Toen bleek dat de Belgische banken duizenden werknemers gedeeltelijk inschreven in Luxemburg om (para)fiskale lasten te ontwijken en dat Sabena-topman Pierre Godfroid hetzelfde wilde doen met zijn piloten, ontstond enige commotie. “Onterecht, ” zegt Greet Verhaest. “De techniek van split salary is wijd verspreid en dikwijls een pure noodzaak. “
Verhaest (30) is partner van Hewitt CBC, de Belgische joint venture in een wereldwijd netwerk (64 kantoren in 22 landen) met zetel in Chicago. Hewitt advizeert inzake de meest optimale verloningstechnieken. De onderneming stelt in België 13 personen tewerk (naar we hopen tegen optimale voorwaarden) en heeft een omzet van 70 miljoen frank.
Loonsplitsing is een manier om de (para)fiskale lasten optimaal te verdelen over een aantal landen voor topkaders en ondernemers die in meer dan één land werken. De werknemer, wiens loon in één land onderhevig is aan (para)fiskale lasten, krijgt een krediet of vrijstelling in het andere land.
– TRENDS. Is loonsplitsing een vorm van belastingontwijking ?
– GREET VERHAEST (HEWITT CBC). Wie werkt in een aantal landen, kan in zijn thuisland belasting betalen. Als hij echter uit fiskale overwegingen voor loonsplitsing opteert, kan dat een aardige duit in zijn zakje sparen. Zonder een loopje te nemen met de waarheid. Maar ik sluit niet uit dat loonsplitsing soms louter en alleen wordt gebruikt om de fiskale druk te verminderen.
– Laat de fiskus begaan ?
– Neen, integendeel. De Belgische fiskale overheden voeren hun kontroles op. Je moet kunnen bewijzen dat je effektief werkt in dat land met zijn gunstig belastingregime. De fiskus zal op basis van hotelrekeningen en andere onkostennota’s een min of meer waarheidsgetrouwe schatting doen. De tijd van de fiktieve splitsing is eigenlijk voorbij.
Daarenboven hanteert de fiskus veel striktere normen. Een circulaire van 1983 laat toe dat buitenlandse kaderleden en specialisten in België bepaalde belastingvrijstellingen krijgen, naargelang van de tijd die men in het buitenland doorbrengt. Ook kunnen huishuur en levensonderhoud als kosten worden ingebracht. Maar ruilt het buitenlandse kaderlid de ene Brusselse job voor een andere, dan verliest hij dit gunstige statuut dikwijls. Want, redeneert de fiskus sinds kort vrij rigide, zo iemand wil zich in België vestigen en moet worden beschouwd als een doodgewone Belg.
Dat leidt tot de merkwaardige situatie dat Brussel in vergelijking met andere internationale zakencentra een ietwat verstard carrièreverloop kent voor topkaderleden.
– Hoe reageren de buitenlandse werkgevers op de strengere fiskus ?
– Negatief. De strakke houding schept problemen. Een kaderlid dat vanuit België wil opereren, wordt gekonfronteerd met torenhoge belastingvoeten. Tot nog toe konden multinationale ondernemingen via de loonsplitsing een redelijke kompensatie bieden. Vanaf een inkomen van vijf tot zes miljoen per jaar (bruto) loont het de moeite om hierop een beroep te doen. Toegegeven : de scheidingslijn tussen fraude en wettelijkheid was soms een kwestie van interpretatie. Maar een flexibele interpretatie was wel een oplossing “op z’n Belgisch” voor een reëel probleem : de hoge belastingdruk.
– De overheid zal dus uiteindelijk minder geld in het bakje krijgen ?
– België heeft de keuze tussen minder belastinginkomsten van buitenlandse werknemers of gèèn inkomsten. Internationaal georiënteerde topkaders zijn zo mobiel dat ze zich echt niet laten vangen door de Belgische fiskus.
Gelukkig heeft de overheid dat beter begrepen voor koördinatie- en distributiecentra, die een gunstig fiskaal statuut hebben.
– Zal een strenge fiskus nieuwe investeerders afschrikken ?
– Ik vrees ervoor. Enkele van m’n kliënten werden gelokt door de uitstekende ligging van Brussel en gunstige vestigingsvoorwaarden. Maar na enkele jaren stellen ze vast dat hun in België gevestigde kaderleden fiskaal benadeeld kunnen worden tegenover hun buitenlandse dochters. In Nederland krijgen buitenlandse kaderleden een vrijstelling van 35 %. Frankrijk biedt een voordelige prime d’expatriation. Dat zijn dingen die tellen !
Het entoesiasme over Brussel, hoofdstad van Europa, vermindert. Nu leidt zoiets niet onmiddellijk tot een massale delokalizatie, maar er tekent zich een trend af. Internationale koppensnellers hebben problemen om personeel aan te trekken voor Brusselse topfunkties. Tenzij de werkgever bereid is een hoger brutoloon uit te keren dan (volgens internationale normen) normaal, worden bekwame mensen afgeschrikt. Wees maar zeker dat de internationale zakengemeenschap op de hoogte is van dit probleem.
– Wat met de Belgische topkaders ?
– Dat wordt een klein drama. Vaak verdient het Belgische kaderlid minder dan zijn kollega, die hetzelfde werk doet. Belgen worden feitelijk gediscrimineerd. Het is een kwestie van vraag en aanbod. Een multinational kan voor hetzelfde brutoloon beter gekwalificeerde buitenlanders aantrekken, omdat de Belg netto minder verdient. Nu kan je dit ten dele kompenseren door de Belg met een dure wagen te laten rijden of voor hem een voordelig pensioenplan te voorzien, maar uiteindelijk zijn dit pleisters op een houten been.
Slechts een verlaagde belastingdruk kan de hersenvlucht van Belgische topmanagers naar buitenlandse bedrijven stoppen.
HANS BROCKMANS
GREET VERHAEST (HEWITT CBC) Koppensnellers hebben problemen om mensen te vinden voor Brusselse topfunkties.