Tekort ziekteverzekering stijgt naar 300 miljoen euro

Roeland Byl redacteur bij Trends

Fabelachtig, de ziekteverzekering mag jaarlijks 4,5 % meer kosten, en toch is dat onvoldoende. Het tekort voor 2004 bedraagt naar schatting 300 miljoen euro. Jan Van Emelen, directeur van de studiedienst van de Landsbond van Onafhankelijke Ziekenfondsen, zet die cijfers in perspectief.

Minister Rudy Demotte ( PS) zorgt de jongste weken voor commotie. Het tekort in de ziekteverzekering loopt dusdanig op dat hij de sociale partners vraagt om met ideeën te komen voor een structurele oplossing. Die oproep zette de gemoederen in beweging omdat Demotte zich focust op de inkomstenzijde, terwijl vooral de werkgevers erop hameren dat nu eindelijk eens de uitgavenzijde van de ziekteverzekering wordt aangepakt.

Demotte wil volgens waarnemers vooral een privatisering en regionalisering van de ziekteverzekering vermijden. Daarop reageerde de minister met de stelling dat ook de uitgaven onder de besparingshamer zullen moeten. En deze keer worden geen heilige huisjes gespaard, beloofde hij. Zo zullen ook de ziekenfondsen de broeksriem moeten aanhalen.

Jan Van Emelen is tegenwoordig directeur van de studiedienst bij de Landsbond van Onafhankelijke Ziekenfondsen, maar in een vorig leven was hij adviseur van premier Guy Verhofstadt (VLD). In oktober 2001 schreef Van Emelen een discussienota over de toekomst van de ziekteverzekering. Veel discussie leverde dat niet op. De ‘kabinetard’ werd het offerlam toen premier Verhofstadt en voormalig minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke ( SP. A) in de clinch gingen over een gedeeltelijke privatisering van de ziekteverzekering. “Het woord privatisering stond nergens in die nota,” blikt Van Emelen terug. “Destijds is de nota politiek uitgebuit en dus nam ik zelf ontslag, dat was de enige mogelijkheid.”

Trends vroeg zich in de huidige commotie af welke accenten een specialist als Van Emelen zou leggen. Van Emelen opent het gesprek door te zwaaien met de zoveelste tegendraadse analyse van de Onafhankelijke Ziekenfondsen: de roep om via forfaits de kosten te drukken, wijst het ziekenfonds af. Volgens zijn berekeningen leidt het gebruik van forfaits uiteindelijk tot structuren die een meerkost voortbrengen.

JAN VAN EMELEN (LANDSBOND VAN ONAFHANKELIJKE ZIEKENFONDSEN). “Uiteindelijk wilden we toen een discussie over het aanbod. Vandaag vragen Demotte en minister van Werk Freya Van den Bossche ( SP. A) een structurele discussie over de financiering van de gezondheidszorg. Eigenlijk is dat precies wat we drie jaar geleden vroegen. Destijds hadden we een aantal basisinzichten over wat essentiële, nuttige en comfortzorg zou kunnen zijn. Nederland heeft ook geprobeerd het zorgaanbod volgens dat principe te filteren. Dat is niet helemaal gelukt, overigens.

“Toch is er onmiskenbaar een evolutie bezig. De kosten die we als maatschappij betalen voor gezondheid, overstijgen ruimschoots wat er door de verplichte ziekteverzekering wordt voorzien. De oorzaken zijn de vergrijzing, de groeiende technische mogelijkheden en het stijgende verwachtingspatroon van patiënten. Juist omdat we zeer bekommerd zijn om het behoud van een toegankelijk systeem, is een structurele discussie nodig.”

Enkele maanden geleden berekende de Landsbond van Onafhankelijke Ziekenfondsen dat een getrapte geneeskunde – ‘echelonnering’ in het jargon – geen besparingen zou opleveren. Toch zien de huidige beleidsmakers echelonnering als een mogelijke oplossing. Is dat een wanhoopspoging?

VAN EMELEN. “Het debat over getrapte geneeskunde is al dertig jaar bezig. Het is een vraag van huisartsen om erkend te worden. Wij geloven niet in besparingen door een patiënt te bestraffen als hij rechtstreeks een specialist raadpleegt. De toestand zoals wij die vandaag kennen, is er één van vrije toegang en die is niet duurder dan een getrapt systeem. Bovendien verdwijnt het frustratiegevoel van de huisarts niet. Wij gaan ermee akkoord dat huisartsen een belangrijke rol vervullen, maar de mensen verplichten om langs de huisarts te gaan als een soort toegangsticket tot specialistische zorgen, is geen garantie voor meer waardering.

“Misschien gebeuren er onterechte technische prestaties bij specialisten, maar uitgaan van de premisse dat die er niet zouden zijn als er een doorverwijzing nodig is, lijkt ons verkeerd. Trouwens, de patiënt die niet wordt doorverwezen, wat zal die doen? Wie shopt in de medische wereld, zal blijven shoppen.”

De toegestane jaarlijkse stijging van 4,5 % is blijkbaar niet genoeg. De technische ramingen voor 2005 spreken zelfs al over een budget van 18 miljard euro, terwijl er ruimte is voor 17,2 miljard. Wat zegt u?

VAN EMELEN. “We moeten ons houden aan de afspraak van 4,5 % groei. Dat is gedeeltelijk een inhaalbeweging. Het is bijvoorbeeld zonneklaar dat de ziekenhuissector ondergefinancierd is. Het is voor iedereen belangrijk dat die sector niet verder achteropraakt. In de huidige omstandigheden is de afgesproken 4,5 % zeker nodig. Als die afspraak niet meer kan worden ingevuld, moet er een discussie komen over hoe dat op te lossen. En daar verschillen de meningen.

“Wij pleiten voor de rationele weg van een maximale participatiegraad in het arbeidsproces. Kijk maar naar Denemarken: dat heeft in Europa de minste problemen met de betaalbaarheid van zijn ziekteverzekering en heeft tegelijk de hoogste participatiegraad aan arbeid.”

Net als Demotte concentreert u zich op de inkomstenzijde. Nochtans zorgde knipwerk in de terugbetaling van kinesitherapiebehandelingen in een paar jaar tijd voor een besparing van 13 miljoen euro. Is dat dan niet de weg?

VAN EMELEN. “Wij zijn absoluut voor een rationeel gebruik van de middelen. Wij hebben bijvoorbeeld een studie gemaakt die de kosten per patiënt vergelijkt in groepspraktijken waar mensen gratis behandeld worden en artsen een vaste vergoeding krijgen, tegenover het gewone systeem van zelfstandige artsen en verpleegsters. Daaruit blijkt dat de groepsgeneeskunde veel duurder is, omdat je structuren financiert. Hetzelfde geldt voor de verpleegkundigenzorg.

Forfaitarisering is een belangrijk besparingsthema. Dat kan nuttig zijn als er een overconsumptie is, maar na verloop van tijd leidt de forfaitaanpak ertoe dat structuren worden gefinancierd.”

Dus Demotte heeft gelijk: de vraag is niet hoe saneren we, maar wel hoe financieren we dat performante systeem?

VAN EMELEN. “Saneren is een beladen woord. De gezondheidszorg in België is allesbehalve een Augiasstal. Uiteraard moeten we continu de balans bewaken van wat we betalen voor welke zorgen. Daar heeft het ziekenfonds een rol: wij zijn een ledenorganisatie, in tegenstelling tot privé-verzekeraars zullen wij uitsluitend in het belang van onze leden proberen te opereren. Wij moeten geen winst maken, uit de kosten geraken is voldoende.”

Is het een oplossing om de patiënt meer te laten betalen?

VAN EMELEN. “Dat gebeurt nu al. Patiënten hebben al een financiële verantwoordelijkheid. We moeten ervoor zorgen dat het systeem toegankelijk blijft. Ik denk dan aan de combinatie van de verplichte en de aanvullende verzekering. De combinatie van beide moet ervoor zorgen dat heel ons systeem toegankelijk blijft en niet vast blijft hangen in structuren die geld opslorpen. Onze boodschap is: investeer in zorgen, niet in structuren. Zelfs al is er soms overconsumptie, dan nog is het huidige systeem altijd goedkoper dan een centralistisch systeem met doorgedreven forfaits of echelonnering. En uiteindelijk beslist toch de patiënt. Een borstprothese terugbetalen was dertig jaar geleden ondenkbaar. Nu gebeurt dat wel, omdat patiënten dat een noodzakelijke zorg vinden.”

Roeland Byl

“Een groepspraktijk is veel duurder dan een gewone artsenpraktijk. Hetzelfde geldt voor de verpleegkundigenzorg.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content