Pierre Wunsch (Nationale Bank): ‘Europa staat voor fundamentele keuzes’
Europa zit gekneld tussen het innovatieve elan van de Verenigde Staten en de industriële slagkracht van China. “Als we een beetje zoals de Verenigde Staten willen worden, moeten we ook minder regelgeving en meer ongelijkheid accepteren. Je kunt niet de voordelen van de Verenigde Staten willen zonder de nadelen te aanvaarden”, zegt Pierre Wunsch, de gouverneur van de Nationale Bank van België.
“Het lukt niet in België, het lukt niet in Frankrijk en het lukt niet in Duitsland. Waarom zou je dan op Europees niveau wel de bakens kunnen verzetten? Het getuigt van intellectuele luiheid om te veronderstellen dat meer Europa onze problemen oplost”, gooide Pierre Wunsch begin december tijdens een speech aan de ULB de knuppel in het hoenderhok. De overtuiging leeft nog altijd dat een krachtige Europese aanpak, geïnspireerd door de grootse plannen in het rapport-Draghi, de Europese economie nieuw leven kan inblazen.
“Het centrale idee in het rapport-Draghi is: meer Europa en minder regelgeving. Wat een tegenstelling. Minder regelgeving zou voor Europa een grote culturele revolutie inhouden. Het rapport van Mario Draghi plaatst onze democratieën voor fundamentele keuzes. Als we een beetje zoals de Verenigde Staten willen worden, moeten we ook minder regels en meer ongelijkheid aanvaarden. Je kunt niet de voordelen van de Verenigde Staten willen zonder de nadelen erbij te nemen. Het succes van de Verenigde Staten is ook gebaseerd op een harde concurrentiestrijd”, zegt Pierre Wunsch.
‘Het is mogelijk dat, als Trump succesvol is, enkele Europese landen een beleid van minder regelgeving, minder belastingen en meer innovatie willen’
Moeten we de Verenigde Staten achternahollen als we onze economie nieuw leven willen inblazen?
PIERRE WUNSCH. “Er is in Europa geen consensus om Donald Trump achterna te hollen, laat staan het neoliberale beleid van de Argentijnse president Javier Milei te volgen. Maar wat als het beleid van Trump succesvol is? In de jaren tachtig vond het beleid van Ronald Reagan en Margaret Thatcher ook bij ons ingang. Het is mogelijk dat, als Trump succesvol is, enkele Europese landen een beleid van minder regelgeving, minder belastingen en meer innovatie zullen willen. Die landen zullen botsen op de weinig toegeeflijke Europese regelgeving. De slogan ‘tacking back control’ kan dan in een aantal hoofdsteden te horen zijn. Ik vrees voor spanningen in de Europese Unie als een aantal lidstaten een andere richting uit wil.”
Intussen laat de Amerikaanse economie de Europese steeds verder achter zich. Sinds 2000 is de productiviteit in de Verenigde Staten met 25 procentpunt meer gestegen. Zet die trend door?
WUNSCH. “Mogelijk, maar corrigeer je voor de impact van de digitale kampioenen, dan is het verschil in productiviteitstoename minder groot. Het vervolg wordt heel interessant. Als de Verenigde Staten doorzetten met een beleid van administratieve vereenvoudiging en belastingverlagingen, dan zeggen ze aan de rest van de wereld: ‘Als je goed bent en als je succesvol wilt zijn, kom dan naar de Verenigde Staten.’ Ik hoor dat de Amerikanen op onze universiteiten nu al bezig zijn de beste talenten, bijvoorbeeld in het domein van artificiële intelligentie (AI), weg te kapen. Bovendien hebben de Verenigde Staten de diepe kapitaalmarkten om grote technologische veranderingen te financieren. Enkel bedrijven als Microsoft, Google en Amazon hebben nog het geld om zulke investeringen te doen. Ze zullen zo’n sterk aanbod van cloudtoepassingen hebben, dat klanten niet om hen heen kunnen. Ze verwerven voor decennia een sterke marktpositie.”
Bio
• Geboren in Leuven in 1967
• Doctor in de economie (UCL) en master in Public and International Affairs (Princeton)
• 1992-1995: assistent-onderzoeker bij CORE, FUSL, LEI-Crest (Insee) en Delta (Hogere Normaalschool)
• 1995-1996: deskundige bij het Federaal Planbureau
• 1996- 2000: diverse functies, waaronder adjunct-kabinetschef Eric André (Brussels Hoofdstedelijk Gewest)
• 2000-2001: kabinetschef van regeringscommissaris Alain Zenner
• 2001-2004: functies bij Tractebel EGI
• 2004-2008: functies bij Electrabel
• 2008-2011: directeur Beleidscel Financiën bij minister van Financiën Didier Reynders
• 2011-2019: directeur Nationale Bank van België
• 2015-2019: vicegouverneur Nationale Bank van België
• Sinds 2019: gouverneur Nationale Bank van België
Het economische herstel wordt in het eurogebied continu uitgesteld. Is dat een symptoom van die stagnatie van de Europese economie?
WUNSCH. “Europa zit gekneld tussen de digitale kampioenen in de Verenigde Staten en de sterke industriële basis in China. We zijn vooral te risicoschuw. We houden niet van ontwrichting. We zijn goed in stapsgewijze technologische vooruitgang. Kijk naar het succes van de vliegtuigbouw. Maar we haken af als het te snel gaat. Europa is slecht in radicale verandering, terwijl de klimaattransitie en de digitale transitie evenveel industriële revoluties zijn. Europa is niet het nummer één in nieuwe sectoren. We zijn steeds meer het nummer drie, na de Verenigde Staten en China. De Europese auto-industrie heeft de transitie naar elektrische voertuigen bijvoorbeeld gemist.”
Vooral de Europese industrie blijft het bijzonder moeilijk hebben door de combinatie van de dure energie, de strenge klimaatnormen en de pittige concurrentie uit de Verenigde Staten en China. Heeft onze industrie nog een toekomst?
WUNSCH. “Zijn we bereid onze hele energie-intensieve industrie op te offeren? Europa heeft dat debat nog niet gevoerd, maar het neemt wel beslissingen die naar die uitkomst leiden. Als Donald Trump geen klimaatinspanning levert en als Europa straks al in 2040 klimaatneutraal wil zijn, krijgen we hier fabriekssluitingen en verhuist de industrie naar de Verenigde Staten, waar ze vlotter een vergunning krijgt. Mijn vrees is dat ondernemingen besluiten dat ‘bruine’ investeringen niet meer mogen in Europa en dat ‘groene’ investeringen nog niet rendabel zijn.
‘Mijn vrees is dat ondernemingen besluiten dat ‘bruine’ investeringen niet meer mogen in Europa en dat ‘groene’ investeringen nog niet rendabel zijn’
“Je hoort ook steeds vaker dat ondernemingen hun activiteiten van Europa naar de Verenigde Staten willen verhuizen omdat energie hier te duur is. Het chemiebedrijf Ineos investeert in Texas zonder problemen in vijf krakers, maar in Vlaanderen is een soortgelijke investering bijna niet te doen. En in de Verenigde Staten kan Ineos aardgas tegen 10 dollar per megawattuur kopen, vier tot vijf keer goedkoper dan hier. Ineos krijgt in Europa zelfs de boodschap dat het op termijn geen aardgas meer mag gebruiken en dat het moet overschakelen op groene elektriciteit, aardgas met koolstofopvang of waterstof. Dat wordt de energiefactuur mogelijk vijf tot tien keer duurder dan in de Verenigde Staten. Een verhuizing van fabrieken naar de Verenigde Staten levert intussen geen voordeel voor het klimaat op. Dat kunnen we niet meer uitleggen. De industrie heeft zoals de landbouw een symbolische en strategische waarde voor onze maatschappij.”
Is het Europese klimaatbeleid te ambitieus?
WUNSCH. “Donald Trump zegt: ‘Drill, baby, drill!’ De Verenigde Staten willen dus nog meer relatief goedkope fossiele brandstoffen ontginnen, maar dat betekent niet dat we in Europa onze klimaatambitie moeten opbergen. De industrie veroorzaakt slechts 25 à 30 procent van de uitstoot. Het gros van onze uitstoot kunnen we dus verminderen zonder een groot competitief nadeel op te lopen. Voor ongeveer 15 procent van onze uitstoot wordt de rit naar net zero bijzonder moeilijk. Technologie om de energie-intensieve industrie op een competitieve manier te vergroenen is er nog niet. De zeepbel van groene waterstof als klimaatvriendelijke brandstof voor de industrie is al gebarsten. Groene waterstof zal nog jaren heel duur blijven. Ook over koolstofafvang is er nog veel onzekerheid. Dat blijft de technologie van de toekomst, net zoals ze dat de voorbije jaren ook al was. Daar zit nauwelijks vooruitgang in.
“De energietransitie wordt dus heel moeilijk voor de Europese industrie. Je hoort nog dat de klimaattransitie een kans is die voor veel banen en investeringen zorgt. Tja. De goedkope elektrische auto’s, de zonnepanelen en steeds meer componenten van windturbines komen uit China. We moeten eerlijk zijn tegen de mensen. De energietransitie kost ons welvaart. We ramen die kostprijs op 3 procent van het bruto binnenlands product over een periode van 25 jaar. In theorie is dat een betaalbare prijs om de planeet te redden, maar je moet over die prijs eerlijk communiceren aan de bevolking, die weinig bereidheid toont om te betalen voor de klimaattransitie.”
Ondernemers worden ook horendol van de strikte regelgeving en de grote moeilijkheden om aan vergunningen te raken.
WUNSCH. “Ja, ook bij de Nationale Bank worden we geconfronteerd met een regelgeving die stilaan heel zwaar wordt. In Europa hebben we lang het idee gekoesterd dat we onze regels ook aan de rest van de wereld konden opleggen. Europa als de regelgever van de wereld op basis van onze waarden. Dat heeft eventjes gefunctioneerd doordat de Europese economie belangrijk genoeg was. De rest van de wereld aanvaardt dat niet langer. We mogen niet meer denken dat Europa de klimaatambitie bepaalt en dat de rest van de wereld zich zal aanpassen.”
‘We moeten eerlijk zijn tegen de mensen. De energietransitie kost ons welvaart’
Er blijven weinig argumenten over om nog optimisme over de Europese economie te koesteren.
WUNSCH. “Europa heeft begin jaren tachtig, na de oliecrisissen, deze situatie al eens meegemaakt. Toen was iedereen ook heel pessimistisch over Europa, maar we wisten een comeback te maken. Dankzij de Europese eenmaking, de opmars van de open wereldeconomie, het uitblijven van ontwrichtende innovatie en de toegang tot goedkope energie kon de Europese economie goed gedijen tot aan de vooravond van de financiële crisis. Landen als België met een open economie waren de winnaars van een globalisering op basis van duidelijke spelregels. Wordt survival of the fittest het nieuwe spel, dan zijn de kleine landen de klos. Hoe groter een land, hoe groter de slagkracht om deals te sluiten in zo’n wereld. De Britse historicus Niall Ferguson zei jaren geleden al dat Europa het Disneyland van de wereld wordt: sterk in sectoren als toerisme, maar zwak in innovatieve sectoren. Dat is een te somber scenario. Europa kan zijn plaats vinden in de wereldeconomie. We kunnen een technologische inhaalslag maken. We kunnen AI toepassen in onze ondernemingen, ook als we daarin niet de beste zijn. En in een transitieperiode kan een zwakke euro de schok opvangen. In 2008 was een euro 1,6 dollar waard, nu nog 1,05 dollar. De verzwakking van de euro heeft de concurrentiekracht van veel sectoren verbeterd. We hebben in Europa nog een relatief sterke industrie, zeker in Duitsland. We staan sterk in sectoren als toerisme, robotica en farma. We worden gelukkig nog niet op alle terrein weggespeeld.”
‘De inflatie wordt saai in 2025’
De Europese Centrale Bank (ECB) verlaagde deze maand haar beleidsrente met 25 basispunten tot 3 procent. Pierre Wunsch: “De inflatie wordt saai in 2025. De inflatie is op weg naar onze doelstelling van 2 procent. De diensteninflatie is nog relatief hoog, net als de stijging van de lonen in het eurogebied. Ik zie de beleidsrente dus niet snel dalen richting 2 procent. Een aantal bestuurders van de ECB pleitte tactisch voor een verlaging met 50 basispunten om de marktrentes lager te duwen. Dat zou echter een signaal zijn dat we een recessie verwachten, terwijl een matig herstel van de Europese economie nog altijd ons basisscenario is. De consumptie zou moeten aantrekken dankzij de stijging van de lonen en de daling van de spaarquote. Na twee jaar van trage groei en stagnatie hebben we normaal recht op een herstel. Dat kan nog drie à zes maanden op zich laten wachten, en de onzekerheid over het beleid van Trump helpt niet. Maar de voorwaarden voor een matig herstel zijn vervuld.”
Trends op Instagram
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier