De schatkist van gemeenten in tijden van inflatie: ‘Hoe het verder moet, is prangende politieke vraag’
De Vlaamse steden en gemeenten krijgen door de zeer hoge inflatie af te rekenen met een “spectaculaire kostenexplosie”. Maar die kunnen ze opvangen dankzij een toename van de inkomsten. Dat besluit Belfius in de nieuwste editie van de studie naar de lokale besturen. “Al bij al zijn de gemeenten relatief goed door de corona- en energiecrisis gekomen”, stelt Herman Matthijs, professor openbare financiën (UGent). “De schulden van sommige gemeenten zijn echter vrij hoog, en er zal een fikse discussie over hun takenpakket moeten worden gevoerd.”
In 2022-2023 is sprake van 13,2 procent hogere kosten, zo bericht het persagentschap Belga. De Vlaamse lokale besturen voorzien 1,7 miljard euro meer uit te geven dan eerder geraamd. De loonkosten, de energiefactuur, maar bijvoorbeeld ook de hogere prijzen van bouwmaterialen maken het kostenplaatje heel wat zwaarder. “Een schok van meer dan 10 procent in de lokale uitgaven dateert van 1990 en vroeger”, klinkt het bij de bank in overheidshanden.
1,8 miljard euro extra
Die explosie kunnen de gemeenten wel opvangen omdat de inkomsten eveneens stijgen door de inflatie. Vanaf 2023 is sprake van 13,3 procent hogere inkomsten, of 1,8 miljard euro extra. Door de indexatie nemen de belastingontvangsten automatisch toe. Dat gebeurt via de opcentiemen onroerende voorheffing en de aanvullende personenbelastingen.
“Aan de ene kant is er goed nieuws”, observeert Herman Matthijs, hoogleraar openbare financiën aan de Universiteit Gent. “Zo zal men door de hogere inkomens in principe ook de volgende jaren meer geld innen uit de aanvullende personenbelasting, die de meeste gemeenten – afgezien van Knokke en Koksijde – hebben.”
“Aan de andere kant merk je ook dat het aantal personeelsleden sinds 2021 niet meer zakt. De personeelskosten blijven hoog en beginnen weer te stijgen”, vervolgt Matthijs. “Niet alleen door het feit dat er meer personeel is, maar ook in combinatie met de hogere inflatie en indexcijfers. De politieke vraag stelt zich hoe het verder moet met de financiering van de gemeenten in Vlaanderen.”
Vlaanderen springt bij
“De gemeenten hebben de aanvullende belastingen dus niet verhoogd”, dixit Belfius. Zo is er ook sprake van extra werkingsmiddelen vanuit Vlaanderen.
“De laatste jaren is relatief veel geld gevloeid naar het Gemeentefonds (de belangrijkste algemene werkingssubsidie voor lokale besturen, nvdr)”, merkt ook Matthijs op. “Daar kwam ook een zeer hoge groeivoet bij kijken (3,5%), die verschillende jaren heel ver boven de inflatie heeft gelegen. Ik denk dus dat er volgend jaar, bij de regeringsonderhandelingen, eens serieus moet worden gepraat over een structurele aanpassing van de financiering van de gemeenten in Vlaanderen. Dat zal geen gemakkelijke opdracht worden, want daar zijn de partijen hopeloos over verdeeld.”
Antwerpen en Gent
Heikel punt aan dat Gemeentefonds is dat “45 procent van die gelden wordt verdeeld over de steden Antwerpen en Gent”, weet Matthijs. “Dat is waarschijnlijk ook het enige waar de schepencolleges van die steden het over eens zijn. Maar dan zitten we in de markante situatie dat 55 procent van dat Gemeentefonds moet worden verdeeld over 288 andere Vlaamse gemeenten.”
Waar kan de overheid nog afslanken? “Het bijzonder dure intermediaire niveau, de vele niveaus tussen het gemeentelijke en het Vlaamse niveau, daar kan aardig op bespaard worden”, analyseert de academicus.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier