Strijd om de kids

Erik Bruyland Erik Bruyland is senior writer bij Trends.

Bedreigingen aan het personeel, winkeliers met lege boetieks, gerechtelijke procedures. In plaats van de beloofde internationale expansie kijkt gewezen textielmagnaat Pierre Salik, na de overname van de Kid Cool-kledingketen afgelopen zomer, vandaag tegen een puinhoop aan.

De soldenperiode was pas afgesloten of de Brusselse oud-jeanskoning Pierre Salik plaatste twee weken geleden de meest prestigieuze boetiek uit zijn Kid Cool-keten aan de Louizalaan in de etalage. Hoe dat te rijmen valt met de ambities van afgelopen zomer om “vanaf nu per jaar zo’n 100 vestigingen te openen – in België tien extra winkels; in heel Europa nog 500 en voor de Verenigde Staten en Azië telkens 100 bijkomende verkooppunten,” zoals meegedeeld bij de overname van de Kid Cool-groep op 10 juni 1999?

Trends vroeg een onderhoud met Pierre Salik. Maar Salik, die in juni vorig jaar naar eigen zeggen “één miljard frank neertelde voor de 260 verkooppunten en het sterke brand image van Kid Cool,” weigert een interview. Ook zijn rechterhand, Etienne Claes, houdt de lippen op elkaar. En de vorige eigenaar en oprichter van Kid Cool, Patrick Abraham, spreekt zich voorlopig liever niet uit.

Pierre Salik en Patrick Abraham zijn verwikkeld in een uitputtingsslag. Salik klaagt Abraham aan voor malversaties, terwijl Abraham voor “poging tot afpersing” klacht heeft neergelegd tegen Pierre Salik, Etienne Claes en rechter-commissaris Emile Dereymaeker.

In een sfeer van intimidaties en huiszoekingen, dreigen vooral de 100 personeelsleden van Kid Cool en het veertigtal boetiekhouders in België mee de dieperik in te gaan.

Na de verkoop op 17 februari jongstleden van Kid Cool-Louiza (de Franse modeketen Celio betaalt circa vijftig miljoen drempelgeld) onderhandelde Pierre Salik vorige week met de Franse Zannier-groep van de kinderkleding ” Z“.

Wil hij de Kid Cool-keten snel in stukjes van de hand doen om nog drempelgeld voor de Kid Cool-winkels op sterlocaties terug te winnen? De vroegere jeansfabrikant (vriend van PS-kopstukken als Etienne Leburton, André Cools en Guy Spitaels) verwierf begin jaren tachtig een reputatie van: gezwind bedrijf dicht, personeel buiten, nieuwe firma doet gewoon verder (zie kader: Vergane glorie).

Ruim een kwart van het Kid Cool-personeel meldt zich inmiddels ziek. Bij gebrek aan collecties voor het volgende seizoen. Maar volgens getuigen – die bang zijn dat hun naam in de krant komt – vooral omwille van “het terreurbeleid” van de nieuwe directie op de Brusselse hoofdzetel. Vakbondsman Michel Libouton bevestigt dat de socialistische bediendenbond BBTK in de voorbije weken getuigenissen ontving van het personeel over dubieuze handelwijzen van Saliks rechterhand Etienne Claes om werknemers psychologisch onder druk te zetten. Mensen krijgen andere functies waar ze niet mee vertrouwd zijn en worden daarna bedreigd met ontslag wegens ‘zware fout’. Kaderleden ontvangen anonieme dreigbrieven waarvan de oorsprong niet meteen kan vastgelegd worden, maar die in ieder geval wijzen op een diepe malaise in de onderneming.

Inmiddels kreeg Pierre Salik een opdoffer van de winkelhouders: zonder uitspraak ten gronde gaf de handelsrechtbank van Brussel op 21 februari 2000 in kortgeding de franchisenemers het recht “om het even waar in de wereld Kid Cool-kleding te kopen.” Wat erop neerkomt dat zij zich kunnen bevoorraden bij Immoworld, ontwerper en leverancier van de Kid Cool-collecties. Met andere woorden rechtstreeks bij aartsrivaal Patrick Abraham. Abraham levert immers nog steeds aan Kid Cool Amerika en Kid Cool Azië, die buiten het faillissement van KC Europe bleven. Op 7 januari 2000 gaf de rechtbank van Bobigny (Parijs) de zestig franchisehouders en tien Kid Cool-winkels van KC France al eenzelfde toestemming.

De twee rechterlijke uitspraken

bieden de winkelhouders de mogelijkheid om hun rekken op de valreep te vullen. Maar de onzekerheid blijft, want met wie zitten ze feitelijk in de boot? Met Look International – Saliks vennootschap die op 10 juni 1999 KC Europe verwierf, en sindsdien een doelloos dobberend (of zinkend) schip lijkt te zijn – of met een nieuwe overnemer van een intussen beschadigd merk. Kid Cool was nochtans ooit op weg een Belgisch succesverhaal te worden (zie kader: Mismeesterde successtory).

Afgezien van de juridische steekspelen van de twee protagonisten rijzen er vragen over de manier waarop de handelsrechtbank van Brussel deze zaak sedert midden 1999 heeft aangepakt. In het bijzonder rond het optreden van de rechter-commissaris Emile Dereymaeker (zie kader: De rechter-commissaris) en over het beleid van de voorlopige bewindvoerder Etienne Claes (zie kader: De bewindvoerder).

Volgens kaderleden “heeft Claes nooit gehandeld als een oprecht bekommerde bedrijfsleider om Kid Cool uit het slop te halen.” Claes wees voortdurend naar Patrick Abraham die geen collecties levert. “Maar wat weerhield Claes ervan om elders collecties te bestellen? Pierre Salik verbrak immers zelf de levering van collecties door Immoworld van Abraham,” aldus dezelfde kaderleden.

De handelsrechtbank van Brussel sprak op 7 juni 1999 het faillissement uit van KC Europe en twee andere vennootschappen uit de groep. Op grond van 11,5 miljoen frank aan BTW-achterstallen, waarbij de rechter akkoorden met de BTW-administratie verwierp. Zich beroepend op Europese concurrentieregels die dergelijke overeenkomsten gelijkstellen met overheidssteun. KC Europe had echter ook nog 82 miljoen schulden aan het Riziv en voor 200 miljoen aan bankschulden.

Patrick Abraham reageerde toen bitter: “We waren bezig de schulden aan te zuiveren en beschikten via factoring over een minimum aan werkkapitaal. Bovendien waren we in gesprek met mogelijke financiële partners.” Guy van der Heyden van Privafin, raadgever in corporate finance, stelt verrast te zijn geweest door het faillissement. “Een donderslag bij heldere hemel. We waren klaar met een private plaatsing om de Kid Cool-groep financieel gezond te maken, met het oog op een beursgang in november 1999.”

In een poging om

zijn Kid Cool-groep meteen te redden, klopte Patrick Abraham diezelfde 7 juni aan bij Pierre Salik ” pour sauver la boîte et le personnel,” zei hij die dag. Salik had in 1995 al eens een voorfinanciering van goederen gedaan ten belope van 1,5 miljoen dollar.

Op 11 juni meldde een persmededeling de oprichting van “een nieuwe tandem: de Groep Kid Cool en Look International, een vennootschap van de Groep Salik. Groep Salik beschikt over meer dan één miljard frank aan liquiditeiten, die de financiering van de voortzetting van de internationale groei van het merk Kid Cool voor kinderen toestaan.” De curatoren gaven hun zegen.

Groep Salik bestaat echter niet als juridische entiteit en Look International is een commanditaire vennootschap (“SCA” in het Frans, zonder verplichting tot publicatie van de jaarrekening). Door de overname veranderde KC Europe in Look International SCA (kort nadien nog eens omgedoopt in KC International SCA, om uiteindelijk, in een tijdspanne van enkele weken, opnieuw als Look International te voorschijn te komen, maar opgedeeld in kleine satellietvennootschappen om zo ook het personeel op te splitsen).

Hoe dan ook verwierf Saliks beheersmaatschappij Leiba, hoofdaandeelhouder van Look International, op 11 juni 1999 de merknaam ‘Kid Cool’ (uitsluitend) voor Europa en 260 verkooppunten. Het personeel en de winkeliers hadden nauwelijks iets gemerkt van de onrust die daaraan voorafging.

Immoworld, de vennootschap van Patrick Abraham, zou wel de collecties blijven ontwerpen en leveren; contractueel kreeg Abraham ook het operationele management van Look International (de overnemer van het vroegere KC Europe). Het financiële beheer werd toevertrouwd aan Saliks accountant, Christian Dillen. Maar één week later brak volgens het personeel de hel los. “Zonder zich ooit te vertonen, doorkruiste Pierre Salik met dondertelefoons voortdurend de instructies van Patrick Abraham,” getuigen kaderleden. Het klimaat verslechterde zienderogen.

Omdat “de tandem” snel brak, sloten Abraham en Salik op 25 juni een overeenkomst, waarin Abraham zich ertoe verbond tegen uiterlijk 31 december 1999 de zaak eventueel met derden terug over te nemen. Salik zou dan zijn 225 miljoen frank recupereren – wat het overnamebedrag was (niet één miljard zoals de persmededeling liet uitschijnen) – met bovenop een premie van 25%.

De relaties verzuren in die mate dat Patrick Abraham in september door Salik buitengezet wordt en vervangen door Etienne Claes, die met instemming van de handelsrechtbank voorlopig bewindvoerder wordt. Tegen de afspraken van 25 juni in, zet Salik in in het Italiaanse vakblad Moda Industria zélf de Kid Cool-groep te koop.

Aanklachten vliegen over en weer. Het personeel zit daartussen geprangd. Binnen- en buitenlandse kandidaat-kopers haken af uit vrees in een juridisch kluwen verstrikt te geraken. De winkelhouders en leveranciers ontvangen anonieme brieven waarin Patrick Abraham zwart wordt gemaakt (de gerechtelijke politie van Brussel bezit de documenten).

Op 15 oktober 1999 klaagt Patrick Abraham Pierre Salik bij de correctionele rechtbank van Brussel aan wegens laster. Er volgen huiszoekingen bij Abraham en bij Kid Cool-medewerkers. Een kaderlid legt klacht neer tegen Pierre Salik omdat hij door hem fysisch toegetakeld zou zijn (PV nr. BR. 4360103007/99 bij de rijkswacht van Anderlecht). Anderen beweren dat ze worden gechanteerd, zoals blijkt uit een relaas van een Kid Cool-personeelslid aan de Brusselse onderzoeksrechter Jean-Claude Van Espen (zie kader: De rechter-commissaris, brief van 5 november 1999).

Waarom Abraham koppig

tot het uiterste gaat, blijft een raadsel.

Hij had tegen het faillissement van 7 juni in beroep kunnen gaan, maar deed het niet. Waarom? Volgens curator Roland Dupont, die met zijn collega Jean-Pierre Vanderborght het Kid Cool-dossier opvolgt, zou beroep de winkelketen de fatale doodsteek toegebracht hebben. “Omdat we te maken hadden met een kluwen van vennootschappen, zouden in dit scenario alle financieringen gestaakt zijn en de winkels hadden hun deuren moeten sluiten. De redding door Salik bood dus een interessant alternatief.”

Nadat Salik – door het verbreken van de samenwerking met Immoworld – zichzelf in zijn blootje zette en de winkels zonder collecties, had Patrick Abraham personeel en winkelhouders kunnen meekrijgen om verder te gaan onder een andere merknaam. Want hij bouwde over de jaren contacten, kennis en kunde op om Kid Cool draaiende te houden. En kennelijk staat een meerderheid van het personeel en van de winkelhouders achter hem; financiële partners waren hiervoor te vinden. In Singapore is Abraham mede-aandeelhouder van Cool Island, een vennootschap met een eigen merk en vier kledingwinkels in België waarvan hij nog steeds eigenaar is. Het volstond om bij de franchisenemers bordjes te wisselen. Waarom deed hij dat niet?

Koppigheid om zijn baby, Kid Cool, terug te winnen?

Of houdt Pierre Salik de creatieve Brusselaar misschien op een andere manier in zijn greep?

erik bruyland

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content