‘t Soethout
Oase in culinaire woestijn.
Aalst is een bruisende uitgaansstad met honderden cafés en tavernes. Maar voor mensen die op niveau willen eten, is de stad een culinaire woestijn. Een van de zeldzame oases is restaurant ‘t Soethout, een aangename plek waar de lekkerbek culinair in de watjes wordt gelegd.
Plaats van gebeuren is een aristocratische, rijk gedecoreerde neoclassicistische woning uit 1886, die indertijd werd opgetrokken door de eigenaar van een lokale tapijtweverij. Kok Michel Daumers en echtgenote Vinciane Henau zijn in dit huis van hun dromen bescheiden begonnen met een tearoom. Het repertoire op de spijskaart werd gestaag uitgebreid en de inrichting werd telkens aangepast. Vandaag is ‘t Soethout de culinaire hoop van Aalst. Daumers werkt sinds zijn zestiende jaar in de keuken, eerst als afwasser en dan als stagestudent van de koksschool. In de keuken van gastronomische restaurants als Barbizon (Overijse) en Den Ouwe Prins (Lotenhulle) leerde hij verfijnde gerechten bereiden. Die gerechten schotelde hij later, als kok op het ministerie van Buitenlandse Zaken, voor aan hooggeplaatste figuren.
Via een met marmer bekleed trapportaal betraden wij stemmige eetvertrekken. Feestelijk gedekte tafels, comfortabele stoelen en met pluche beklede muurbanken nodigden uit om geriefelijk en rustig te genieten van een maaltijd vol culinaire attenties. Wij kozen het prestigemenu Fedora van zes gangen (56 euro, plus 19 euro voor het wijnassortiment) en werden verrast met twee gangen welkomsthapjes (miniloempia in hoog glaasje met zoetzure saus, haksel van sint-jakobsschelpdier met witte pensworst enzovoort). Er was zelfgebakken brood van goede kwaliteit en in het glas kwam een karakteristieke Duitse, elegant uitgebalanceerde Riesling Trocken, Schmitgef, Grauschiefer 2000.
Het eerste gerecht bestond uit krokante kalfszwezerik met gesmolten ganzenlever, amandelroom, prei in truffeljus en gemarineerde groenten, en was zonder meer lekker. De tweede wijn was een geurige Sauvignon de Touraine, domaine de Belle Vue, opgediend bij gebraden snoekbaars met cantharellen, een frisse citroencouscous en puree van waterkers. Ook deze bereiding bracht tevredenheid. Als tussendoortje kwamen kort gegaarde sint-jakobsschelpdieren op een bed van selderpuree, en toen was het tijd voor de derde wijn: een gekruide Gigondas, domaine St. Gayan. Op het bord verschenen twee fijne medaillons van hert in het ongebruikelijke gezelschap van gestoofde hazenschouder, een aardappelkoekje en rode kool. Voor het nagerecht combineerde Michel Daumers gratin van frangipane met verloren brood, in calvados gemarineerde pruimen en roomijs van karamel. Dat was niet alles: deze feestelijke maaltijd werd uitgeleid door een keuze aan patisserie uit eigen keuken. Daumers geeft wat hij kan.
Pieter van Doveren
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier