Poard

De jonge Franse kok Christophe Poard mikt hoog.

Is het een teveel aan ambitie gecombineerd met Franse pretentie die maken dat Christophe Poard (30) niet overal even geliefd is?

Hij heeft nochtans veel om van te houden: vakkennis en lef bijvoorbeeld. Iemand die met een chic gastronomisch eethuis uitpakt in tijden dat men massaal naar brasserieën en eetcafés trekt, heeft moed of heeft het contact met de werkelijkheid verloren. Maar Christophe kent zijn vak als geen ander en dan heb je recht op een plaats aan de top.

Zelden zagen wij een jonge kok zo overtuigd te werk gaan. Christophe komt uit Normandië waar zijn ouders een restaurant uitbaten. Hij ging in de leer in de keuken van het Casino van Deauville. Vandaar trok hij naar Parijs en het restaurant Longchamps (twee Michelin-sterren), het Hôtel Méridien aan de Porte Maillot en het wereldberoemde instituut Taillevent, waar hij zijn grote leermeester Philippe Legendre ontmoette. Via het met sterren beladen restaurant Le Grand Véfour kwam de jonge kok in België waar hij de leiding kreeg over de keuken van restaurant Longchamps in het Antwerpse Park Lane Hotel. Het is daar niet gelukt, maar dat lag niet aan de kwaliteit van de keuken, wél aan de locatie of misschien ook aan de ingesteldheid van de kok. Christophe wilde voor zichzelf beginnen, zocht een geschikte plek in Brussel en hielp intussen in The Avenue, het nieuwe deftige eethuis aan de Louizalaan waar Vlaming André d’Haese op klanten zit te wachten. En omdat Christophe alleen maar genoegen neemt met het beste, werd het de riante villa aan het Marie-Joséplein, waar eerder luxe-eethuizen als Park Savoy, Michel Beyls en Couvert d’Argent hun onderkomen hadden.

Het landhuis ligt te midden van een prachtige tuin en heeft een aangenaam terras. Wij dronken een glaasje in een van de rotanstoelen in de ruime bar in art-decostijl en stelden vast dat het interieur was opgeknapt. Uit de fraai verpakte spijskaart kozen wij het viergangenmenu (2400 frank). In de majestueuze eetzaal wachtte een feestelijk gedekte tafel en wij genoten van het comfort, de omgeving en het fijne, inventieve eten.

Om te beginnen was er een sneetje rauwe eendenlever over een remoulade van knolselder met het parfum van noten, mosterd en arabicakoffie: bijzonder delicaat. Onder een zilveren stolp zaten suprême van griet met groene kardemom en chips van topinamboers. Ook hier één en al geestdrift. Kalfsniertjes met mosterd en kroontje van aardappel vertelden dat de kok evengoed de klassieke Franse keuken beheerst. Krokant gebak met frambozen, vers gedraaid notenijs en amarettocrème sloten deze uitmuntende maaltijd af.

pieter van doveren

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content