Roeland Byl
Tijd voor nieuwe ziekenhuisfinanciering
Volgens een nota van het Riziv is een op de vier Belgische ziekenhuizen spilzuchtig. Ze moeten samen dan ook 5 miljoen euro terugbetalen aan de ziekteverzekering. Die spilzucht bestraffen, is nodig; een herziening van de ziekenhuisfinanciering is dat nog veel meer.
Van de 119 Belgische ziekenhuizen hebben er in 2008 dertig bij standaardingrepen onnodig veel dure onderzoeken gedaan. Dat bleek vorige week uit een Riziv-nota. Van de spilzuchtige ziekenhuizen ligt het gros in Wallonië en Brussel. Het aantal Vlaamse ziekenhuizen dat bij vaak voorkomende ingrepen geld verspilt aan dure onderzoeken, blijft beperkt tot vijf. Voor wie dat wil, is de Riziv-nota een reden om de communautaire messen te wetten. Een dergelijk perspectief zou echter verhullen dat het spilgedrag in belangrijke mate een uitwas is van de nood aan een andere, transparantere en doelmatiger financiering van onze ziekenhuizen.
Ziekenhuizen krijgen hun centen grotendeels via twee kanalen. Aan de ene kant dragen de artsen die in het ziekenhuis werken een steeds groter deel van hun honorarium af. Aan de andere kant is er een betoelaging van de werkingskosten, goed voor ongeveer 6 miljard euro per jaar. Dat is zowat een vijfde van de uitgaven voor gezondheidszorg.
En toch is bijna iedereen het erover eens dat ziekenhuizen onvoldoende gefinancierd worden. Door het gebrek aan middelen zoeken ziekenhuizen geld waar ze het kunnen vinden. Het verklaart de forse stijging van de kamerprijs, de toename van de supplementen – in het bijzonder voor wie een hospitalisatieverzekering heeft – en het verklaart ook waarom er onnodig veel onderzoeken gebeuren. Uit een bevraging van vorig jaar in het vakblad De Specialist bleek dat vier op de tien specialisten constant druk voelen vanuit hun ziekenhuisdirectie om onderzoeken uit te voeren, ook als die overbodig zijn.
Laat één ding duidelijk zijn: het is goed dat de dertig spilzuchtige ziekenhuizen nu 5 miljoen euro moeten terugbetalen. Maar zij worden slechts afgerekend op een beperkt aantal zorgpaden waarvoor al referentiebedragen zijn vastgelegd. Dit is met andere woorden het topje van de ijsberg, en je zou kunnen veronderstellen dat sommige ziekenhuizen gewoon weten met welke onderzoeken ze hun inkomstenstroom kunnen oppompen.
Dat ziekenhuizen last hebben van onderfinanciering mag geen excuus zijn om niet te besparen op overbodige onderzoeken. Integendeel, verspilling van publieke middelen moet zeker in de zorgsector een hoofdzonde zijn. Het huidige duale financieringsmodel maakt er veeleer een besmettelijke ziekte van. Daarom is een fundamentele herziening van het mechanisme dringend nodig.
De diagnose is al een tijdje bekend, over de behandeling wordt alleen nog maar gepraat. Deze zomer nog kwam de denktank Itinera tot de conclusie dat de ziekenhuisfinanciering anders moet. Ook het al eerder genoemde KCE pleitte begin 2010 al voor een all-infinanciering van de ziekenhuizen. Het betekent dat er per patiënt met een bepaalde aandoening een forfait wordt uitbetaald aan het ziekenhuis. Dat betaalt daarmee dan ook de arts. Op die manier hangt de financiering veeleer samen met een patiëntentraject dan dat het steunt op het aantal uitgevoerde artseninterventies. Vanzelfsprekend brengt een verandering van die financieringsstromen ook verschuivingen in het machtsevenwicht met zich. Reden om het proces af te remmen? Niet echt, uiteindelijk is de bedoeling nog altijd dat de patiënt er beter van wordt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier