Vechter voor windmolens

Een heel correcte, gedisciplineerde man die zijn afspraken nakomt”, steekt Luc Desender van windmolenbedrijf Electrawinds de loftrompet over Rik Van de Walle van sectorgenoot Aspiravi. Vorige week raakte bekend dat het bedrijf een aanvraag indiende voor de bouw van een vierde windmolenpark in de Noordzee, op zowat dertig kilometer van de kust.

Daarmee is het bedrijf niet aan zijn proefstuk toe. Aspiravi uit Harelbeke is de grootste uitbater van windturbines in Vlaanderen. Ruim de helft van het totale aantal windturbines en zowat een derde van de geïnstalleerde capaciteit valt onder de controle van Van de Walle en zijn team van veertien medewerkers. Op zee is Aspiravi al betrokken bij het project Eldepasco en daarnaast is het bedrijf ook actief in biogasinstallaties, biomassacentrales en kleinschalige waterkrachtinstallaties.

Van de Walle wordt omschreven als een dynamische figuur, zeer hands-on, een ploegspeler vooral. Ook in de letterlijke zin van het woord, want jarenlang was hij verdediger en middenvelder bij West-Vlaamse provinciale voetbalclubs. “Ik ben niet degene die zijn wil gaat doorduwen als de rest van mijn team tegen een bepaalde beslissing is. Maar in deze branche is het handig en nuttig als alle neuzen in dezelfde richting staan. Wat mij interesseert, is met een groep mensen groeien op een goede manier zodat we meerwaarde en dividend creëren. En ook dat we ons goed voelen in onze job.”

Duurzame energie was niet meteen een jongensdroom. Zijn vader was een zelfstandige vrachtwagenchauffeur, zijn moeder een marktkraamster. “Het ondernemen kreeg ik van hen mee, maar het heeft een tijdje geduurd voor het eruit kwam.” Van de Walle werd industrieel ingenieur elektronica, burgerlijk ingenieur elektronica en haalde een postgraduaat bedrijfskunde. “De werking van een bedrijf interesseerde me toen eigenlijk al meer dan de pure techniek.”

Na enkele maanden als onderzoeker bij Imec, ruilde hij de wereld van het chipdesign en de micro-elektronica om voor het macroproces en de lasplaten van een productie-ingenieur bij Volvo Cars Gent. In 1990 maakte hij de overstap naar de West-Vlaamse energie- en kabelintercommunale WVEM. Daar was hij verantwoordelijk voor de nagelnieuwe afdeling warmtekrachtkoppelingen en hij werd later lid van het managementcomité.

Dat hij bij Aspiravi terechtkwam, heeft veel te maken met de vrijmaking van de energiemarkt. Plots werden de energie-intercommunales gedwongen te kiezen voor een rol als producent, verkoper of distributeur van energie. Binnen WVEM, Interelectra, IVEG en PBE ontstond het idee om met de bestaande activiteiten een onderneming op te zetten. “Dat blijft mijn mooiste herinnering. Vanuit de beschermde omgeving van een bedrijf waar personeelsbeleid, financiering, boekhouding, enzovoort door anderen werden gedaan, hebben we met deze ploeg een nieuwe onderneming op poten gezet. Gebaseerd op een idee van een markt die er toen totaal anders uitzag dan vandaag.”

De 100 gemeenten die aangesloten waren bij de intercommunales brachten via vier holdings 14,5 miljoen euro kapitaal in om op 30 juni 2003 van start te gaan met het bedrijf dat zich moest toeleggen op hernieuwbare en milieuvriendelijke energie. “Van de Walle werd aangebracht door Paul De Fauw (nu bestuurder bij Aspiravi)”, zegt bestuurder Jo Geebelen zich. “Er was eigenlijk weinig discussie over zijn benoeming. Hij genoot ook de steun van het personeel. Rik is ook erg gedreven. Er wordt al eens gediscussieerd over bepaalde projecten, of de dividenden – wij vinden die te laag en hij te hoog (lacht) – maar dat leidt zelden of nooit tot echte meningsverschillen. Hij brengt zijn dossiers ook steeds met een open vizier op de raad van bestuur.”

Aspiravi nam begin 2003 de activiteiten van de vier intercommunales over, goed voor zowat 10 megawatt aan hernieuwbare energie. Intussen zit het bedrijf aan ruim 60 megawatt. Dat levert – excusez le mot – geen windeieren op. De winst verdrievoudigde in 2006 tot 2,28 miljoen euro, op een omzet van net geen 8 miljoen euro. Bovendien werden vorig jaar ambitieuze investeringsplannen bekendgemaakt. Voor 82 miljoen euro wordt bij en in samenwerking met spaanplatenbedrijf Spano een warmtekrachtkoppelingscentrale gebouwd, terwijl nog eens 20 miljoen euro gaat naar de bouw van windparken in Ieper, Izegem, Tielt en Vaux-sur-Sûre bij Bastenaken. Daarmee moet tegen 2009 de productiecapaciteit zijn verhoogd tot 95 megawatt, goed voor de bevoorrading van zowat 70.000 gezinnen.

Het nieuwe park in zee zou dat totaal dadelijk optrekken naar zowat 300 tot 400 MW. Dat zou impliceren dat Aspiravi stilstaat tussen 2009 en 2013, als het nieuwe zeewindmolenpark operationeel moet zijn. Die ambitie heeft Van de Walle niet. Hoewel er nog niet veel wordt gelost over de uiteindelijke omvang, zou het een vergelijkbare omvang hebben als de drie andere projecten in de Noordzee. (T)

Luc Huysmans