Mini-major mikt op Noordwest-Europa

VARO Energy is een relatief nieuwe speler in de oliesector. Maar de mini-major heeft ambitie. “De groten zullen de kleintjes overnemen en wij zullen aan de overnemende kant staan.”

Oliebedrijven scoren steevast hoog in de omzetlijsten van de provinciale toppen, mede ‘dankzij’ taksen en belastingen, die integraal worden doorgestort. Zo ook de oliemaatschappij VARO Energy, die actief is in zowel olieraffinage en -opslag, als in de verkoop aan consumenten. “Ik noem het een mini-major”, zei Marcel Van Poecke vorige zomer in Het Financieele Dagblad naar aanleiding van de fusie van de Rotterdamse oliehandelaar en -distributeur Argos met de Zwitserse raffinagegroep VARO Energy. Tegelijk werd ook het Zwitserse tankopslagbedrijf Rhytank, waarvan Argos de helft bezat, volledig overgenomen. Door de operatie ontstond naar eigen zeggen het grootste onafhankelijke oliebedrijf van Noordwest-Europa. Met de joint venture Bayernoil inbegrepen telt het 1500 medewerkers.

Van Poecke zit al ruim 25 jaar in de oliesector. Hij richtte in 1993 Petroplus op, dat hij uitbouwde tot de grootste onafhankelijke raffinagegroep. Petroplus ging in 2012 failliet. De Nederlandse zakenman was er toen al lang weg: hij verkocht in 2005 zijn aandelen aan de Britse investeringsgroepen Carlyle en Riverstone Investment Fund. Met het geld begon hij Atlas Invest, dat vanuit het Brusselse hoofdkwartier vooral in energiebedrijven investeert, waaronder Argos. Tegelijk is hij managing director van de energietak van Carlyle, dat de helft had in VARO Energy.

VARO Energy is nu voor telkens een derde in handen van Carlyle International Energy Partners, de internationale energie- en grondstoffenhandelaar Vitol en Reggeborgh, de particuliere investeringsmaatschappij van de bouwondernemer Dik Wessels. De groep heeft een raffinaderij in Cressier (Zwitserland) en een minderheidsbelang in het Duitse Bayernoil Refinery, die samen 165.000 vaten olie per dag kunnen verwerken. Voorts beschikt ze over 47 opslagterminals in Duitsland, Zwitserland, Nederland, België en Frankrijk.

In België werken dertig mensen voor VARO Energy, hoofdzakelijk op de negen terminals van de groep in Bossuit, Brugge, Brussel (2), Gent (2), Hasselt, Herentals en Luik. Van daaruit worden zowel grote oliegroepen als lokale brandstoffenverdelers bevoorraad. “Zowat een kwart van de brandstoffen op de Belgische markt wordt verdeeld via ons netwerk”, zegt Olivier Vanbiervliet, manager Wholesale Belux.

De oliesector beleeft niet zijn makkelijkste jaren. “Het verbruik van huisbrandolie neemt jaar na jaar af”, merkt Vanbiervliet op. “Door efficiëntere ketels, door de concurrentie van gasverwarming, maar ook omdat er de jongste jaren in Vlaanderen nog amper nieuwbouw is die met stookolie wordt verwarmd.”

Overnames

Door de lage olieprijzen liep de omzet van VARO Energy België – de Belgische handelsentiteit (daarnaast heeft de groep nog zes andere vennootschappen, waarin de terminals zijn ondergebracht) – in 2014 terug van 2,21 naar 1,98 miljard euro. “In 2015 is de verkoop van diesel en benzine gestegen, maar dat heeft te maken met een accijnsverhoging in Nederland. Daardoor gaat ons land in tegen de algemene markttrend, waar er minder olie wordt verbruikt door zuiniger wagens, en de opkomst van elektrische wagens en voertuigen op gas.”

Toch ziet Vanbiervliet de toekomst niet al te somber in. “De grotere spelers zullen spelers kopen, om hun volumes op peil te houden. Wij zullen aan de overnemende kant staan in die consolidatiegolf. We zijn verschillende dossiers aan het bekijken.” Daarbij wordt vooral gekeken naar West-Europa.

Luc Huysmans

“Zowat een kwart van de brandstoffen op de Belgische markt wordt verdeeld via ons netwerk” Olivier Vanbiervliet