Onderzoeksrechter Theo Byl: ‘Misdaad loont in België’
In onderzoeken naar financieel-economische misdrijven en misdaadgeld presteren het gerecht en de politie ondermaats. Dat lokt criminelen naar België, zegt Theo Byl, onderzoeksrechter in Mechelen en coördinator van het handboek Financieel rechercheren.
“Misdaad loont in België. Een gewone dief wordt zwaar gestraft, maar de daders van financiële misdrijven worden nauwelijks opgespoord. Criminelen weten dat België aantrekkelijk is om geldstromen te verbergen. De explosieve groei van de cocaïnemaffia in ons land is geen toeval. Ook internationale cybercriminelen hebben vaak financiële banden met ons land”, weet Theo Byl, de coördinator van het onlangs gepubliceerde handboek Financieel rechercheren. Hij spreekt uit ervaring. Hij leidt de Mechelse afdeling van de rechtbank van Antwerpen die gespecialiseerd is in cybercrime. Byl strijdt al sinds 2000 tegen financieel-economische criminaliteit, tegenwoordig als onderzoeksrechter. Zo onderzoekt hij de faillissementen van de winkelketens FNG en Mega World. Hij geeft ook advies aan de Raad van Europa en de Europese Commissie.
Criminelen kunnen na hun meestal relatief lichte straf hun criminele vermogen spenderen. Dat is onzin’ Theo Byl, onderzoeksrechter
Huilen met de pet op
“Van 2000 tot 2010 was de bestrijding van witteboordencriminaliteit en het onderzoek naar criminele winsten een prioriteit van de politiek en nam de expertise van het gerecht en de politie fors toe”, zegt Theo Byl. “Sindsdien worden de recherchediensten die dat soort misdrijven aanpakken, systematisch verwaarloosd.”
Byl wijst naar de belangrijke rol die de Centrale Dienst voor de bestrijding van de Georganiseerde Economische en Financiële Delinquentie sinds 1997 speelde in belangrijke fiscale dossiers, zoals btw-fraude: “Die dienst stond op het punt het niveau te bereiken van de bijzonder slagvaardige en goed uitgeruste FIOD (Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst) in Nederland. Maar de voorbije decennia kreeg de dienst almaar minder mensen en middelen.”
Het zwaartepunt van de bestrijding van financiële en economische fraude ligt sinds 2015 weer bij de regionale diensten van de federale gerechtelijke politie. “Voor de politietop zijn geweldmisdaden de prioriteit. Het aantal financiële rechercheurs neemt gestaag af. Zij worden nauwelijks ondersteund, terwijl de stroom dossiers blijft aangroeien. Het personeel is soms compleet gedemotiveerd. Bekwame medewerkers vertrekken”, stelt Byl. “De IT-capaciteit is ondermaats. Onlangs beschikten speurders zelfs niet meteen over de nodige software om in beslag genomen Apple-computers te analyseren. Financiële recherche is huilen met de pet op.”
Is dat een doelbewuste politieke strategie? “Geen idee”, antwoordt Byl. “Ik zie enkel het resultaat. Gelukkig wil huidig minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld) bijsturen, maar dat kan veel tijd vergen. De paradox is dat onze wetgeving tot de meest progressieve van Europa behoort.”
Byl verwijst naar de Belgische witwaswet, die een bestraffing toelaat als iemand geen legale bron kan aanwijzen van grote geldsommen die hij niet kan hebben verdiend tijdens zijn normale loopbaan of met zijn uitkering. “In de meeste Europese landen moet eerst het onderliggende misdrijf worden bewezen, voor de criminele winsten kunnen worden aangepakt.”
De witwaswetgeving behoort volgens Byl tot de kern van het financieel rechercheren. Dat draait niet alleen om de misdrijven, zoals belastingontduiking, insolventie-, faillisements-, vennootschaps- of sociale fraude. De nadruk ligt vooral op het wegnemen van de opbrengsten van die misdrijven en het blootleggen van geldstromen die een gevolg zijn van andere misdrijven of die faciliteren.
Geïntegreerde recherche
Byl pleit voor een geïntegreerde financiële recherche bij de preventie, het onderzoek en de bestraffing. Preventieve recherche kan bijvoorbeeld sociale of fiscale fraude bestrijden. Nu worden de stromannen van btw- en koppelbazerijcarrousels veroordeeld, terwijl de spilfiguren hun wanpraktijken elders voortzetten. “Als het gerecht de geldstromen van de hoofdcrimineel drooglegt, verdwijnt ook de drijfveer om fraude te plegen”, weet Byl. “Ook faillissementsfraude kan worden voorkomen door lege schelpen sneller op te sporen. De stroom van faillissementsdossiers naar het parket leidt er vandaag toe dat het enkel grote fraudezaken behandelt.”
Ook juridische mechanismen belemmeren een efficiënt onderzoek. “In België verhindert de strenge toepassing van het charter van de belastingplichtige dat justitie en financiën vlot samenwerken, zoals in Nederland”, aldus Byl. “Er kunnen wel fiscale ambtenaren worden gedetacheerd naar het parket, maar er zijn weinig kandidaten door het gebrek aan slagkracht. De fiscus is dus vooral met eenvoudige kleine dossiers bezig. Grote fraude blijft meestal onbestraft.”
Bij de bestraffing is vooral het wegnemen van de criminele voordelen belangrijk, vindt Byl: “Dat moet de hoofdopdracht zijn bij financiële recherche, maar een doelgerichte federale aanpak blijft achterwege.”
“Sommen die de rechter verbeurd verklaart, worden bovendien amper opgespoord na de veroordeling. Criminelen worden veroordeeld, maar kunnen na hun meestal relatief lichte straf hun criminele vermogen spenderen. Dat is onzin.”
Een schikking is geen Klassejustitie
Minnelijke schikkingen voor financiële of fiscale fraude liggen gevoelig bij het publiek, omdat ze de indruk wekken dat wie geld heeft zijn straf kan ontlopen. Klassenjustitie dus. Onderzoeksrechter Theo Byl nuanceert dat: “Na een geweldmisdrijf is het moeilijk de schade weg te nemen. Evenmin is het mogelijk de maatschappelijke schade terug te draaien na het oprollen van een drugsnetwerk. Dat soort criminelen hoort thuis in de gevangenis. De schade van financieel-economische misdrijven is wel hersteld, als de achterovergedrukte sommen worden terugbetaald. In dat geval lijkt het me niet onverstandig als daders hun zaak na een grondige rechterlijke toetsing kunnen regelen met de betaling van een boete.” Byl betreurt wel dat zo’n schikking niet wordt opgenomen in een strafregister.
Een minnelijke schikking komt dikwijls voor in complexe dossiers. “De recherche besteedt er veel tijd aan, de slaagkans binnen een redelijke termijn is soms klein en de straffen zijn vaak niet zo hoog”, weet Byl. “Justitie zou erin moeten slagen de belangrijkste zaken, waarin veel geld circuleert, binnen een redelijke tijdspanne voor de rechter te brengen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier