Stijn Fockedey
‘Van deze man mogen de genderquota er gerust komen’
Deze man van middelbare leeftijd vindt dat de genderquota voor directiecomités er mogen komen, en niet alleen voor beursgenoteerde bedrijven. Dat zegt Trends-redacteur Stijn Fockedey.
We leven niet in een ideale wereld die zonder quota kan. Integendeel, de coronacrisis kan een blijvende impact hebben op de carrièrekansen van vrouwen. Zij hebben disproportioneel veel tijdskrediet en andere verlofstelsel gebruikt, om hun gezin door de lockdowns te slepen.
De staatssecretaris voor gendergelijkheid en gelijke kansen, Sarah Schlitz (Ecolo), wil genderquota verplichten voor directiecomités van beursgenoteerde bedrijven. Er was al een verplichting voor een minimumpercentage aan vrouwen of mannen in de raden van bestuur. Dat wil Schlitz doortrekken naar de dagelijkse leiding. Maar daarvoor moet ze eerst nog de andere coalitiepartners in de federale regering overtuigen. Begin januari is in Duitsland een gelijkaardig voorstel voor een beter genderevenwicht in directiecomités bij beursgenoteerde bedrijven goedgekeurd.
Er zijn goede en minder goede argumenten te bedenken om tegen quota te pleiten. Vrouwen die doorstoten naar de top kunnen bijvoorbeeld het etiket ‘excuustruus’ opgeplakt krijgen. Maar is dat niet een tijdelijk probleem, dat vanzelf verdwijnt als die vrouwen hun daden voor zich kunnen laten spreken? En elk redelijk functionerend bedrijf zal wel snel een competentere vrouw of man vinden om een eventuele miscast te vervangen. Quota hebben bovendien het voordeel dat hr een nog actiever beleid zal moeten voeren om talent te ontdekken. Er is talent genoeg en studie na studie bewijst het voordeel van diverse raden van bestuur en directiecomités.
Er zullen altijd mensen zijn die vrouwelijke directieleden, ondanks goede prestaties, hardnekkig zullen wegzetten als excuustruzen. Ik durf er geld op te verwedden dat er een grote overlap zal zijn met de sceptici die er nu, al dan niet stilletjes, van overtuigd zijn dat veel vrouwen hun charmes misbruiken om hogerop te raken. Seksisten vinden altijd uitvluchten. “Haters gonna hate, hate, hate, hate, hate”, zoals het popfenomeen Taylor Swift het treffend verwoordt in een van haar vele hits.
Van deze man mogen de genderquota er gerust komen.
Natuurlijk zijn quota een inperking van de ondernemingsvrijheid. We mogen daar niet lichtzinnig over doen. Maar wat is het alternatief? Nog tien jaar aanmodderen met vrijwillige initiatieven of pr-acties met rolmodellen? Die werken niet goed genoeg. Bovendien hebben tijdens de coronacrisis overwegend vrouwen tijdskrediet of andere verlofstelsels gebruikt, om de gezinschaos in de lockdown te overleven. Het is nog onduidelijk wat de repercussies daarvan zullen zijn, maar het extra verlof of tijdskrediet kan slecht uitdraaien voor hun carrièrekansen. Door afwezigheid op de (virtuele) werkvloer brokkelt het sociaal kapitaal af dat je nodig hebt om te kunnen promoveren. Bovendien zijn er nog altijd conservatieve bedrijfsleiders die zulke verlofaanvragen verkeerdelijk zien als een gebrek aan loyauteit. Gelukkig zijn ze in de minderheid. In de Verenigde Staten en Groot-Brittannië hebben ze het over de she-recession, wegens de massale uitstroom van vrouwen op de arbeidsmarkt.
De genderquota hoeven niet per se morgen ingevoerd te worden. Een redelijke maar harde deadline kan werken als een stok achter de deur. Zo ging het bij de vervrouwelijking van de raden van bestuur ook. Er kan in de wet in uitstel voorzien worden, als blijkt dat het bedrijfsleven wel degelijk sterke vorderingen maakt.
Nog een terechte opmerking van een vrouwelijke collega (mannen eigenen zich nog al te vaak goede ideeën van hun vrouwelijke collega’s toe, vandaar deze expliciete toevoeging): het voorstel zou enkel gelden voor beursgenoteerde bedrijven. Wellicht is dat gemakkelijker te controleren, omdat die ondernemingen veel transparanter moeten zijn over hun werking, maar het is een extra handicap voor beursgenoteerde bedrijven. En de beurs is, jammer genoeg, nu al een onbeminde partner van het bedrijfsleven in België. Daarom is het beter en rechtvaardiger om quota in te voeren voor alle grote bedrijven. Ze hebben allemaal een voorbeeldfunctie. Het moet anders. Als daarvoor tijdelijk verplichte quota nodig zijn, dan is het maar zo. Er kunnen altijd gewettigde uitzonderingen zijn, maar een volledig mannelijk directiecomité is niet meer van deze tijd. We leven in de 21ste eeuw.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier