Uitbreiding kleineondernemingsregeling
Vanaf 1 juli wordt het plafond waaronder btw-plichtigen gebruik kunnen maken van de bijzondere vrijstellingsregeling voor kleine ondernemingen meer dan verviervoudigd. Daardoor zullen tal van kleine belastingplichtigen, als zij dat wensen, kunnen ontsnappen aan het al bij al ingewikkelde btw-stelsel waaraan zij onderworpen zijn.
Btw-plichtigen hebben het voordeel dat zij de btw die zij zelf betalen, kunnen recupereren. Dat gebeurt via de techniek van de aftrek van de voorbelasting. Door die aftrek vormt de btw die zij zelf hebben betaald, geen kostprijselement.
Anderzijds kan je niet ontkennen dat het btw-stelsel ook nadelen heeft. Het veroorzaakt heel wat administratieve rompslomp.
Precies daarom is van aan het begin in een vereenvoudigd stelsel voorzien ten aanzien van kleine belastingplichtigen. Zo bestond er tot twintig jaar geleden onder meer een stelsel van egalisatiebelasting. Dat was onder bepaalde voorwaarden van toepassing op kleine detaillisten. Het stelsel hield in dat zij zelf geen btw moesten aanrekenen, maar dat de btw die zij in principe hadden moeten aanrekenen op forfaitaire wijze berekend werd. Deze egalisatiebelasting heeft ongeveer twintig jaar standgehouden. Aan het einde beantwoordde het stelsel nauwelijks nog aan zijn doelstellingen. Waar er in het begin meer dan 40.000 btw-plichtigen aan dit stelsel onderworpen waren, bleven er begin de jaren negentig nog slechts een goede 5000 over.
Vandaar dat de egalisatiebelasting twintig jaar geleden, om precies te zijn vanaf 1 januari 1993, werd afgeschaft. Zij werd vervangen door de kleineondernemingsregeling. Het nieuwe stelsel ziet er helemaal anders uit. Om te beginnen is het niet beperkt tot kleine detaillisten. Op enkele uitzonderingen na, komen alle belastingplichtigen in principe in aanmerking, ongeacht of zij goederen leveren, dan wel diensten verrichten, en ook ongeacht of zij wel of niet rechtstreeks contact hebben met de consument. Tegelijk is het stelsel veel drastischer. Wie eraan onderworpen is, wordt zogoed als volledig uit het btw-stelsel geweerd. Hij mag geen btw aanrekenen, en hoeft dus ook geen btw door te storten naar de Schatkist, met als keerzijde van de medaille dat hij ook geen recht op aftrek van de voorbelasting heeft, geen periodieke btw-aangifte hoeft in te dienen, enzovoort.
De hoofdvoorwaarde voor de toepassing van deze regeling luidt dat de jaaromzet gerealiseerd tijdens het voorgaande kalenderjaar niet meer mag bedragen dan een bepaald plafond. Dat bedraagt op dit ogenblik 5580 euro.
Het is opvallend dat dit plafond de voorbije twintig jaar nooit aangepast is. Bij de invoering ervan in 1993 lag de lat op 225.000 Belgische frank. Toen de Belgische frank vervangen werd door de euro, werd het plafond herberekend en vastgesteld op afgerond 5580 euro, wat op enkele euro’s na op hetzelfde neerkomt.
Dat het plafond gedurende twintig jaar ongewijzigd gebleven is, heeft tot gevolg dat de regeling op haar beurt niet meer aan haar doelstelling beantwoordt. Een onderneming die in 1993 een omzet had van niet meer dan 225.000 frank, is vanzelfsprekend iets helemaal anders dan een bedrijf dat vandaag geen 5580 euro omzet haalt. Veel ondernemingen die in 1993 als klein werden beschouwd, zijn dat gewoon door het spel van de inflatie niet meer.
Er dringt zich al geruime tijd een aanpassing op van het grensbedrag. Het behoort tot de verdienste van de vorige minister van Financiën, dat hij vorig jaar aan de Europese Commissie toestemming heeft gevraagd om het plafond aanzienlijk op te trekken. Die toestemming is er nu. Het nieuwe plafond zal 25.000 euro bedragen. Aanvankelijk was het de bedoeling dat de verhoogde grens al vanaf begin 2013 zou gelden. Maar die timing is niet gehaald. De regering mikt nu op 1 juli 2013.
De verhoging is onder meer goed nieuws voor de talrijke vzw’s die in de voorbije periode btw-controles moesten verduren. Daar waar zij onder de nieuwe grens van 25.000 euro blijven, zijn hun btw-problemen minstens voor de toekomst met één pennentrek opgelost.
De auteur is advocaat en hoofdredacteur van Fiscoloog.
www.fiscoloog.be
JAN VAN DYCK
Het plafond van 5580 euro bleef twintig jaar ongewijzigd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier