Verzamelen is een kunst
Art Brussels brengt een eerbetoon aan de Belgische particuliere verzamelaars. Twee van hen zijn Wilfried en Yannicke Cooreman. “Als je alle kunstwerken in Belgische collecties zou samenbrengen, heb je een verzameling met wereldfaam.”
De Belgische particuliere kunstcollecties hebben een ijzersterke reputatie in het buitenland. In de jongste ARTnews 200 — de top 200 van de actiefste verzamelaars ter wereld die het kunstmagazine ARTnews elk jaar bekendmaakt — komen zes Belgen voor. Belgen staan vooral hoog aangeschreven vanwege hun toewijding en expertise. Art Brussels, de jaarlijkse beurs voor hedendaagse kunst die op 25 april de deuren opent in Brussels Expo, zet daarom de verzamelaar in de kijker. Voor de tentoonstelling Portrait of the collector as a work of art: an intimate journey lieten collectioneurs zich fotograferen met het kunstwerk dat volgens hen het beste bij hun persoonlijkheid past.
Twee van hen zijn Wilfried en Yannicke Cooreman. Zij kozen voor Quodlibet XXVII van de Britse kunstenares Lucy McKenzie. “McKenzie is heel veelzijdig. Ze maakt schilderkunst, architectuur en mode”, vertelt Wilfried Cooreman. “In haar monumentale architecturale structuren creëert ze trompe-l’oeileffecten. Dat doet ze ook op sommige van haar schilderijen, zoals Quodlibet, waar memorabilia op staan die we via de kunstenaars in onze collectie hebben verzameld. We beschouwen dat werk daarom een beetje als ons zelfportret. Zo zie je een schoteltje waarop Juan Muñoz een nieuw project tekende, porseleinen lampen van Thomas Schütte, oude pasfoto’s van ons en de tweede druk van het boek Menuet, die Louis Paul Boon voor ons signeerde toen we hem thuis opzochten in 1972.”
Verzamelen is een passie
Het echtpaar Cooreman heeft de afgelopen veertig jaar een bijzondere collectie bij elkaar gebracht. “Kunst verzamelen is onze passie. Ik denk niet dat we er ooit mee ophouden. De drang om met cultuur in aanraking te komen, hebben we van huis uit meegekregen”, zegt Cooreman. “Toen we midden jaren zeventig begonnen, kwamen we via de galeries in contact met kunstenaars zoals Roger Raveel en Pol Mara. Of met Pierre Caille, een keramist en schilder van wie we een van onze eerste werken kochten. Dat breidde zich uit naar kunstenaars van onze generatie. Daarna probeerden we werk van jonge kunstenaars te verwerven. We willen hen daarmee een duwtje in de rug geven. Hun werk is ook beter betaalbaar dan dat van oudere, bekendere artiesten, want we beschikken niet over een ongelimiteerd budget.”
Bijna alle kunstenaars van wie ze werk bezitten, hebben de Cooremans persoonlijk leren kennen. “Of een werk ons aanspreekt, is in eerste instantie vooral een gevoelsmatige kwestie. De expo rond onze collectie in het Museum Dhondt-Dhaenens in 2009 had daarom de titel When the mood strikes. Maar daarnaast is de wisselwerking met de kunstenaars erg belangrijk. We willen weten hoe zij de samenleving ter discussie stellen. Via kunst willen we een ander zicht krijgen op de maatschappij, en voeling houden met de veranderende kijk op de realiteit en de opkomst van de nieuwe communicatievormen.”
“Dat vinden we terug in het werk van Simon Denny. Hij onderzoekt onder meer de dotcommaatschappij en de terugvallende dominantie van de televisie. De titels van zijn tentoonstellingen, zoals All you need is data, vindt hij in zakentijdschriften. Die nieuwe werelden prikkelen onze nieuwsgierigheid. Dat houdt ons jong.”
Kennis opbouwen
“Door de globalisering zijn er veel meer verzamelaars, maar ook veel meer kunstenaars en galeries”, stelt Cooreman. “Daardoor wordt het moeilijker keuzes te maken. Want verzamelen vergt kennis en toewijding. Je merkt wel dat kunst steeds meer koopwaar wordt. Werken die nog niet droog zijn, komen al op veilingen. Magazines publiceren lijstjes met opkomende en beloftevolle kunstenaars. De markt is belangrijker geworden dan de kunst. Als een schilderij van Francis Bacon voor een recordprijs wordt geveild, heeft iedereen het over dat bedrag, maar bijna niemand over de inhoud of de betekenis van dat werk.”
“Als verzamelaar zie je veel kunst. Zo bouw je een grote kennis op. Ook verzamelaars worden nu aangezocht om op te treden als curator van tentoonstellingen. Al werkt een curator toch vanuit een heel andere achtergrond.”
Open geest
Dat Belgische verzamelaars hoog aangeschreven staan, verbaast Cooreman niet. “Belgen hebben een open geest. Dat merk je ook bij de verzamelaars. Terwijl iedereen in de Verenigde Staten een Warhol of Koons wil, gaan wij onze eigen weg. Alle collecties verschillen. Veel buitenlandse verzamelaars vinden dat benijdenswaardig. Wellicht komt het doordat we sinds eeuwen op een kruispunt van culturen leven, en het in onze genen zit om dingen te verzamelen.”
Met de expo wil Art Brussels een eerbetoon brengen aan de verzamelaars. “Als je alle kunstwerken in Belgische particuliere collecties zou samenbrengen, heb je een verzameling met wereldfaam”, stelt Cooreman. “Bovendien vestigen steeds meer internationale galeries en kunstenaars zich in Brussel, dat als centrum van Europa heel attractief is. Ook Art Brussels heeft een sterke reputatie als een vernieuwende beurs, die veel aandacht schenkt aan jonge galeries en kunstenaars. Het is daarom erg jammer dat we in Brussel nog altijd geen museum voor hedendaagse kunst hebben. De toenemende verdeeldheid in België, het gebrek aan middelen van musea om nieuw werk aan te kopen en het gebrek aan een aangepast fiscaal systeem gooien roet in het eten.”
“We lenen vaak werk uit aan musea, maar het is niet onze missie er zelf een op te richten. Al zouden we met een paar verzamelaars de krachten kunnen bundelen, zoals in de Hallen für Neue Kunst in het Zwitserse Schaffhausen is gebeurd. Of zoals in het Brusselse Maison Particulière, een genereus open huis waar verzamelaars hun collectie kunnen tonen. Maar we zijn ook de uitspraak van Chris Dercon van Tate Modern indachtig: met de jaren wordt elke privéverzameling publiek.”
Art Brussels, van 25 tot 27 april in Brussels Expo.
ELIEN HAENTJENS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier