VOORUITGANG BRENGT WEL DEGELIJK GELUK
“Geld brengt geen geluk” is een volkswijsheid die op academische steun kan rekenen. Maar dat hogere economische welvaart niet tot steeds meer geluk leidt, wordt soms misbruikt om economische groei als onnodig en zelfs immoreel te bestempelen. Vooruitgang is echter van levensbelang voor de economie én voor de mens.
Waarom streven we economische groei en welvaart na als het niet gelukkiger maakt? Oké, tot op zekere hoogte is een hogere welvaart nodig om uit de ellende te klimmen. Een vluchtige analyse (zie grafiek links) lijkt erop te wijzen dat een bbp-niveau (bruto binnenlands product) per capita van 15.000 dollar een plafond vormt, waarboven meer welvaart niet langer resulteert in meer geluk.
Niet alleen deze analyse tussen de verschillende landen, maar ook de evolutie van het geluk in een bepaald land over een bepaalde tijd bevestigt die stelling. België en Nederland hebben, net zoals vele andere landen, de jongste dertig jaar een stijgende welvaart gekend. Maar het geluksniveau van de bevolking is niet gestegen. Meer nog: in België is het zelfs lichtjes gedaald.
De hedonistische tredmolen. Filosofen en economen buigen zich al eeuwen over dit onderwerp. Het manifesteert zich immers niet alleen op macro-economisch vlak, maar ook op individueel vlak. Een appartementje aan zee, een nieuwe auto of de nieuwste flatscreentelevisie brengen niet alleen minder voldoening dan verwacht, ze doen ons al verlangen naar iets anders. Het lijkt dus alsof we op een eindeloze tredmolen zitten die ons van tijdelijk genot naar nieuw verlangen en uiteindelijk frustratie brengt.
Kunnen we dan als individu niet beter een andere weg inslaan? Zou dat ons niet gelukkiger maken? En ook de economie zou misschien beter iets anders nastreven dan economische groei, want het brengt toch niets extra op. Integendeel, het creëert op termijn allerlei problemen, zoals op milieuvlak.
De buren als negatieve factor? Enkele economen hebben erop gewezen dat absolute welvaart blijkbaar geen geluk brengt. Die functie is weggelegd voor relatieve welvaart. Al in de negentiende eeuw stelde John Stuart Mill dat “de mens niet verlangt om rijk te zijn, maar alleen rijker dan andere mensen”. Het klinkt erg herkenbaar en het blijkt ook voor een deel erg juist te zijn.
Harvard-econoom Erzo Luttmer (1) schreef vorig jaar een paper met de veelzeggende titel ‘De buren als negatieve geluksfactor’. In zijn studie toont Luttmer aan dat het geluk van iemand negatief wordt beïnvloed door hogere inkomens van anderen in zijn omgeving. Je bent blij met je nieuwe wagen, tot de buurman doodleuk een nog nieuwere op zijn oprit plaatst, met enkele airbags meer, een snellere en kleurrijkere gps en misschien binnenkort wel een meegeleverde Poolse arbeider die hem één keer per week volledig schoonmaakt. Aan dit burenfenomeen valt echter weinig te doen. Want het werkt ook in de andere richting. Als iemand verarmt, is het draaglijker als anderen mee verarmen. Is het dan niet beter om samen wat rijker proberen te worden?
Groei en welvaart zijn niet immoreel. Maar de discussie vandaag lijkt meer en meer uit te draaien op het afkeuren van economische groei en vooruitgang. Gelukkig zijn er economen zoals Benjamin Friedman, die de relatie tussen economische groei en maatschappelijke fenomenen zoals racisme, democratie, betere opleiding enzovoort hebben onderzocht (2). Ze komen tot de conclusie dat niet het niveau van welvaart, maar vooral de vooruitgang van die welvaart de bron is geweest van positieve maatschappelijke fenomenen. Een economie die stagneert, verliest geleidelijk ook haar stabiliteit. Materiële vooruitgang is de voedingsbodem geweest voor morele vooruitgang. Maar ook het omgekeerde geldt: economische stagnatie leidt tot moreel verval.
En vooruitgang maakt toch gelukkig. Deze noodzaak om vooruit te gaan en nieuwe uitdagingen aan te gaan, drijft echter ook het individu zelf. De Franse econome Claudia Senik van de Parijse Sorbonne-universiteit legt momenteel de laatste hand aan de paper ‘Is de mens gedoemd tot vooruitgang?’ (3).
Ze komt tot de conclusie dat het streven naar een bepaald doel of een betere welvaart, het meeste plezier en geluk brengt. “Wanneer iemand werkt om morgen een betere positie te bereiken, een diploma te behalen of een hoger inkomen te verdienen, brengt dat die persoon vandaag al geluk.” Het is zoals het aftellen voor een concert of een feest. Als het evenement er uiteindelijk is, zal het misschien meevallen, maar dikwijls ook wat teleurstellen. Dat is echter niet de essentie. Het belangrijkste is dat je gelukkig bent geweest in de voorafgaande weken en het plezier hebt gehad om ernaar uit te kijken. Kortom, het is niet het materiële dat de mensen gelukkig maakt, maar de moeite en de strijd om dat te bekomen.
Vooruitgang, welvaart en groei zijn dus niet alleen niet immoreel, ze brengen ook geluk. We moeten er wel verstandig en bewust mee omspringen. Geniet dus van de inspanning, in plaats van al te verlangen naar het volgende.
De auteur is hoofdeconoom van Petercam Vermogensbeheer. Reacties: visienoels@trends.be
(1) Erzo F.P. Luttmer – ‘Neighbours as negatives: Relative earnings and well-being’, maart 2005. (2) Benjamin Friedman – ‘The moral consequences of Economic Growth’, oktober 2005, Knopf Publishers. (3) Claudia Senik heeft me een kopie beloofd, die ook voor Trendslezers beschikbaar zal zijn.
Geert Noels
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier