Voorkom ongewenst gedrag
Dat het enkel elders voorkomt, dat de slachtoffers het zelf hebben gezocht, enzovoort. De misvattingen over grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer houden nog stevig stand, terwijl de impact niet te onderschatten is.
Een technicus die zelfmoord pleegt omdat hij door collega’s wordt gepest, een journaliste die een klacht indient wegens ongewenst seksueel gedrag op het werk, een verzorger die door een cliënt wordt aangevallen. De wetgever onderscheidt drie specifieke vormen van grensoverschrijdend gedrag die in dalende orde voorkomen: ongewenst seksueel gedrag, pesterijen en geweld. 3,5 procent van de Vlaamse werknemers voelt zich bijna dagelijks of meermaals per week het slachtoffer van pestgedrag dat hen belemmert hun werk goed te doen en dat hen ook persoonlijk raakt. “Dat cijfer komt overeen met het mondiale en Europese gemiddelde”, zegt Elfi Baillien, professor Mens & Organisatie aan de HUBrussel. Agressie en ongewenst seksueel gedrag maken met respectievelijk 0,9 en 1,3 procent beduidend minder slachtoffers.
Met geen enkel gemiddelde boven 3,5 procent lijkt het dat we ons niet te veel zorgen hoeven te maken, maar die gemoedsrust is volgens professor Baillien toch niet verantwoord: “De percentages van het grensoverschrijdend gedrag ogen laag, maar de impact is enorm, zowel voor het slachtoffer en diens collega’s, als voor de organisatie en de samenleving. Het slachtoffer kan zijn werk niet meer naar behoren doen en valt in het slechtste geval uit. Gespannen relaties op de werkvloer resulteren ook vaak in problematische, contraproductieve conflicten in het team. Raakt het probleem publiek bekend, dan is dat doorgaans nefast voor het bedrijfsimago. Voorts is er nog de maatschappelijke kostprijs van grensoverschrijdend gedrag in termen van hulpverlening, justitie enzovoort.”
Preventie
Beter voorkomen dan genezen, vindt de wetgever. In de welzijnswet van 1996, de wet betreffende geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag van 2002 en het koninklijk besluit psychosociale belasting van 2007 stelde hij dat elke onderneming grensoverschrijdend gedrag moet voorkomen. Zo wordt van elke werkgever verwacht dat hij zijn medewerkers bewust maakt van het probleem en een risicoanalyse uitvoert die toont waar preventieve maatregelen nodig zijn. Kwalitatief onderzoek uit 2005 aan de KU Leuven toont dat agressie vooral voortvloeit uit frustraties en ongenoegen, terwijl ongewenst seksueel gedrag wijst op de nood aan machtsvertoon. Pesterijen resulteren uit een combinatie van die twee factoren. Bedrijven die pestgedrag trachten te voorkomen, zijn dus al flink gewapend tegen de twee andere vormen van grensoverschrijdend gedrag.
Hoeveel ondernemingen zijn al met die logica mee? Elfi Baillien: “Een hoop bedrijven heeft nog geen duidelijk preventiebeleid. De misvatting dat pestgedrag enkel elders voorkomt, leeft nog steeds. Ook de overtuiging dat het slachtoffer verantwoordelijk is, houdt stand. De medewerker kan geen kritiek verdragen, heeft het gedrag zelf uitgelokt, of schiet met niemand op, luidt het dan. Bij organisaties die wel in preventie investeerden, stellen we op termijn duidelijk een daling van het pestgedrag vast.”
Klachtenprocedure
Preventie is de sleutel, maar wat als het kwaad toch geschiedt? De medewerker die het grensoverschrijdende gedrag ervaart, moet een informele of een formele klachtenprocedure kunnen opstarten. “In beide gevallen is het allerbelangrijkste dat je de case kunt objectiveren, door het verhaal van de klager en de aangeklaagde naast elkaar te leggen”, stelt Dominique Deboever, manager health & safety van de hr-dienstverlener Securex. Daarmee raakt ze meteen een grote misvatting aan: dat grensoverschrijdend gedrag altijd doelbewust zou gebeuren. Het KB van 2007 spreekt van grensoverschrijdend gedrag wanneer iemand zich psychisch of fysiek aangevallen voelt. “Dat betekent niet dat elke ‘dader’ met zijn gedrag een slachtoffer wilde maken”, zegt Deboever. “Meer dan eens vallen mensen uit de lucht als ze erop worden gewezen dat hun gedrag door collega’s of derden als bedreigend wordt ervaren. Een voordeel is dat die situatie doorgaans makkelijk opgelost raakt, omdat de dader zijn gedrag zal willen staken.”
Om tot een oplossing te komen, is het volgens Dominique Deboever aangeraden eerst intern te kijken. “Worden wij als externe preventieadviseurs ingelicht, dan zullen we eerst aftoetsen of er al in de onderneming stappen zijn ondernomen. Heeft de getroffen medewerker de dader zelf al aangesproken, is de leidinggevende op de hoogte, heeft de vertrouwenspersoon of de werkgever al naar een oplossing gezocht? Zijn de interne oplossingen uitgeput, dan verschijnt een externe preventieadviseur in beeld.”
Veilige omgeving
De bedoeling van de interventie is voor de medewerker opnieuw een veilige omgeving te creëren. “Vaak wordt gedacht dat slachtoffers steeds zwakkere mensen zijn, maar ze hebben een heel gevarieerd profiel”, weet Dominique Deboever. “Met enkel geïsoleerde acties kom je er dan ook niet. Het is minstens zo belangrijk als werkgever op het niveau van de onderneming een duidelijk signaal te geven dat grensoverschrijdend gedrag niet wordt aanvaard. Je kan bijvoorbeeld via werknemersparticipatie een gedragscode opstellen, je kan een vertrouwenspersoon bekendmaken, je kan leidinggevenden extra sensibiliseren. Zij moeten voldoende aandacht hebben voor de dynamiek in hun team en mogelijke signalen detecteren. Ook elke individuele medewerker draagt verantwoordelijkheid. Iedereen moet zich bewust zijn van het verschil tussen plagen en pesten, van de nefaste gevolgen van roddelen.”
Volgens professor Elfi Baillien kunnen medewerkers ook nefast gedrag van collega’s voorkomen. Die preventieve rol wordt vaak onderschat. “Stel dat je werkt in een erg competitieve omgeving, waar enkel resultaat telt. Zo’n bedrijfscultuur werkt frustraties in de hand. Het gedrag van collega’s kan dan een stuk neutraliserend werken. Door bijvoorbeeld geregeld te vragen hoe de andere het stelt of aan te geven dat je ook kampt met stress, creëer je een sociaal vangnet en een uitlaatklep. Wat de bedrijfscultuur nog niet verantwoordt. In een onderneming die enkel inzet op individuele competenties zonder aandacht voor de globale werking, loopt het vroeg of laat toch verkeerd. De preventie van grensoverschrijdend gedrag vraagt aandacht voor het individu, het team en de onderneming. Beperk je je tot een van die drie, dan blijft het plaatje onvolledig.”
GOELE GEERAERT
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier