Roeland Byl
Hoezo opwaardering technisch onderwijs?
Zonder een uitgebalanceerd leerplan wordt een STEM-diploma een even nietszeggende passe-partout als een MBA. Dat zegt Trends-redacteur Roeland Byl.
Aan het begin van de jaren zeventig kreeg iedere twaalfjarige in het eerste middelbaar van het Vernieuwd Secundair Onderwijs (VSO) twee uur technologische opvoeding. Dat was evenveel als de uren Latijn en net iets meer dan de uren plastische opvoeding. Een echt succes was het VSO niet, onder andere omdat de kwalitatieve invulling van het technologievak nogal verschillend bleek.
Sindsdien is de wereld veranderd. Het VSO bestaat niet langer, we bekvechten al jaren over de noodzaak van alweer een onderwijshervorming om het watervalsysteem te neutraliseren, en het bedrijfsleven klaagt over een tekort aan ‘technische profielen’. De Vlaamse regering probeert sinds 2012 met een actieplan en met steun van het bedrijfsleven meer leerlingen naar de technische richtingen te trekken onder het wat knullige STEM-label. STEM staat daarbij voor Science, Technology, Engineering en Mathematics. Hoe lelijk de naam ook mag zijn, blijkbaar slaat de aanpak deze keer wel aan, vooral in ASO-scholen. Zij profileren de richting als een alternatief voor Latijn. Ziedaar de opwaardering van het technisch onderwijs.
Of toch niet? Zowel vanuit de onderwijskoepels als vanuit het bedrijfsleven komen er kritische geluiden. Zo is er nog helemaal geen duidelijke afspraken over wat die STEM-richtingen nu juist moeten inhouden. Bovendien is het niet helemaal duidelijk tot welke vervolgopleiding die twee eerste jaren in een STEM-richting van het middelbaar onderwijs moeten leiden. Daardoor heeft het er alle schijn naar dat het gehypte STEM-label eerder als een kwaliteitsetiket dan als inhoudelijk onderbouwde opwaardering van het technisch onderwijs dienst doet.
Hoezo opwaardering technisch onderwijs?
Niemand zal in de digitaliserende wereld het belang van technische en wiskundige vorming ontkennen. Of met de STEM-hype de vraag naar technici beter zal worden ingevuld dan vandaag is echter lang niet zeker. Trouwens: de internationale tendens om de menswetenschappen steeds nadrukkelijker een tweederangsrol toe te wijzen, zal op termijn ongetwijfeld een vergissing blijken. Ten eerste omdat Latijn of Grieks nooit een belemmering zijn geweest voor een technische carrière of ingenieursopleiding. Maar ook en vooral omdat de mensheid zich ooit zal moeten afvragen welke kennis haar onderscheidt van robots en automaten.
Alleen al daarom is het cruciaal dat de inhoudelijke invulling van de STEM-richtingen gebalanceerd wordt uitgebouwd. Maar niet alleen daarom. Scholen, onderwijshervormers en inrichtende machten nemen de bedenkingen van de koepels en het bedrijfsleven over de STEM-richtingen best ter harte. En liefst snel. In elk geval voor de kiem van de mogelijke opwaardering van de technische vakken in een chaotische veelheid wordt gesmoord. Zo niet verandert er voor de Vlaamse bedrijven op zoek naar bekwaam technisch geschoold personeel weinig. Zonder een uitgebalanceerd leerplan wordt een STEM-diploma een even nietszeggende passe-partout als een MBA. Zo’n titel klinkt goed, maar vertelt weinig over de kwaliteiten van een werknemer. Simpelweg omdat de ene MBA de andere niet is.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier