Transparantie troef
Het toezicht op de distributie van beleggingsproducten wordt strenger. Als het van CBFA-voorzitter Jean-Paul Servais afhangt, kan het grote publiek enkel nog intekenen op standaardbeleggingen.
Tegen juli 2012 zijn beleggingsinstrumenten pas vanaf een minimale inleg van 100.000 euro vrijgesteld van goedkeuring van het prospectus door de CBFA. Nu is dat nog 50.000 euro. De verstrenging staat in het Europees Publicatieblad van 11 december 2010 en komt er onder impuls van België.
Bij het begin van het Belgische voorzitterschap van de Europese Unie ijverden minister Didier Reynders (MR) en CBFA-voorzitter Jean-Paul Servais voor het optrekken van de minimumvoorwaarden voor vrijstelling van prospectusplicht. Buiten Cyprus steunde geen enkele lidstaat het voorstel. Na serieus lobbywerk konden onze landgenoten de Europese Commissie over de streep trekken. Persoonlijk hadden zij graag de lat gelegd op 200.000 euro, maar ze moesten vrede nemen met de helft.
Zo kunnen problemen met zogenaamde ‘life settlements’- onlangs raakte Quality Investments in een fraudedossier betrokken – vermeden worden. Servais: “In mei 2010 kwam de CBFA tussenbeide om te verhinderen dat een verzekeraar doodsobligaties, verpakt in Tak23-producten nog zou verkopen. Wij beschikken echter niet over de bevoegdheid om beleggingen met eenzelfde risico in instrumenten vanaf 51.000 euro aan toezicht te onderwerpen. Daar komt nu eindelijk verandering in. Wel moet de maatregel nog omgezet worden in nationale wetgeving.”
Standaardbeleggingen
Eind vorig jaar keurde de regering de uitvoeringsbesluiten voor de hervorming van het toezicht op de financiële sector goed. In de komende maanden zal de Financial Services and Markets Authority (FSMA) – de nieuwe naam van de CBFA – zich onder meer toeleggen op de gedragsregels en de bescherming van de consumenten. Servais werkt aan een reglement dat de transparantie in de beleggingsproducten gevoelig verhoogt.
Servais: “Aangezien de FSMA niet kan optreden tegen risicovolle beleggingsproducten met een Europees paspoort, zullen we ons toeleggen op de controle van de financiële tussenpersonen. Ik besef dat dit niet bij iedereen populair zal zijn, maar na de financiële crisis moeten de beleggers beter beschermd worden. Nu wordt hen al te gemakkelijk het hoofd op hol gebracht met rendementen van 8 procent of meer, wat met de huidige rentevoeten onmogelijk is.”
Het is de bedoeling dat de FSMA alleen nog maar standaardbeleggingen toelaat voor verkoop aan het grote publiek. Servais: “Dat ligt volledig in de lijn van het nieuwe beleid van de Britse toezichthouder (Financial Services Authority). Net als FSA-voorzitter lord Adair Turner geven wij de voorkeur aan regulerend optreden in een vroeg stadium en overleg met de betrokken bedrijven. We willen ons ervan vergewissen dat nieuwe producten echt aan de noden van de klanten voldoen aan wie ze worden verkocht.”
Rol van de revisoren
De bedrijfsrevisoren spelen een belangrijke rol in de controle op de financiële sector. “België is een pionier in het publieke toezicht op hun rol”, zegt Servais, ook voorzitter van de Hoge Raad voor Economische Beroepen (HREB). “Al sinds 1985 buigen wij ons over de maatschappelijke rol van de auditoren. Pas sinds 2007 is de controle op de mensen die de jaarrekeningen van bedrijven certificeren, in heel Europa verplicht. Elke lidstaat mag vrij zijn formule kiezen.”
De HREB bestaat uit vertegenwoordigers van de sociale partners en academici. In samenspraak met de beroepsorganisaties werkt de Hoge Raad de normen voor de bedrijfsrevisoren, accountants, belastingconsulenten, erkende boekhouders en fiscalisten uit. Servais: “In het begin speelden wij een adviserende rol, maar vanaf 2007 moeten wij samen met de minister de voorstellen van het Instituut der Bedrijfsrevisoren (IBR) goedkeuren. In 2009 gaven wij groen licht voor de overgang naar de internationale auditstandaarden (ISA). Vanaf 2012 moet de controle van de bedrijfsrevisor op de jaarrekeningen van organisaties met publiek belang aan deze internationale normen voldoen. De rest volgt in 2014.”
Volgens de voorzitter heeft de HREB ook lessen getrokken uit het boekhoudschandaal bij Lernout & Hauspie. Servais: “Vrij snel kwamen wij tot de conclusie dat het systeem van zelfregulering niet langer houdbaar was. Daarom stelden wij al in 2002 aan de regering voor om de wetgeving te verstrengen. Zo mag geen enkele medewerker van de auditor waarderingsactiviteiten voor de klant uitvoeren noch de boekhouding van de gecontroleerde onderneming voeren. Wel is belastingadvies mogelijk, aangezien fiscale kennis voor de bedrijfsrevisor zeer nuttig is. Hiermee hebben wij de trend gezet in Europa, aangezien de commissaris voor de Interne Markt en Consumentenbescherming in oktober 2010 deze twee maatregelen in zijn Groenboek voor de auditsector schreef.”
De toezichthouders zullen ook nauwer toezien op het remuneratiebeleid van de banken. Servais: “Vóór de financiële crisis namen de bankiers soms al te grote risico’s. In december 2010 keurde de CBFA een ontwerp van rondzendbrief goed om de financiële instellingen te verplichten hun vergoedingen aan de medewerkers en het management toe te lichten. Hiermee zal de facto een einde gesteld worden aan de exuberante bonussen.”
Ten slotte eist de wet van de revisoren van beursgenoteerde bedrijven dat zij voortaan een transparantieverslag publiceren. Daarin moet de vergoedingswijze van de partners, de interne kwaliteitszorg en de toegepaste onafhankelijkheidsregels staan. De Hoge Raad stelt voor om die transparantieverslagen beschikbaar te maken in het openbaar register van de revisoren.
ERIC POMPEN
Beleggingsinstrumenten worden pas vrijgesteld van de prospectusplicht vanaf 100.000 euro.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier