Ruim baan voor digitale televisie

Gratis internetbeveiliging, een sociaal tarief voor 400.000 Belgen, minstens eenmaal per jaar een advies van uw telecomleverancier over de beste tariefformule, een secto-rale uitzondering op het verbod op koppelverkoop… De parlementscommissie Infrastructuur heeft de kans niet laten liggen om met het ontwerp voor de Telecomwet te scoren bij de kiezer.

Maar er is wel goed werk geleverd. Volgens experts is het wetsontwerp een zeer correcte omzetting van de Europese regelgeving. De industrie is intussen nog aan het becijferen wat al die sympathieke maatregelen zullen kosten.

Zelf zijn we benieuwd naar hun toepassing in de praktijk. Hoe het nieuwe sociale tarief voor mobilofoongebruikers – een door de sector gefinancierde korting van 138 tot 175 euro per jaar – zal inwerken op de tarieven bijvoorbeeld. Of hoe – en tegen welke prijs – de universele dienstverlener zal worden aangewezen. En hoe men de kwaliteit van de beloofde antispam-, antivirus- en antispy- warebeveiliging gaat vastleggen – ook in software. En hoe de verplichting om de consument te adviseren over zijn ideale abonnementsformule praktisch vertaald zal worden in een sector waar tariefformules sneller veranderen dan het weer.

Belangrijk is dat er met de nieuwe Telecomwet een streep kan worden getrokken onder de gedetailleerde sectorspecifieke regulering en overgegaan naar de normale praktijk, waarbij onderlinge concurrentie zorgt voor kwaliteit, diversiteit en scherpe prijzen. Dat is althans de bedoeling.

Om met dat experiment in België te kunnen starten, moet er nu eerst nog een akkoord zijn tussen de federale overheid en de gemeenschappen over de bevoegdheidsverdeling van hun respectievelijke toezichthouders: het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT), het Vlaams Commissariaat voor de Media, Le Conseil Supérieur de l’Audiovisuel, de Medienrat der Deutschsprachigen Gemeinschaft en het Federale Wetenschapsbeleid, dat bevoegd is voor de Brusselse omroep. Dat akkoord, zo valt te horen in diverse politieke kringen, is voor binnenkort, nog vóór de wet op de elektronische communicatie na de paasvakantie in de voltallige Kamer wordt goedgekeurd. Dat is hoopgevend.

In afwachting kunnen we alleen vaststellen dat het regelgevende apparaat niet klaar zal zijn op het ogenblik dat digitale televisie de markt herdefinieert. Door koppelverkoop in de communicatiesector toe te laten – een prima maatregel – hebben de parlementsleden wel een tijdbom onder die digitale televisie weggenomen. Telenet en Belgacom hebben nu veel meer mogelijkheden om de decoders te vermarkten die nodig zijn voor de ontvangst van digitale televisie. De kans op een moeras van onderlinge processen, zoals dat van Bel-gacom over Scarlet One, is een stuk kleiner geworden. En de weg ligt nu voor iedereen wijd open om diensten en content te gaan verkopen in plaats van technologie.

De Europese Commissie begint volgend jaar met de volgende herziening van zijn regelgevende kader. Dat proces zal naar verwachting minstens drie jaar duren. België zal daarom wellicht toch nog operationeel zijn onder het oude systeem, vooraleer het nieuwe moet worden toegepast.

Bruno Leijnse