Dit jaar kan worden beschouwd als een zwaar boerenjaar, onder meer door de vele neerslag en het blauwtongvirus, maar niet elke sector uit de land- en tuinbouw heeft even zwaar te lijden. Dat blijkt uit de jaarlijkse analyse door de Boerenbond van de productie en jaarresultaten van de Vlaamse landbouwbedrijven. Door de daling van de kosten lag de globale toegevoegde waarde van de landbouw in 2024 zelfs iets hoger dan vorig jaar.
De vele neerslag speelde vooral de akkerbouw parten. Boeren konden niet of laattijdig inzaaien en de hectareopbrengsten liggen lager. Voor graan is er 42 procent minder opbrengst dan in 2023, voor korrelmaïs 32 procent en voor suikerbieten 12,9 procent. Ondanks de lagere productie, stegen de prijzen niet mee. Hierdoor kampt de akkerbouwsector met een daling van de omzet van 26,3 procent, berekende de Boerenbond. Dat is onder het vijfjarig gemiddelde. Ook de sierteeltsector had last van het natte voorjaar en zag zijn omzet met 2 procent dalen.
Voor de groenten- en fruitsector was 2024 dan weer geen slecht jaar. De groentensector kende zelfs een omzetstijging van 7,2 procent, vooral te danken aan de prijsstijgingen van komkommers, aubergines, witloof en diepvriesgroenten. Ook de fruitteelt kende een goede eerste acht maanden met een globale omzetstijging van 24,4 procent. Vooral de betere perenoogst in 2023, die dit jaar verkocht wordt, is hier de reden, net als de stijgende prijzen voor appelen, peren en aardbeien. In 2024 daalde de perenproductie echter opnieuw met een kwart.
De dierlijke sector heeft dit jaar te kampen met een omzetdaling van 2,2 procent, berekende Boerenbond. “Vooral de dalende omzet in de varkenssector (-3,9 procent) en eieren (-20,6 procent) zijn hiervan de katalysator. De prijs van eieren is in 2024 opnieuw gedaald na een periode van sterke prijsstijgingen in 2022 en 2023.” Het blauwtongvirus treft sinds deze zomer de veehouders, die hierdoor een lagere melkproductie kennen en dieren verloren.
Globaal omzetdaling
Globaal was er over alle landbouwsectoren een omzetdaling van 1,7 procent tot 7,62 miljard euro. Maar daar tegenover stond een nog grotere kostendaling, waardoor de toegevoegde waarde dit jaar zo’n 4 procent hoger ligt dan in 2023, op 1,566 miljard. De directe kosten daalden met 3 procent, vooral door goedkopere plantenvoeding (-20 procent) en veevoeders (-10,8 procent). Loonkosten, energiekosten en andere blijven wel stijgen.
“De globale omzetcijfers vallen beter mee dan initieel verwacht. Maar de euforie van vorig jaar is toch wat gaan liggen”, zegt voorzitter Lode Ceyssens van Boerenbond. “Ondanks dat de toegevoegde waarde licht gestegen is, merken we sterke verschillen tussen sectoren, tussen bedrijven en zelfs tussen percelen. Sommige landbouwers hebben echt een heel moeilijk jaar. Eerlijke prijzen en een gelijk speelveld met land- en tuinbouwers zijn voor ons belangrijke punten die verder aangepakt moeten worden.”
