Nobelprijswinnende techniek is controversieel

Roeland Byl redacteur bij Trends

Emmanuelle Charpentier en Jennifer Doudna krijgen dit jaar de Nobelprijs voor Scheikunde voor de ontwikkeling van de CRISPR-Cas9-techniek. Dat is een opmerkelijke beslissing, omdat controverse bestaat over de zogenoemde DNA-schaar.

De wetenschappelijke waarde van het onderzoek waarvoor de Française Emmanuelle Charpentier en de Amerikaanse Jennifer Doudna de Nobelprijs voor Scheikunde krijgen, staat buiten kijf. Zowat een decennium geleden toonden ze aan dat je met de CRISPR-Cas9-techniek de genetische code van planten of dieren heel precies kunt wijzigen. Omdat de techniek de mogelijkheid biedt in het DNA bepaalde genen aan of uit te zetten, wordt ook wel gesproken van genome editing of de DNA-schaar.

Tot voor ontdekking van Charpentier en Doudna gebeurde genetische manipulatie door stukjes genetische code toe te voegen met de hulp van een bacterie. De Gentse onderzoekers Marc Van Montagu en Jozef Schell pasten die techniek voor het eerst toe in planten. “De CRISPR-Cas9-techniek werkt als een soort genetische gps, die exact de plaats in het DNA aanwijst, waar je iets wilt wijzigen”, zegt Dirk Inzé. Hij staat aan het hoofd van het VIB-UGent Centrum voor Planten Systeembiologie. “In de plantenkunde kan je met die methode hetzelfde doen als wat in de klassieke plantenveredeling gebruikelijk is. Alleen gebeurt het nu door heel precies wijzigingen aan te brengen, in plaats van twintig jaar lang planten met elkaar te kruisen. De verbeterde plant die het resultaat is van zo’n proces, valt niet te onderscheiden van een klassiek veredelde plant. Er is geen spoor van vreemd DNA terug te vinden.”

Controversieel

De impact is duidelijk. In fundamenteel onderzoek heeft de DNA-schaar al bijgedragen tot een groot aantal belangrijke ontdekkingen over de functie van bepaalde genen. Plantendeskundigen hebben er nieuwe variëteiten mee ontwikkeld met het oog op de klimaatopwarming en insectenplagen. Voor heel wat erfelijke ziektes ligt een nieuwe aanpak in het verschiet dankzij de precisie van de CRISPR.

Maar er is ook controverse over de techniek. Zo pasten Chinese wetenschappers genome editing toe op menselijk DNA, om een baby hiv-resistent te maken. Ze kregen daarvoor een gevangenisstraf. Het incident lag allicht mee aan de basis van de oproep van Jennifer Doudna om een tijdelijk verbod in te stellen op het gebruik van de DNA-schaar voor genome editing in de beginfase van het menselijk leven.

Voor het eerst is het mogelijk genetische defecten te repareren nog voor een mens geboren is. Maar mogen we wel sleutelen aan DNA zonder de toestemming van toekomstige generaties? De technische mogelijkheden zijn er, maar het juridische kader is nog niet klaar.

Plantenveredeling

Voor de toepassing in de landbouw liggen de zaken anders. “Het is belangrijk landbouw en plantenbiotechnologie niet over dezelfde ethische kam te scheren als de medische toepassingen”, vindt Inzé. “In 2018 heeft het Europees Hof van Justitie de CRISPR-methode gecategoriseerd onder de klassieke Europese wetgeving voor genetisch gewijzigde gewassen. Dat is absurd. Bij klassieke ggo-technieken wordt vreemde genetische informatie toegevoegd. Dat kan met deze methode ook, maar meestal wordt ze gebruikt om iets te wijzigen zonder dat er vreemd DNA aan te pas komt. Je kunt het resultaat dan genetisch niet onderscheiden van een ongewijzigde plant. De beslissing van het Europese Hof veroordeelt met andere woorden niet het eindproduct, maar het proces. Die beslissing heeft de wetenschappelijke wereld op zijn kop gezet. In die mate dat de Europese Commissie heeft beslist het dossier te heropenen. Dat is goed, want de rest van de wereld is wel met wetgeving gekomen, om de technologie voor plantenveredeling toe te staan.”

In de plantenbiotechnologie is er veel enthousiasme over de techniek. Dreigt geen herhaling van het scenario dat de pioniers van de plantenbiotechnologie overkwam? Europa, en met name Vlaanderen, stond mee aan de wieg van toepassingen van biotech in de landbouw, maar stond weigerachtig tegenover het toepassen ervan in het veld. “We pleiten zeker niet voor een ongelimiteerd gebruik van die technologie”, zegt Inzé. “Er moet maatschappelijke controle zijn. Je kunt je afvragen of je volledige resistentie tegen onkruidverdelgers wilt inbouwen in alle planten. Maar de technologie helemaal in de diepvries steken, is geen goed idee. Zeker in het licht van de klimaatopwarming en de uitdagingen in biodiversiteit hebben we deze technologie nodig om sneller een ecovriendelijker landbouw mogelijk te maken.”

“Twintig jaar geleden was het voorzorgsprincipe nog een argument. Je kent de gevolgen niet van vreemd DNA dat je in een plant aanbrengt. Intussen heeft een eindeloze rij studies aangetoond dat er geen enkel risico is. Maar ik wil de discussie over de toelating van oude genetisch gewijzigde gewassen niet heropenen. Ik hoop alleen dat het gebruik van nieuwe producten, waar geen vreemd DNA in zit en die zijn bekomen met CRISPR-Cas9, van de ggo-wetgeving worden vrijgesteld.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content