Riedel: de Rolls-Royce onder de wijnglazen
De Oostenrijker Claus Riedel ontdekte dat de vorm van een glas bepalend is voor de expressie van de aroma’s. Vandaag vind je zijn wijnglazen in de meeste sterrenrestaurants.
Info: www.myhome.be
Baudouin Meyhui, al vijftien jaar de exclusieve importeur van het glazenmerk Riedel voor heel de Benelux, confronteert ons voor het interview met een ware tovertruc. Hij giet een bodempje cognac – Hennessy – in twee verschillende glazen. Het eerste glas is het ballonglas dat je traditioneel verwacht bij Cognac. Het tweede is een broos, ja zelfs vrouwelijk aandoend model dat je nooit zou associëren met een viriele drank als cognac.
Wat volgt, is een heus mysterie. We hoeven niet te proeven, gewoon de neus in beide glazen stoppen volstaat. In het ballonglas blijven alle aroma’s geblokkeerd en komt alleen de alcohol vrij, waardoor je het gevoel hebt dat het een hoogst banale drank is. In het andere glas voltrekt zich een klein wonder: meteen bedwelmen de bloementoetsen je met al hun kracht, waardoor je een onweerstaanbare drang voelt om te proeven van deze kostbare nectar.
Coupe voor mevrouw, fluitglas voor mijnheer
“Weinig mensen weten dat als je wijn of sterkedrank in een glas giet, de aroma’s het glas laagsgewijs vullen,” legt Baudouin Meyhui uit. “Boven komen de bloemen- en fruittoetsen, in het midden de planten-, mineralen- of aardegeuren, op de bodem de zwaarste hout- en alcoholaroma’s. Het klassieke cognacglas met zijn brede basis laat alleen die laatste aroma’s tot hun recht komen. In het andere glas is de verhouding anders: de basis is smaller en de bovenkant in verhouding wijder. Op die manier kunnen er subtielere aroma’s vrijkomen.”
De vorm van het glas bepaalt niet alleen de expressie van de aroma’s, maar beïnvloedt ook rechtstreeks waar op de tong de inhoud precies terechtkomt. “Een eenvoudige illustratie daarvan is het champagneglas,” vervolgt Meyhui. “In de regel kunnen we stellen dat vrouwen coupes verkiezen en mannen fluitglazen. Daar is een verklaring voor. Bij een coupeglas komt de champagne in een kleine dosis op de punt van de tong terecht en dat is precies het deel van de tong waar zoete smaken volop openbloeien. Bij een fluitglas daarentegen streelt de drank meer de achterkant van de tong, waar de bittersmaak geconcentreerd is.”
Toch wil de Kortrijkzaanse zakenman zeker niet de ‘smaakschoolmeester’ spelen. “Smaak is iets heel persoonlijks,” zegt hij. “Zo verkiezen sommigen net de alcoholtoetsen van cognac. Dat is hun volste recht, en ik zal ze heus niet verbieden om cognac te degusteren in een ballonglas. Maar een slecht wijnglas kan wel een kwaliteitswijn kapotmaken, terwijl aangepaste glazen net een meerwaarde geven aan je wijnkelder.”
Revolutie in het glas
De wijnkeldermeesters zijn het er vandaag roerend over eens: de keuze van het wijnglas is wel degelijk belangrijk. Dat we wijnen en sterkedranken in de best mogelijke omstandigheden kunnen degusteren, is te danken aan een genie dat in 1925 geboren werd en vorig jaar overleed: Claus J. Riedel.
Zijn vondst was louter toeval: hij proefde dezelfde wijn in twee verschillende glazen en merkte dat er een ongelofelijk verschil was, zozeer dat hij niet kon geloven dat het om één en dezelfde fles ging. Van dan af ging hij koortsachtig op zoek naar de beste verhouding tussen inhoud en recipiënt. Hij formuleerde als eerste de stelling dat een wijnglas een instrument is om de boodschap van de wijn over te brengen.
Maar aanvankelijk stuitte zijn vinding op enorm veel scepsis. In 1961 pakte Riedel uit met een compleet verrassende catalogus. Sommigen vonden het een schandaal en deden het af als een volkomen nutteloos experiment. En het moet gezegd: Claus Riedel zorgde voor een totale ommekeer. Geïnspireerd door het Bauhaus-principe ‘de vorm moet zich aanpassen aan de functie’ maakte hij tabula rasa met alle foefjes en versieringen. Vóór hem werd de grootte van het glas alleen beïnvloed door het gebruik. Hij paste echter ook vorm en dikte aan, en maakte zelfs komaf met het gekleurde glas waar de ‘vrouwen des huizes’ zo dol op zijn. Hij puurde het glas volledig uit en vereenvoudigde het fabricatieproces door het glas op te splitsen in drie delen: de kelk, de steel en de voet.
De glazen van Claus Riedel kenden pas jaren later succes. In 1991 maakte wijncriticus Robert Parker met zijn gezaghebbende commentaar in de WineAdvocate van Riedel dé rijzende ster aan het wijnfirmament. “Deze glazen hebben een grote invloed op kwaliteitswijnen. Ik kan niet genoeg benadrukken wat een verschil ze maken,” zo schreef hij. Onze pionier kreeg nog tal van andere erkenningen voor zijn baanbrekend werk. Zo nam het Museum voor Moderne Kunst in New York (MoMa) Riedel-voetglazen op in zijn permanente collectie.
Ander rechtstreeks gevolg van dit succes: ook de sommeliers van de beste restaurants kregen interesse voor Riedel. Vandaag gebruiken Belgische toprestaurants zoals het Hof van Cleve in Kruishoutem en De Karmeliet in Brugge nog altijd uitsluitend Riedel-glazen. De Oostenrijkse firma krijgt ook van verschillende wijnregio’s het verzoek om een speciaal glas te ontwerpen voor hun streekwijnen.
Michel Verlinden
Belgische toprestaurants zoalshet Hof van Cleve in Kruishoutem en De Karmeliet in Brugge gebruiken uitsluitend Riedel-glazen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier