Voor elke bedrijfsleider een bedrijfsfiets
Het hoeft fiscaal niet altijd kommer en kwel te zijn. Neem nu de bedrijfsfiets. Twee jaar geleden nam de wetgever het initiatief om het gebruik van de fiets voor het woon-werkverkeer een stevige impuls te geven.
Hij voorzag om te beginnen in een volledige belastingvrijstelling van het voordeel dat voortvloeit uit het feit dat een werkgever of vennootschap een bedrijfsfiets ter beschikking stelt voor het woon-werkverkeer.
De kosten die voor een bedrijfsfiets worden gemaakt zijn bovendien ten belope van 120 procent aftrekbaar. Dat betekent onder meer dat de werkgever of de vennootschap zo’n bedrijfsfiets fiscaal mag afschrijven voor meer dan de werkelijke waarde ervan. Geen 100 procent maar wel 120 procent. Met dien verstande dat die afschrijvingen lineair moeten gebeuren en over minstens drie jaar moeten worden gespreid. Per jaar mag dus maximaal (120/3 =) 40 procent van de aanschaffingswaarde als afschrijving onder de fiscaal aftrekbare beroepskosten worden opgenomen.
Een ander voordeel bestaat erin dat voor de kilometers van het woon-werkverkeer die werkelijk met een fiets worden afgelegd, een belastingvrije fietsvergoeding mag worden toegekend. Die is vandaag gelijk aan 0,21 euro per kilometer.
Het plezierige van al deze voordelen is, dat ze lustig kunnen worden gecombineerd. Een bedrijf kan dus aan een werknemer een bedrijfsfiets ter beschikking stellen voor het woon-werkverkeer zonder dat de begunstigde daarop belast wordt. Vervolgens kan het de kosten daarvan ten belope van 120 procent fiscaal in aftrek brengen. En bovendien kan het aan de betrokken werknemer nog een belastingvrije fietsvergoeding toekennen van 0,21 euro voor elke kilometer van het woon-werkverkeer die met de fiets wordt afgelegd.
Te mooi om waar te zijn? Het wordt nog mooier. Wat als iemand een bedrijfsfiets ter beschikking krijgt voor zijn verplaatsingen van het woon-werkverkeer, en hij die fiets ook gebruikt voor zuivere privéverplaatsingen. Bijvoorbeeld voor een uitstapje tijdens het weekend of om boodschappen te doen. Krijgt de belastingvrijstelling dan geen deuk?
Twee jaar geleden zorgde de staatssecretaris voor Financiën voor enige deining toen hij stelde dat het belastingvoordeel in zo’n geval beperkt moest worden. Maar hij wordt nu door de belastingadministratie teruggefloten. Zij aanvaardt dat de belastingvrijstelling intact blijft, ook als de ter beschikking gestelde bedrijfsfiets niet enkel voor het woon-werkverkeer dient, maar hij daarnaast ook wordt gebruikt om er zuivere privéverplaatsingen mee te doen.
De moeilijkheid schuilt altijd weer in het bewijs. Voor de belastingvrijstelling is het nodig, maar volstaat het dat de bedrijfsfiets in eerste instantie voor het woon-werkverkeer wordt gebruikt. De belastingvrijstelling gaat dus verloren als de bedrijfsfiets in het geheel niet voor het woon-werkverkeer wordt gebruikt. Men zal dus op de een of andere manier aannemelijk moeten kunnen maken dat hij wel degelijk ook op substantiële wijze aangewend wordt voor de verplaatsingen tussen de woonplaats en een vaste plaats van tewerkstelling.
Interessant om weten is dat al dat fraais niet enkel openstaat voor werknemers maar ook voor bedrijfsleiders. Elke eenpersoons-bvba die een beetje aan fiscale planning doet, kan dus overwegen een bedrijfsfiets aan te kopen en ter beschikking te stellen van haar bedrijfsleider: in de veronderstelling dat die kan aantonen die fiets ook voor het woon-werkverkeer te gebruiken is hij niet belastbaar op het genoten voordeel, terwijl zijn vennootschap de kostprijs ten belope van 120 procent fiscaal in aftrek kan brengen. Een fiets, zeker als die wat elektrische ondersteuning heeft, kost tegenwoordig al gauw enkele duizenden euro’s. Het voordeel ligt dus voor de hand. Voor elke kilometer dat de fiets effectief voor woon-werkverplaatsingen wordt gebruikt, kan bovendien overwogen worden aan de bedrijfsleider een fiscaal vrijgestelde vergoeding toe te kennen van 0,21 euro.
Vraag is alleen of dergelijke fiscale gekheidjes in tijden van crisis en besparingen nog wel verantwoord zijn.
De auteur is advocaat en hoofdredacteur van Fiscoloog. www.fiscoloog.be
JAN VAN DYCK
De verschillende voordelen kunnen lustig gecombineerd worden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier