Olivia Giacobetti, de vrouw met de gouden neus
Ze ontwikkelt parfums voor Mugler en Guerlain, maar ook voor nichelabels zoals Diptyque en Frédéric. En van Shiseido kreeg ze de opdracht waar alle parfummakers van dromen: een uniek en monumentaal gamma ontwerpen van meer dan zestig geuren. Olivia Giacobetti, de nieuwe ‘grande dame’ van het parfum.
Parijs (Frankrijk)
Er zijn twee manieren om beroemd te worden: voortdurend in de kijker lopen, of alles doen om uit de schijnwerpers te blijven. Olivia Giacobetti, die parfums creëert voor Hermès, Guerlain en Mugler, houdt van discretie. Als we bellen naar de zetel van Iskia, het bedrijf dat ze op haar 25ste oprichtte, neemt ze zelf de telefoon op en vindt ze het vreemd dat we daarover verbaasd zijn. “Ik ben Alain Delon niet,” merkt ze ironisch op.
Het is een vrouw die weet wat ze wil en boeiend kan vertellen… In geuren en kleuren. Als geen ander voelt ze zich thuis in het labyrint van geuren en de emoties die ze oproepen. Bovendien is ze zo oogverblindend mooi dat stiliste Andrée Putman haar vergelijkt met de volmaakte schoonheid van een Grieks beeld. Kortom, ze heeft alle troeven in huis om een mediafiguur te worden!
Glamourgirl wordt anonieme assistente
Dat ze liever in de schaduw werkt, heeft in de eerste plaats genetische redenen. Olivia is namelijk de dochter van de beroemde fotograaf Francis Giacobetti, de ex van actrice Carole Bouquet. Hij is ook artistiek directeur van het maandblad Lui en regisseur van Emmanuelle2. In de jaren zeventig was Francis Giacobetti een notoire playboy. Ze weet dus wat glamour is! Ze groeit op in een glitterwereld tussen Neuilly en het eiland Ré, brengt op haar vijftiende haar nachten door in de Palace, een legendarische en excentrieke Parijse club, en verlaat op haar zeventiende de schoolbanken. Ze had dus een nieuwe Régine kunnen worden, de koningin van het Parijse nachtleven.
Het mondaine leven is echter niet aan haar besteed. Ze wordt liever een anonieme assistente bij Robertet in Grasse. Dit beroemde parfumlabel zag in 1850 het licht en werkt uitsluitend met natuurlijke producten. Aanvankelijk zien ze bij Robertet in Olivia niet meer dan een introverte rijkeluisdochter die zich verveelt. Ze weten echter niet dat Olivia al bijna tien jaar een passie koestert voor geuren, want die zijn voor haar een primair en dus essentieel genot. Zo doet ze als kind op vakantie – terwijl haar leeftijdsgenootjes zandkastelen bouwen of met het poppenservies spelen – niets liever dan kreupelhout besnuffelen, stuifwater opsnuiven of, merkwaardig genoeg, in een tuinslang ademen. De geur van nat rubber prikkelt voorgoed haar zintuigen.
Naar eigen zeggen kreeg ze als kind een passie voor geuren toen ze LeSauvage zag, een komedie waarin Yves Montand een mensenhatende parfummaker speelt die zich teruggetrokken heeft op een verlaten eiland.
In geen tijd heeft ze het parfumjargon onder de knie, en algauw heeft dit moeilijke vak voor haar geen geheimen meer. Robertet twijfelt dan ook niet meer aan haar talent en ze zal er zich gedurende zeven jaar vervolmaken. “Ik heb er een rijke, fascinerende en obsederende taal ontdekt. Zoiets vergt engelengeduld, net als leren musiceren. Voor het overige komt het erop aan om op elk moment ‘geurbewust’ te blijven en letterlijk de geur van de tijd in te ademen.”
Een geurenstad voor Shiseido
Als vroegbloeier richt ze al in 1991 haar eigen structuur op: Iskia. “Een Grieks woord dat ‘schaduw’ of zoiets betekent,” voegt ze er met zin voor humor aan toe. Nog datzelfde jaar lanceert ze Le petit Guerlain. Met succes, want ze breekt ermee door in het zeer besloten wereldje van beroemde parfummakers waarvan bijna alle vedetten mannen zijn, met uitzondering van Sophia Grosjman.
Olivia Giacobetti verovert echter liever zeer specifieke nichemarkten dan in de toptien te raken. Zo werkt ze niet alleen samen met Hermès (Hiris, in 1999) en Mugler (Les secrets d’Angel), maar gaat ze ook in zee met het nichelabel Diptyque – het persoonlijke parfummerk van Giorgio Armani – waarvoor ze een gamma geurkaarsen ontwerpt, en met het zeer trendy merk Frédéric Malle (parfum En passant, 2001). Meteen een beslissende wending in haar carrière.
Net als parfumeur Serge Lutens, Malle, Diptyque en l’Artisan parfumeur, mikt ze op elitaire parfums waarvan het distributienetwerk en de communicatie vertrouwelijk blijven, om hun exclusieve imago te behouden.
Het is trouwens dankzij haar samenwerking met l’Artisan parfumeur dat Olivia als eerste de ruwe toetsen van de vijgenboom introduceert, die sindsdien zo populair zijn. “Alles kan me inspireren tot nieuwe experimenten: een wit hemd in de volle zon, een zwart zandstrand aan de andere kant van de wereld, een dans, een Indiaas dessert, een stuk hout aan de rand van het water.”
Eigenzinnig als ze is, schrikt ze er niet voor terug om haar ‘neus’ uit te lenen aan designers (Préparation parfumée, Andrée Putman, 2002) of aan stilisten als John Galliano, voor wie ze een kaars ontwierp met de zoete geuren van leder, alsem en wilg.
Haar meest geslaagde project vindt ze echter haar IUNX-collectie voor Shiseido en haar gelijknamige winkel in het 7de Parijse arrondissement. Ze richtte deze ruimte van 350 m2 in als kunstgalerie en het geheel heeft een bijzonder hoog zengehalte. Behalve een uitgebreid gamma eau de toilettes en geurkaarsen kan je hier ook terecht voor verzorgingsproducten, zoals watergels met een sorbetachtige textuur, of douchegels op basis van watermeloenpitten. In totaal ontwikkelde ze meer dan zestig producten. Veeleer ‘een volwaardige stad’ dan een familie, aldus de geurkunstenares.
Antoine Moreno
Als kind deed ze niets liever dan kreupelhout besnuffelen, stuifwater opsnuiven of, merkwaardig genoeg, in een tuinslang ademen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier