaat op reis
Gaat u op reis, dan kunt een reisbijstandsverzekering afsluiten voor wanneer u bijvoorbeeld autopech in het buitenland of een ongeval op de skipiste hebt. Die verzekering is vaak niet zo noodzakelijk als andere verzekeringen, maar kan heel goede diensten bewijzen als u bijvoorbeeld na een ongeval op skivakantie gerepatrieerd moet worden. Gaat u meerdere keren per jaar op reis, dan kan het zelfs interessant zijn een jaarcontract af te sluiten in plaats van telkens aparte verzekeringen.
U stelt huispersoneel tewerk
Als u privé-huispersoneel (een poetsvrouw of tuinman) tewerkstelt, dan bent u verplicht om een arbeidsongevallenverzekering (‘verzekering huispersoneel’ genoemd) af te sluiten. Dat wordt vaak vergeten, maar ook voor tijdelijk of ‘in het zwart’ tewerkgesteld personeel moet u een dergelijke verzekering afsluiten. Bovendien bent u als ‘werkgever’ niet alleen verantwoordelijk voor ongevallen op de werkvloer, maar ook voor ongevallen op de weg van en naar het werk.
U wordt gehospitaliseerd na een ongeval of ziekte
Een situatie die de laatste jaren ook steeds hoger scoort in de risicoanalyse, is het risico op hospitalisatie door ongeval of ziekte. We stellen immers vast dat de ziekteverzekering steeds verder wordt afgebouwd, waardoor de mutualiteiten steeds minder tussenkomen en er meer ziekenhuiskosten ten laste van de patiënt vallen.
Meer en meer mensen gaan ook op vakantie naar exotische bestemmingen waar hospitalisaties veel geld kunnen kosten. De mutualiteit zal dan slechts voor een beperkt bedrag tussenbeide komen. Wie bijvoorbeeld drie weken in de VS of Canada (landen met dure medische zorgen) als buitenlander gehospitaliseerd wordt, kan een factuur gepresenteerd krijgen van meer dan 50.000 euro, waarbij de mutualiteit voor ongeveer 10.000 euro tussenbeide zal komen. Een bijkomende verzekering dringt zich dan op.
U stopt uw beroepsactiviteit
In dat geval houdt u best rekening met de zogenaamde pensioenbreuk. Dat is het verschil tussen uw laatste inkomen en het pensioen dat u zult krijgen. Als u vandaag bijvoorbeeld 100 verdient en u morgen (als u met pensioen gaat) terugvalt op een inkomen van 60, dan moet u uitmaken hoe klein u die terugval wilt maken. Gaat u niet meer werken, dan zijn er natuurlijk ook een aantal kosten die u niet meer moet maken (bijvoorbeeld woon-werkverkeer, maatpakken,…), maar er zal altijd een terugval zijn.
Wilt u die terugval beperkt zien tot bijvoorbeeld 80, dan moet u zorgen dat u in de loop van uw beroepsloopbaan daarvoor de nodige maatregelen hebt getroffen. Dat hoeft niet noodzakelijk via verzekeringen, het kan ook door te sparen of door een tweede woning die u verhuurt. U kunt de terugval ook beperken door allerhande ‘pensioenverzekeringen’ af te sluiten (bijvoorbeeld een pensioenspaarverzekering of pensioenspaarfonds, een levensverzekering of een groepsverzekering via uw werkgever).
Johan Steenackers
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier