Wie profiteert van de Duitse bazooka van 1.500 miljard euro?


De Duitse christen- en sociaaldemocraten laten het strikte begrotingsbeleid varen. Ze willen de volgende tien jaar 1.500 miljard euro nieuwe overheidsschulden maken met investeringen in defensie en infrastructuur. Maar kan dat geld ook effectief uitgegeven worden?
Die Schuldenbremse werd het voorbije decennium een van de bekendste Duitse woorden. Sinds 2009 mag de lopende federale begroting een tekort van maximaal 0,35 procent van het bruto binnenlands product (bbp) hebben. Dat werd grondwettelijk verankerd. De maatregel kan ook enkel via een tweederdemeerderheid in het parlement worden gewijzigd. De schuldenrem werd voor tegenstanders een vloek. De Duitse infrastructuur verrotte en verouderde hopeloos, terwijl de overheid driftig bespaarde. Steeds weer doken verhalen op over scholen waar de regen door het dak in de klaslokalen sijpelde, en over overheden die nog per fax communiceerden.
De schuldenrem liet uitzonderingen toe, in noodsituaties. Zo werd tijdens de pandemie de miljardenbazooka al bovengehaald. En bij de start van de oorlog in Oekraïne drie jaar geleden werd 100 miljard euro vrijgemaakt voor extra uitgaven voor defensie. Maar het Duitse Hooggerechtshof oordeelde vorig jaar dat noodsituaties zeer strikt moeten worden geïnterpreteerd.
Duitse defensie: van 1,2% naar 3,5% van bbp
De Russische dreiging en de Amerikaanse president Donald Trump brachten de Schuldenbremse in een stroomversnelling. Nochtans was een verkiezingsbelofte van de christendemocraten dat die zou blijven. Nieuwe uitgaven konden enkel via besparingen elders. Maar dinsdagavond 4 maart ging lijsttrekker Friedrich Merz overstag. Volgens het Duitse weekblad Der Spiegel deed toen een hardnekkig gerucht de ronde dat president Trump tijdens zijn toespraak voor het Amerikaanse Congres zou melden dat de Verenigde Staten uit de NAVO zouden stappen.
Christen- en sociaaldemocraten bereikten nog in de vroege avond een akkoord. Voor infrastructuurwerken wordt de volgende tien jaar 500 miljard euro extra uitgegeven. Naar defensie gaat 1.000 miljard euro extra. Terwijl vandaag al 52 miljard euro per jaar aan defensie wordt besteed, of 1,2 procent van het Duitse bbp. De op drie na grootste economie van de wereld heeft een bbp van 4.300 miljard euro. Met 150 miljard euro aan uitgaven voor defensie zou Duitsland aan 3,5 procent van het bbp komen.
Kan Duitsland die 1.500 miljard euro schulden lenen?
De Duitse overheidsschuld bedraagt 63 procent van het bbp, of 2.500 miljard euro. Dat is zonder de miljardenbazooka’s voor noodsituaties. Duitsland scoort beter dan het Europese gemiddelde van 83 procent. België heeft 106 procent, Frankrijk 115 procent. De Verenigde Staten hebben een overheidsschuld van 127 procent. De nieuwe uitgaven zouden de Duitse schuldenberg in tien jaar naar 100 procent brengen, maar op basis van een stagnerend bbp. Dat is een onrealistisch scenario.
Duitsland is bovendien een van de landen met de hoogste kredietwaardigheid in de wereld. Maar sinds de aankondiging van de bazooka is de rente voor leningen op tien jaar fel gestegen, van 2,3 naar bijna 2,9 procent. In december vorig jaar was het nog 2 procent.
Wie zijn de winnaars van de miljardenbazooka?
De Duitse defensie-industrie profiteert al sinds de start van de oorlog in Oekraïne van de uitgaven. Het bekendste voorbeeld is de beursgenoteerde onderneming Rheinmetall. De koers klom van minder dan 100 euro begin februari 2022 naar bijna 1.200 euro vandaag. De koers-winstverhouding ligt boven 100.
Nog een voorbeeld is de Duitse staalreus ThyssenKrupp. Die werd een halfjaar geleden zo goed als dood verklaard, bij een koers van geen 3 euro. Inmiddels is het aandeel alweer meer dan 9 euro waard. De staalreus werd herontdekt als belangrijke producent van defensiemateriaal.
Hetzelfde verhaal in de bouwsector. De 500 miljard euro voor infrastructuur is bedoeld voor kinderkribbes, scholen, ziekenhuizen, bruggen, wegen en spoorwegen. De Duitse bouwsector kreeg de voorbije vier jaar zware klappen. De activiteit daalde met 30 procent door de hoge inflatie, de dure bouwmaterialen, een tekort aan bouwvakkers en stijgende rentevoeten. Plots kreeg de sector weer vleugels. De aandelen van Heidelberg Materials (van 142 naar 173 euro) en Bilfinger (van 60 naar ruim 71 euro) klommen pijlsnel in amper drie dagen.
Kan Duitsland het geld laten rollen?
De voorbije jaren werd vaak gemopperd dat de Duitse overheid geen geld besteedde aan investeringen. Dat beeld klopt niet helemaal. De tientallen miljarden geraakten vaak niet aangewend door een cocktail aan factoren: een tekort aan werknemers, omslachtige bureaucratische procedures, een gebrek aan planning en materialen en protest van bewoners tegen wegenwerken.
De bazooka van 1.500 miljard euro wil die problemen wegwerken. Nieuwe wetgeving moet de uitvoering van bouwwerken versnellen. Voor de productie van defensiemateriaal werden al wetten gewijzigd. Ook elders toonde Duitsland dat het kon. In de Oostzee kwamen in sneltreinvaart nieuwe lng-installaties voor de invoer van vloeibaar gas. De productie van bouwmaterialen kan evenmin een probleem zijn, melden Duitse bouwverenigingen. De productiecapaciteit wordt vandaag, door de aanhoudende zwakte, voor slechts 70 procent benut.
De bouwverenigingen benadrukken tevens dat bouwen eenvoudiger en meer in serieproductie moet kunnen. Dat is dan weer een goede zaak voor het Belgische Etex. Duitsland is de derde grootste markt voor de producent van onder meer gips- en vezelcementplaten. Maar in vergelijking met 2019 (omzet van 386 miljoen euro) ging Duitsland er nauwelijks op vooruit (omzet van 392 miljoen euro in 2023). Etex is een specialist in prefab, waarbij woningen vooraf in de fabriek worden geassembleerd en in slechts enkele dagen op de bouwwerf worden geplaatst.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier