Jerome Powell (Fed): ‘Het monetaire beleid moet nog restrictiever worden’

Fed-voorzitter Jerome Powell © reuters
Daan Killemaes
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

De westerse centrale bankiers bespraken woensdag tijdens een conferentie van de Europese Centrale Bank (ECB) in het Portugese Sintra de strijd tegen de hardnekkig hoge inflatie. ‘Er ligt nog werk op de plank’, klonk het unisono bij de Europese Centrale Bank, de Amerikaanse centrale bank (de Fed) en de Bank of England.

Tijdens een vrij uniek panelgesprek tussen de ‘big 4’ van de westerse centrale banken werd nogmaals duidelijk dat Christine Lagarde, Jerome Powell en Andrew Bailey, als toplui van de ECB, de Fed en de Bank of England, nog werk op plank liggen hebben om de prijsstabiliteit te herstellen.  Kazuo Ueda daarentegen zag als gouverneur van de Japanse centrale bank nog geen graten in een inflatie van 3 procent in Japan en maakt nog geen aanstalten om het geldbeleid te verkrappen.

Finishlijn is nog niet getrokken

In het eurogebied, de VS en het Verenigd Koninkrijk is een strakker geldbeleid al ver gevorderd, zonder dat de centrale bankiers de finishlijn al getrokken hebben. ‘We hebben de beleidsrente al met 400 basispunten verhoogd in minder dan één jaar tijd, maar het werk is nog niet af. We zullen de beleidsrente hoogstwaarschijnlijk verhogen in juli. We beslissen vergadering per vergadering in functie van de economische data die we krijgen’, zei Christine Lagarde, die zich nog niet uitsprak over een eventuele renteverhoging in september.

De Amerikaanse centrale bank duwde deze maand op de pauzeknop, maar is van plan om de beleidsrente verder te verhogen.  ‘We hebben de beleidsrente met 500 basispunten verhoogd in iets meer dan een jaar tijd. Het monetaire beleid is echter pas onlangs restrictief geworden. We houden rekening met twee extra renteverhogingen. De sterke arbeidsmarkt fungeert als locomotief voor de economie. De groei is sterker dan verwacht, de inflatie is hoger dan verwacht, en de arbeidsmarkt is krapper dan verwacht. Ons beleid zal nog restrictiever worden’, zei Jerome Powell.

De Britse centrale bank verhoogde de beleidsrente onlangs met 50 basispunten ‘omdat de Britse economie veerkrachtiger is dan verwacht.’ ‘De kerninflatie is hardnekkig hoog als gevolg van een zeer krappe arbeidsmarkt. De omvang van de Britse beroepsbevolking is nu lager dan voor de coronapandemie. We zullen doen wat nodig is om terug te keren naar onze inflatiedoelstelling’, zei Andrew Bailey.

Ook in Japan is de inflatie gestegen tot 3 procent, maar dat is voor de centrale bank nog geen bezorgdheid. ‘De onderliggende inflatie is nog altijd lager dan 2 procent. Daarom is ons geldbeleid nog niet veranderd. Voor het eerst in drie decennia stijgen de  lonen met 2 procent, maar om een inflatie van 2 procent te bereiken, moeten de lonen met meer dan 2 procent stijgen’, zei Kazuo Ueda.

Risico op nieuwe beleidsfout neemt toe

Hoe harder de westerse centrale banken op de rem staan, hoe groter het risico wordt dat ze een nieuwe beleidsfout maken door de economie te sterk af te koelen. Of anders gezegd, kan de hoge inflatie verslagen worden zonder een recessie uit te lokken? ‘Een recessie in de VS is niet ons meest waarschijnlijke scenario, maar is niet uitgesloten. Een afkoeling van de inflatie is mogelijk zonder grote stijging van de werkloosheid. Het aantal openstaande vacatures is al met twee miljoen gedaald. De loondruk neemt licht af. De Amerikaanse arbeidsmarkt koelt wat af, maar het proces verloopt trager dan gedacht. De loonkosten stijgen nog te snel’, aldus Powell.

De voorzitter van de Amerikaanse centrale bank gaf wel toe dat de risico’s toenemen naarmate de beleidsrente stijgt, vandaar ook dat de Fed een pauze inlaste, om te zien in welke mate het krappere gelbeleid en de recente stress in het banksysteem de economie en inflatie afremt. ‘Maar het risico om te weinig te doen is nog altijd groter dan het risico om te veel te doen. De sociale kostprijs om prijsstabiliteit te herstellen is hoger dan de kostprijs van een restrictief beleid om de prijsstabiliteit te beschermen. Hoe langer de inflatie hoog blijft, hoe groter het risico dat een hoge inflatie verankerd raakt. We zien de kerninflatie pas tegen 2025 dalen naar 2 procent. Pas als de inflatie scherp zou dalen, zou er ruimte komen voor renteverlagingen, maar daar zijn we nog lang niet.’

Ook voor de Europese Centrale Bank staat de strijd tegen de hoge inflatie nog altijd bovenaan de agenda. Voor een pauze in de renteverhogingen is het te vroeg, zegt Christine Lagarde: ‘De kerninflatie is nog te hoog. Het geldbeleid moet restrictief blijven. De economie van de eurozone stagneerde de voorbije maanden, maar in de tweede helft van het jaar mogen we een licht herstel verwachten. Ons basisscenario houdt geen rekening met een recessie, maar het recessierisico kan niet uitgesloten worden.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content