Daan Killemaes
Slaapwandelend Europa
Word wakker, Europa. Bijna zeventig jaar vrede en voorspoed heeft ons in slaap gewiegd, maar de geschiedenis schudt aan ons bed, honderd jaar na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog.
De gevaarlijke confrontatie tussen het Westen en Rusland in Oekraïne, de escalerende conflicthaarden in het Midden-Oosten en de oplopende spanningen tussen China en Japan, het zijn evenveel wake-upcalls. Er lijkt een langere periode van geopolitieke instabiliteit aangebroken, die zal interen op het vredesdividend dat Europa zichzelf lange tijd heeft uitgekeerd, knus schuilend onder de militaire paraplu van de Verenigde Staten. Maar de Verenigde Staten kunnen en willen de rol van Europese beschermheer steeds minder spelen, ook omdat het land op weg is om energieonafhankelijk te worden. Europa moet de volgende jaren meer zijn eigen veiligheidsboontjes doppen, maar kan dat nog niet. De boutade van Marc Eyskens dat het oude continent economisch een reus is, politiek een dwerg en militair een worm, blijft overeind. Europa slaapwandelt in een instabiele wereld.
‘Slaapwandelaars’, noemt de historicus Christopher Clark de Europese grootmachten die in 1914 domweg een wereldbrand inliepen. Europa had sinds 1871 vrede gekend, ondanks de toenemende rivaliteit tussen de grootmachten. Disputen werden op diplomatieke conferenties geregeld, en iets te veel Europese leiders dachten in 1914 dat de Balkancrisis ook geregeld zou worden. De spanning en het wantrouwen waren groot in 1914, maar een slimmere aanpak en meer overleg tussen Berlijn, Sint-Petersburg, Parijs, Londen en Wenen had een andere uitkomst opgeleverd. De veelal onbekwame leiders slaapwandelden een oorlog in, niet opgewassen tegen de complexiteit van de situatie, en vergiftigd door het idee dat oorlog een voortzetting van diplomatie met andere middelen was, en een oplossing kon zijn om de interne en externe spanningen te bezweren.
Het blijft een gevaarlijke vaststelling dat de Europese integratie enkel in crisismomenten een paar stappen vooruit kan doen.
Zelden hebben leiders zich zo misrekend. De Eerste Wereldoorlog eiste miljoenen doden, maakte een einde aan vier keizerlijke regimes, ruïneerde heel wat staten, brak de Europese suprematie, en lag aan de basis van de opkomst van Hitler, de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog. Maar er werden ook lessen getrokken uit al die ellende, vooral in Europa, dat met zijn integratie een uniek vredesproject op poten zette, met samenwerking en internationaal recht als garanties op veiligheid en economische groei. De euro moest voor een politieke verdieping zorgen, maar door de kar voor het paard te spannen – politieke eenheid kan voor monetaire eenheid zorgen, maar andersom is heel moeilijk – werd de Europese Unie bijna uit elkaar getrokken. Het blijft een gevaarlijke vaststelling dat de Europese integratie enkel in crisismomenten een paar stappen vooruit kan doen. Vroeg of laat loopt zo’n crisis verkeerd af, als een generatie politici onvoldoende bekwaam is om de crisis te beheren, of als ze geen voldoening meer vindt in een compromis. Net zoals de crisis van 1914 de crisis te veel was.
Het Europese veiligheidsmodel had lang een mondiaal verlengstuk in de vorm van de Verenigde Naties. De Koude Oorlog zorgde voor een gespannen rust, en later koesterde de wereld onder de dominantie van de Verenigde Staten even de illusie van een nieuwe wereldorde. Daar blijft steeds minder van over. De wereld anno 2014 buiten de grenzen van Europa lijkt wel de wereld van 1914 in Europa. Er is steeds minder overleg en steeds minder respect voor de internationale rechtsprincipes. Ook financieel-economisch is het opnieuw ieder voor zich. De invloedrijke econoom Raghuram Rajan waarschuwt dat een gebrek aan overleg tussen de centrale banken de financiële stabiliteit ondermijnt (zie blz. 24). Voor bullebakken met imperiale ambities, zoals de Russische despoot Vladimir Poetin, lijkt oorlog opnieuw het voortzetten van diplomatie met andere middelen. Poetin in de hoek drijven met economische sancties is een gevaarlijke strategie die de opties van de nieuwe tsaar verkleint. Diplomatie blijft de beste oplossing.
Europa kan het goede voorbeeld geven, maar we zijn militair te zwak, en intern te verdeeld om een doortastend buitenlands beleid, laat staan een coherente energiepolitiek te voeren. De Europese lidstaten wegen bijvoorbeeld de kosten van de sancties tegen Rusland af op een apothekersschaaltje, maar denken te weinig na over de Europese energiebevoorrading. Hoog tijd om wakker te worden en met Europa een versnelling hoger te schakelen, voor de complexe veiligheidssituatie opnieuw het petje van de wereldleiders te boven gaat.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier