Pralinemakers voor de wereld

De Belgische pralines en chocolade zijn een begrip over de hele wereld. Minder bekend zijn de machines die daarvoor nodig zijn. Het Limburgse Prefamac levert ze over de hele wereld.

In haar kantoor heeft Myriam Schepers minstens drie wereldbollen staan en hangen er tientallen foto’s van de bedrijfsleidster op bezoek ergens in de wereld. Nu eens geflankeerd door een Arabier, dan weer door een Aziaat of een Amerikaan, of ook al eens door prinses Mathilde en prins Filip. Op het bordes kijkt pa Schepers vanop een bidprentje nauwkeurig toe op het reilen en zeilen van zijn dochter, en hij ziet dat het goed gaat. “Toen ik als ondernemer begon, had hij eerst de grootste twijfels, maar binnen de kortste keren groeide hij uit tot mijn vurigste supporter. Ik weet dat hij nog altijd over me waakt.”

In haar familie had Myriam Schepers wel meer ondernemers, en dat voorbeeld werkte aanstekelijk. Ook toen ze – met haar diploma economie op zak – zes jaar en op niveau aan de slag was bij Philips, bleef de droom om zelf ondernemer te worden haar achtervolgen. Enkele consultancyopdrachten later, was het zo ver: ze werd gevraagd om na een adviesopdracht bij Prefatub (fabrikant van buisonderdelen) in te treden bij het piepjonge Prefamac. Dat bleek een producent en verdeler van machines voor het ‘vormen’ van pralines en koekjes.

Er volgde een machtsgreep in 1992. “Ach,” vergoelijkt ze, “in elk jong bedrijf heb je evenveel mogelijke meningen als er vennoten zijn. Bij Prefamac was het niet anders. Ik wilde met een aangepaste productielijn de wereld in, de medestichters zochten het eerder rond de kerktoren.”

Welke crisis?

In het fabriekgebouw op de industriezone van Lummen-Zolder worden de Prefamac-machines klaargestoomd voor een reisje naar ergens in de wereld. Myriam Schepers ziet naar eigen zeggen de hele aardbol in Lummen defileren. “Zo benieuwd zijn ze naar ons aanbod”, zegt ze trots.

Klanten uit honderd landen hebben inmiddels de Belgische knowhow in huis gehaald, zowel vormmachines als enrobeermachines (die een laagje chocolade aanbrengen). Klanten kunnen chocolatiers, bakkers of pralinezaken zijn, maar evengoed industriële spelers. Waar het grote Callebaut of het welbekende LU (Cadbury) zijn producten in bulk levert, volgt Prefamac vaak in het kielzog. Een kleine Limburgse machine ziet in één dag tijd het levenslicht, voor grotere en meer gesofisticeerde machines bedraagt het doorloopproces al snel één tot twee maanden. “We hebben machines met een instapprijs van 1000 euro, het duurdere gamma kan tot 400.000 euro kosten”, vertelt Myriam Schepers. “Of ons aanbod ook al eens gekopieerd wordt? Misschien wel, of heel zeker, maar we proberen ze almaar beter en met meer design te maken.”

De omzet bleef in de voorbije crisisjaren vrijwel gelijkmatig groeien. “We hebben in 2010 zelfs ons beste jaar gekend”, zegt Myriam Schepers. “De reden? Ik schrijf het vooral toe aan onze drang naar innovatie. We hebben nieuwe ingenieurs aangeworven, en die hebben als het ware zichzelf terugbetaald. De beste innovatie komt er door aandachtig te luisteren naar de vragen of de wensen van de klant.”

Sjanghai-roes

Die klant wil meer en meer flexibele machines waarop bijvoorbeeld én chocolade én koekjes beurtelings aan bod kunnen komen. “Onze aanwezigheid op de Wereldtentoonstelling van Sjanghai was in dat opzicht een schot in de roos”, weet de CEO. “Onze uitgestalde machines wisten daar bijzonder veel interesse te wekken. De helft van de 75 Belgische chocolatiers die in Sjanghai voorbij kwamen, heeft sindsdien een order geplaatst door de positieve ervaring met onze machines en chocoladevormen.”

Maar ze blijft ook kritisch voor de Vlaamse context. “Ik heb nog niet alle honderd landen bezocht waar we leveren, maar toch heel wat. Ja, mijn reiskoffer staat altijd een beetje klaar. Als je in landen als India of China aankomt, gaan je ogen helemaal open. Overal zijn de lonen lager dan in ons eigen kleine landje. Overal wordt er harder gewerkt en wordt er minder geklaagd. Hoe anders is het toch in Vlaanderen, met zijn vele malcontenten die altijd minder willen werken en zijn overheid die meent alles te moeten herverdelen. Als een ondernemer zijn medewerkers wil motiveren door ze met meer loon naar huis te sturen als ze meer werken, kan dat niet. De overheid werkt met een algemene indexering van de lonen, ongeacht de inzet van de mensen die sterk verschilt. Sorry, maar we kunnen ons niet meer veroorloven stil te staan.”

Inmiddels krijgt de relatief kleine Limburgse niche-kmo toch maar mooi de begerige blikken van grote concurrenten over zich heen. “Maar dat interesseert me niet”, zegt de zaakvoerster. “Omdat wij – in tegenstelling tot de multinationals – een andere koers varen en consequent gaan voor originaliteit. Neen, dat zeggen we zelf niet, dat heeft een Italiaanse collega van ons gezegd. Dat sterkt ons vertrouwen dat we goed bezig zijn.”

KAREL CAMBIEN

De klanten willen meer en meer flexibele machines waarop bijvoorbeeld én chocolade én koekjes beurtelings aan bod kunnen komen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content