Topeconoom Robert Gordon gelooft niet in de digitale revolutie: ‘Robots krijgen niet eens de deur open’
De technologische revolutie zal niet brengen wat velen ervan hopen, zegt de Amerikaanse topeconoom Robert Gordon. “Artificiële intelligentie bestaat al twintig jaar, en toch is de productiviteitsgroei alleen maar vertraagd. De meeste vruchten van de IT-revolutie zijn al geplukt.”
“Als je ooit bang bent dat een robot jou wil vermoorden, kan je je best achter een deur verschuilen. Die krijgen robots toch niet open”, lacht Robert Gordon de suggestie weg dat de wereld razendsnel aan het veranderen is. De wereldautoriteit in productiviteit en economische groei was te gast op het Brussels Economic Forum van de Europese Commissie voor een debat over artificiële intelligentie (AI), digitalisering en robotisering. Volgens de Commissie zullen die ontwikkelingen voor een nieuw tijdperk van sterke productiviteitsgroei zorgen.
In zijn boek The Rise and Fall of American Growth maakt Gordon brandhout van die stelling. “Er staat helemaal geen revolutie op het punt te gebeuren”, zegt hij overtuigd. “Computers kunnen goed gezichten of patronen herkennen. Maar ze zijn nog lang niet zo goed als de mens in het herkennen van uitzonderingen of het onderscheiden van oorzaak en gevolg. Daarom verwacht ik geen plotse revolutie. Artificiële intelligentie zal geleidelijk menselijke taken overnemen, net zoals machines dat sinds de industriële revolutie hebben gedaan.”
Die industriële revolutie kwam met de sterke productiviteitsgroei. Waarom de robotisering dan niet?
ROBERT GORDON: “In de halve eeuw tot 1970 groeide de productiviteit in de Verenigde Staten 3 procent per jaar. Dat was de periode waarin de voordelen van uitvindingen zoals de elektriciteit en de verbrandingsmotor volledig tot hun recht kwamen. Het leven van de mens is toen ingrijpend veranderd. Denk maar aan de doorbraak van allerlei huishoudtoestellen en communicatiemiddelen en de introductie van stromend water. We zijn in honderd jaar van plattelandsbewoners naar stedelingen geëvolueerd. Die evolutie kunnen we maar een keer beleven. Trouwens, de digitalisering en de robotisering zijn al veel langer bezig, maar ze hebben de daling van de productiviteitsgroei na 1970 niet tegengehouden.”
Believers zullen zeggen dat AI inderdaad al langer bestaat, maar het nu pas het zakenmodel van bedrijven beïnvloedt en zich dus nu pas in een hogere productiviteit begint te vertalen.
GORDON: “De meeste vruchten van de IT-revolutie zijn al geplukt. De computer in plaats van typemachines en rekenbladen in plaats van berekeningen op papier hebben kantoorwerk veel efficiënter gemaakt. Dat had impact op de productiviteit. Driekwart van de bedrijfsleiders zegt dat AI en big data nauwelijks invloed hebben op hun omzet.
“De productiviteitsgroei zal toenemen. Sinds de crisis bedroeg die maar 0,5 procent per jaar. Dat kan weer 1 of 1,5 procent worden als de arbeidsmarkt verder aantrekt en de investeringen blijven toenemen. Maar de vraag is of we terugkeren naar een periode van sterke productiviteitsgroei, zoals voor 1970. En dat zie ik niet gebeuren. Dat was een eenmalige transformatie van de economie die niet te herhalen valt.”
Wat kunnen we doen om de productiviteitsgroei aan te wakkeren?
GORDON: “De overheid kan de investeringen aanmoedigen door de belastingen te verlagen, of door toe te laten dat investeringen meteen worden afgetrokken in plaats van ze af te schrijven. Ook subsidies voor de bijscholing van personeel kunnen helpen. Bedrijven zijn niet geneigd daar zwaar in te investeren, omdat ze vrezen dat werknemers elders aan de slag zullen gaan.”
De overheid neemt maatregelen om zo veel mogelijk mensen te activeren, ook zij die minder productief zijn. Zal dat de productiviteitsgroei extra remmen?
GORDON: “Ja, en er zijn nog grote veranderingen op de arbeidsmarkt die op de productiviteitsgroei wegen. Er wordt bijvoorbeeld meer deeltijds gewerkt, en er zijn meer tijdelijke contracten.”
Die veranderingen spelen ook een rol in dat andere grote economische vraagstuk, de lage inflatie.
GORDON: “Ik zie twee redenen voor de lage inflatie. Ten eerste is het machtsevenwicht verschoven tussen werkgevers en werknemers, waardoor die laatsten hun loon niet zoveel zien stijgen als je zou verwachten gezien de lage werkloosheid. Ten tweede houdt de sterke groei van e-commerce de prijzen laag.
“De lage inflatie laat toe het geldbeleid langer soepel te houden. Wie weet is het zelfs mogelijk dat de werkloosheid zakt tot 3 procent, wat in het verleden geheid voor snel oplopende inflatie zou hebben gezorgd. De komende twee jaar worden ontzettend belangrijk voor de ontwikkeling van de macro-economie in de VS.”
Wat denkt u? Hoeveel verder kan de Amerikaanse arbeidsmarkt nog verbeteren zonder dat de inflatie echt versneld?
GORDON: “Ik voorspelde vier jaar geleden dat we nu al op de limieten van de arbeidsmarkt zouden zijn gebotst en dat we een versnelling in de inflatie zouden hebben gezien. Ik ben niet te trots om toe geven dat ik fout zat. De participatiegraad is nog altijd lager dan voor de crisis en er zijn nog 5 miljoen mensen met een deeltijdse baan die liever voltijds willen werken. Er is dus nog een gigantisch reservoir aan arbeidskrachten.”
Bestaat de klassieke omgekeerde relatie tussen werkloosheid en inflatie nog wel?
GORDON: “Ja, maar ze is veranderd. In de VS wordt de volgende jaren een sterk stimulusbeleid gevoerd door het overheidstekort te laten oplopen. Hoe de economie aan die extra vraag zal voldoen, zal duidelijk maken hoe sterk de relatie is veranderd: zullen er nieuwe banen ontstaan, zullen werknemers vooral overuren draaien, of zal de productiviteit stijgen omdat elke werknemer harder zal werken?”
U zit in het comité van economen dat officieel bepaalt wanneer de Amerikaanse economie in een recessie belandt. Staan we dicht bij het einde van deze cyclus?
GORDON: “Vorige recessies zijn telkens veroorzaakt doordat de centrale bank de oplopende inflatie moest bestrijden. Dat gebeurt nu nog niet. Het idee dat expansie voorbij móet zijn, omdat ze al zo lang duurt, is achterhaald. Als de relatie tussen inflatie en werkloosheid is veranderd, kan een expansie lang duren. Als de begrotingsstimulus over twee jaar wegvalt, kan de economie vertragen. Het kan ook zijn dat de investeringen dan redding brengen, omdat bedrijven willen voldoen aan de vraag en investeren om het arbeidstekort op te vangen.”
U sluit dus niet uit dat de Amerikaanse economie nog jaren op een hoog toerental blijft draaien?
GORDON: “Klopt. Iedereen vraagt zich af hoe sterk de economie zal zijn in 2020, bij de volgende presidentsverkiezingen. De democraten zullen het niet graag horen, maar de economie zal wellicht gezonder worden de komende twee jaar, en misschien wel gezonder dan op eender welk moment sinds midden jaren zestig.”
Riskeert president Donald Trump de economie niet te oververhitten met zijn beleid?
GORDON: “Oververhitting is niet meer dan een uitspraak over inflatie. Die is nu al gestegen van 1,5 naar 2 procent en ik zie ze het komende anderhalf jaar stijgen naar 2,5 à 2,75 procent. Mocht het tot een handelsoorlog komen, dan zal dat de inflatie nog doen oplopen, want invoertarieven leiden onvermijdelijk tot hogere prijzen. Als Trump dus doorgaat met zijn beleid tegen vrijhandel, plant hij de zaadjes voor het einde van de expansie.”
Bio
· Professor macro-economie aan de Northwestern University
· Studeerde aan Harvard en Oxford University, behaalde een doctoraat aan MIT
· Lid van het Business Cycle Dating Committee, dat bepaalt wanneer de VS in recessie zijn
· Auteur van boeken over inflatie, groei, werkgelegenheid en productiviteit
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier