Pinten voor Polen
250 jaar traditie ? Dat moet je verdienen. Brouwerij Palm, familiaal en onafhankelijk, viert feest met een ode aan het bier én aan het paard. In het jubileumjaar krijgen Frankrijk en Polen het Brabantse gerstenat voor het eerst geserveerd.
Begin deze maand kregen de 265 werknemers van de Steenhuffelse Brouwerij Palm het hele verhaal nog eens voorgeschoteld in een audiovisuele montage. De slotsom : in haar 250ste jaar van bestaan reden tot feesten, uiteraard is Brouwerij Palm een zesspan in volle beweging. Waarom zesspan ? Zowel inzake productie (verdubbeling van het productievolume elke tien jaar sinds 1965, tot 800.000 hectoliter vandaag), verkoop (een stijgend Belgisch marktaandeel, nu ruim 4,3 % van de totale biermarkt en 14,6 % van de speciaalbierenmarkt), marketing (Palm investeert fors in zichtbaarheid), techniek (een hele portefeuille milieu-investeringen), financiën (een gezonde balans) als personeel (meer jobs) heeft Palm voor een pro-actieve politiek gekozen. De Brabantse brouwerij, via de holding nv Diepensteyn volledig in handen van de familie Van Roy, behoort tot de laatste 115 brouwerijen die ons land telt ooit waren er meer dan 3000 en is still growing. Aan de buitenmuur, langs de oude heirweg die het landelijke Steenhuffel (Londerzeel) verbindt met de hoofdstad, hangt de waarheid in koeien van letters tegen de gevel van de brouwerij : “Waar Brabant trots op is“.
“Voor een goed begrip : we zijn niet te koop,” beklemtoont gedelegeerd bestuurder Jan Toye, een neef van de eigenaarsfamilie Van Roy. “Nu niet en later ook niet. Ik kreeg van de familie het mandaat om het bedrijf onafhankelijk te houden, en ik respecteer die opdracht volkomen.”
BUITENLAND.
Wel wil de brouwer in het 250ste jubileumjaar een sprong voorwaarts maken. Nu het marktaandeel van het speciaalbier Palm in België zo fraai oogt en al jarenlang in de lift zit (Palm is te verkrijgen in 20.000 herbergen), lijkt de tijd rijp voor een nieuwe stap buiten de grenzen, het gesmaakte Nederlandse avontuur indachtig. Boven de Moerdijk heeft Palm sinds 1989 de harten van bierdrinkend Oranje veroverd. In goed vijf jaar tijd werd 1,4 procent van de totale markt “ingepalmd”. Omzet van de Nederlandse bv : om en bij 1 miljard frank. Het Europese samenwerkingsverband Brewers’ Special Beers en de distributie-overeenkomst met de Nederlandse collega Oranjeboom (inmiddels opgekocht door het Leuvense Interbrew) hebben hun nut bewezen. Aanvankelijk weigerde “Leuven” die afspraak met Oranjeboom te honoreren, maar de rechter zag het even anders. Zegt Toye : “Met Johny Thys (Interbrew) wordt binnenkort de vredespijp gerookt. Het klinkt raar, maar : Interbrew moet ons succesverhaal in Nederland helpen bestendigen. Misschien kan dit zelfs als voorbeeld gelden van gewenste Belgische solidariteit in het buitenland.” Na Nederland heeft Palm nu zijn zinnen gezet op het Franse Nord-Pas-de-Calais en Parijs. “We spreken daar over een regio met twintig miljoen zielen,” mijmert Toye. “Er is nog plaats voor een fijnbesnaard product als onze Special Palm.”
Daarenboven heeft Brouwerij Palm een jaar geleden in alle stilte zijn vleugels uitgeslagen richting Polen, voor een greenfield-operatie. Geïnvesteerd bedrag : 200 miljoen frank. In Kielce, tussen Warschau en Krakau, werd een gloednieuwe brouwerij opgestart met een capaciteit van 150.000 hectoliter, uitbreidbaar tot 600.000 hl. Zegt Toye : “Polen is op papier een droommarkt. De bierconsumptie, 30 liter per hoofd, staat nu nog op een laag pitje, maar alle indicatoren wijzen op een stevig groeipotentieel. We spreken over 40 miljoen inwoners. Zelfs als we maar “een graantje” meepikken, zitten we al goed ; maar vermoedelijk wordt het meer dan dat. Twee procent marktaandeel verwerven moet haalbaar zijn. Ons bier zoekt er zijn weg onder de naam Belgica. Het kan echt niet mislukken, de eerste resultaten sterken ons in die overtuiging.”
RAID ?
Of onafhankelijke brouwers nog toekomst hebben ? “We bewijzen het dagelijks,” zegt Jan Toye. “Tot spijt van wie het benijdt. Neen, we ervaren Interbrew niet langer als een bedreiging. Gelet op de Europese regelgeving kan de Leuvense brouwer in eigen land niet langer marktaandeel kopen. We voelen ons perfect in ons vel middels een commercieel samenwerkingsakkoord met Alken-Maes en Haecht, en we zijn zelf financieel voldoende sterk. Alles wat hier geïnvesteerd werd in de jaren negentig zo’n 300 à 350 miljoen frank op jaarbasis hebben we met eigen middelen betaald, want vreemde middelen schuwen we. We realiseren een kleine drie miljard omzet de staat pikt met 900 miljoen aan accijnzen en BTW een aardig graantje mee.”
“Maar,” zegt Toye, “we staan aan de vooravond van een misschien wel erg belangrijke evolutie. In andere Europese landen hebben we gezien hoe de mega-brouwers systematisch de bierhandelaars opkochten, om de distributie te controleren. Wie de distributie in handen heeft, heeft vat op de verkoop van de eigen producten. In België tellen we nog een 750-tal onafhankelijke bierhandelaars, en dat is een garantie dat de consument krijgt wat zijn keel verlangt. Maar de kans is niet denkbeeldig dat Interbrew daar verandering in wil. We kunnen niet genoeg op onze hoede zijn.”
KAREL CAMBIEN
JAN TOYE (BROUWERIJ PALM) Onafhankelijke brouwers hebben zeker nog een toekomst. We ervaren Interbrew niet langer als een bedreiging.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier