Hilde Vernaillen (CEO P&V Groep): ‘De grote uitdaging voor de sector wordt verzekeringen betaalbaar te houden’

"Er zijn fundamentelere zaken dan het puur financiële. " © Franky Verdickt
Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

Als CEO van P&V Groep en voorzitter van de beroepsfederatie Assuralia maakte Hilde Vernaillen de covidpandemie en de zware overstromingen in Wallonië mee. “Men heeft het plafond voor de tussenkomst van verzekeraars opgetrokken tot ongeveer het schadeniveau van de ramp in Wallonië. Maar wat als het meer is? Kijk naar wat enkele weken geleden in Valencia gebeurd is. Als zo’n waterbom onze contreien treft, hebben we een enorm probleem.”

Midden dit jaar gaf Hilde Vernaillen de fakkel als voorzitter van Assuralia door aan AXA-topman Etienne Bouas-Laurent. De vier jaar dat ze voorzitter van de beroepsfederatie van de verzekeringsmaatschappijen was, werden gekleurd door twee zware crisissen: de uitbraak van de covidpandemie in maart 2020 en de verwoestende overstromingen in de Vesdervallei in juli 2021. Dat uit die natuurramp niet de noodzakelijke conclusies werden getrokken, betreurt ze: “De overheid heeft het wettelijke plafond voor de tussenkomst van verzekeraars opgetrokken tot 1,6 miljard euro, maar daarboven is niets geregeld. Zo’n protocol is in de praktijk onuitvoerbaar. Als er zware schade is, begint een verzekeraar meteen uit te betalen om de ergste nood te lenigen, zonder dat hij de totale schade kent. Terwijl het met de voorliggende wetgeving zou kunnen dat klanten slechts voor 20 procent vergoed worden.”

Bij P&V Groep werkt Vernaillen verder aan een groeitraject. De premie-inkomsten van de verzekeraar gingen voorbij de mijlpaal van 2 miljard euro en de groep maakt zich op om mee te doen met de grote spelers. “We groeien al vijf jaar op rij sneller dan de markt”, vertelt Vernaillen. “We zitten commercieel goed in de markt via twee distributiekanalen: ons eigen P&V-agentennet en Vivium, dat werkt met makelaars en partners. Elk jaar winnen we ongeveer 0,1 procent marktaandeel en tegelijk neemt de winstgevendheid toe. Dat toont aan dat we klaar zijn om die groei te bestendigen. Misschien zal dat niet elk jaar lukken, maar gemiddeld over een lange periode wel. Als we het verschil willen maken, moeten we groots durven te denken.”

Waarom is die groeiversnelling nodig?

VERNAILLEN. “Ten eerste omdat het onze missie is zo veel mogelijk mensen te beschermen door verzekeringen inclusief te maken. Dat kun je niet als je een kleine nichespeler blijft. Ten tweede doen de toenemende regelgeving, de digitalisering en de krapte op de arbeidsmarkt de investeringskosten oplopen. Als je al die investeringen wilt dragen, heb je schaalgrootte nodig. Omvang is het middel om waarde te creëren voor de klanten: je kunt de verzekeringspremies alleen laag houden als je schaalvoordelen benut en efficiënt bent. Daarom maak ik me zorgen voor de kleine verzekeraars.”

‘Als we het verschil willen maken, moeten we groots durven te denken’

Hoezo?

VERNAILLEN. “Kleine verzekeraars zullen het moeilijk krijgen. En ik zeg er meteen bij dat ik dat spijtig vind. Kleine spelers hebben hun waarde omdat ze doorgaans een specialisatie hebben. Als die verdwijnt, verarmt de markt. Maar ik zie niet goed in hoe kleine verzekeraars aan al die bijkomende verplichtingen kunnen voldoen. Zo is de Europese DORA-richtlijn (Digital Operational Resilience Act, een Europese richtlijn die de financiële sector weerbaarder moet maken tegen cyberrisico’s, nvdr) voor een kleine verzekeraar bijna niet haalbaar. Als ik zie hoeveel mensen P&V Groep daarop moet zetten, en dan nog onze beste IT- en riskmensen… Dat is voor ons al een heel zware opgave, en wij zijn het nummer zes op de markt. Er is te weinig proportionaliteit in de wetgeving. De regels worden geschreven op de maat van de grote maatschappijen en de kleintjes moeten dan maar volgen.”

Is het uw doel tot de top vijf van de markt te behoren?

VERNAILLEN. “Dat is haalbaar, maar het is niet essentieel. We willen vooral rendabel groeien. Als coöperatieve verzekeraar moeten wij onze groei zelf financieren. Dat betekent dat we voldoende winst moeten maken om zowel onze klanten als onze distributiepartners te vergoeden, mensen aan te trekken en de nodige investeringen te doen, maar ook om ons kapitaal te versterken.”

Beeld: Franky Verdickt.

Is het dan nog een goede zaak om een coöperatieve verzekeraar te zijn?

VERNAILLEN. “Toch wel. Je kunt meer geld in het bedrijf houden en je bent niet afhankelijk van de financiële markten en het kortetermijndenken van dien. P&V Groep heeft een langetermijnvisie die samenhangt met onze sociale missie om er voor zo veel mogelijk mensen te zijn. Wij willen anders zijn en ons onderscheiden, onder meer door een menselijke aanpak. Er zijn fundamentelere zaken dan het puur financiële. Zeker in het tijdsgewricht waarin wij ons bevinden, zijn P&V Groep en andere coöperatieve verzekeraars bijzonder relevant. De wereld wordt geconfronteerd met grote geopolitieke, sociale en ecologische uitdagingen. We gaan door een mutatie die niet pijnloos zal zijn. Onze taak als verzekeraar is mensen in dat proces te begeleiden door hun welvaart en hun welzijn te beschermen.”

In welke segmenten van de markt ziet u nog groeimogelijkheden?

VERNAILLEN. “Op de markt van particulieren en gezinnen kijken we vooral naar het langetermijnsparen (de derde pensioenpijler, nvdr), inkomensbescherming en brandverzekeringen. Maar dat is een mature markt die niet veel sneller groeit dan de inflatie.

“Op de kmo-markt is er in schadeverzekeringen een groter potentieel. Dat segment bedienen we vooral via ons makelaarskanaal Vivium. Alles samen hebben we een marktaandeel van 6,2 procent in niet-levensverzekeringen en ik ben ervan overtuigd dat we de competentie hebben om nog beter te doen. Dat betekent niet dat we vanaf nu alles op Vivium inzetten. We willen dat beide distributiekanalen groeien en we blijven in beide investeren.”

‘Private Insurer was een accident de parcours dat ons er niet van zal weerhouden nieuwe acquisities te doen’

Zijn acquisities een optie om de groei te versnellen?

VERNAILLEN. “Jazeker, we kunnen de stap naar externe groei aan. De organisatie is er klaar voor, de IT-systemen zijn er en de solvabiliteitsmarges laten het toe. Alles is er om overnames te doen. Maar er moet natuurlijk eerst iets te koop staan.”

Een bedrijf als Ethias zou goed bij u passen. Het Waals Gewest heeft al gezegd dat het openstaat voor een verkoop.

VERNAILLEN. “Het blijft afwachten wat de houding van de federale en de Vlaamse overheid is. Voorlopig is er niets concreet. Maar het klopt dat er door de Belgische en maatschappelijke verankering een match is met Ethias. Mocht het dossier op de markt komen, dan zullen we zeker meedingen. Maar de concurrentie zal hevig zijn. Elke grote verzekeraar, van AG over Belfius tot KBC, heeft al gezegd geïnteresseerd te zijn in Ethias.”

Kunt u financieel zo’n stap aan? Als coöperatief verzekeraar kunt u geen beroep doen op een kapitaalkrachtige aandeelhouder.

VERNAILLEN. “Wij zouden allicht extra kapitaal moeten ophalen. Dat is niet onmogelijk. Wij hebben buitenlandse partners (twee Franse onderlinge verzekeraars zijn coöperanten van P&V Groep, nvdr), die mogelijk het verschil kunnen maken. En het is niet omdat wij niet beursgenoteerd zijn dat we geen beroep kunnen doen op de financiële markten. Enkele jaren geleden heeft P&V Groep een obligatie uitgegeven om 250 miljoen euro aan schulden te herfinancieren. Daarop is voor 390 miljoen euro ingeschreven, ook al hadden wij geen kredietrating. We hebben investeerders louter op basis van ons verhaal overtuigd.”

Beeld: Franky Verdickt.

Ik had gedacht dat P&V Groep alle appetijt voor een overname verloren zou zijn. De overname van Private Insurer, een Brusselse levensverzekeraar gespecialiseerd in tak23-producten, draaide enkele jaren geleden uit op een nachtmerrie.

VERNAILLEN. “Die zaak is compleet misgelopen, dat moeten we niet onder stoelen of banken steken. Maar het was een accident de parcours, dat ons er niet van zal weerhouden nieuwe acquisities te doen. Wij kunnen op dat gebied een mooi trackrecord voorleggen. In 2007 heeft P&V Groep ING Insurance overgenomen, waardoor we in omvang verdubbeld zijn. Voorts hebben we met succes de retailactiviteiten van Zürich en een stuk van Ergo in België geïntegreerd. Allemaal transacties die veel groter waren dan Private Insurer. Voor mij is dat de les uit de mislukking van Private Insurer: het is niet omdat een bedrijf klein is dat het zonder risico is.”

Hoe hebt u zich zo kunnen miskijken op die onderneming? Er was blijkbaar sprake van fraude op grote schaal.

VERNAILLEN. “Wij zijn inderdaad op wantoestanden gebotst, waarover ik niet veel kwijt kan, omdat er nog veel juridische procedures lopen. Het ging om zaken die je via een normale due diligence (een boekenonderzoek, nvdr) niet kon detecteren. We hebben het pas opgemerkt toen we na de overname inzage kregen in de klantendossiers. We hebben voor 52 miljoen euro provisies opzijgezet, een bedrag dat afgestemd is op de maximale impact. Dat betekent dat we de zaak nu achter ons kunnen laten, in de hoop nog wat van het verloren geld te recupereren.”

Uw termijn als voorzitter van Assuralia liep midden dit jaar af. Hoe hebt u die periode beleefd?

VERNAILLEN. “Ik was pas enkele dagen in functie toen de coronapandemie uitbrak en het land in lockdown ging. Dat was heftig. Maar de overstromingen in Wallonië in juli 2021 waren zo mogelijk nog heftiger. De zondag na de ramp hadden wij met P&V Groep al tweehonderd mensen op het terrein om de getroffen klanten bij te staan. Op sectorniveau was het cruciaal dat we zo snel mogelijk de omvang van de schade in kaart brachten. Gelukkig waren de prognoses vrij accuraat. Onze grootste bekommernis als sector was dat alle verzekerden volledig vergoed zouden worden. Op eigen initiatief hebben we het wettelijk plafond voor de tussenkomst van verzekeraars verdubbeld. Tegelijk hebben we het Waals Gewest 1 miljard euro voorgeschoten, zodat het ook zijn engagement kon nakomen.”

Was iedereen ervan overtuigd dat het Waals Gewest die lening zou kunnen terugbetalen?

VERNAILLEN. “Als voorzitter van Assuralia was het mijn taak alle verzekeraars daarvoor op dezelfde lijn te krijgen. Dat is gelukt. De voorwaarden waren ook redelijk: het betrof een renteloze lening op acht jaar. Het Waals Gewest heeft de terugbetaling in schijven in zijn begroting ingeschreven en in augustus 2024 de eerste afbetaling gedaan. Dat het deels daardoor nieuwe schulden aangaat, blijft wel een bekommernis. Maar ik denk dat die constructie in de gegeven omstandigheden de best mogelijke oplossing was. Wij wilden tot elke prijs voorkomen dat gedupeerden slechts gedeeltelijk zouden worden vergoed. Niemand had het begrepen als mensen in de kou waren blijven staan.”

‘Als een waterbom zoals die in Valencia onze contreien zou treffen, hebben we een enorm probleem’

Dat risico bestaat nog altijd. De overheid heeft het wettelijk plafond wel opgetrokken tot 1,6 miljard euro, maar als de schade groter is, is er geen regeling.

VERNAILLEN. “Het probleem is inderdaad niet van de baan. Men heeft het plafond voor de tussenkomst van verzekeraars opgetrokken tot ongeveer het schadeniveau van de ramp in Wallonië. Maar wat als het meer is? Kijk naar wat enkele weken geleden in Valencia gebeurd is. Als zo’n waterbom onze contreien treft, hebben we een enorm probleem. Ik vind het onacceptabel dat we zouden moeten beslissen dat de schade slechts voor 20 of 50 procent vergoed wordt omdat er geen duidelijke wettelijke afspraken gemaakt zijn.”

Ligt u soms wakker van een waterbom zoals in Valencia?

VERNAILLEN. “Als dat bij ons gebeurt, zou het een ramp zijn. En het kán gebeuren, en iedereen weet het. Maar dat is menselijk, zeker? We keken allemaal naar de beelden van Valencia ’s avonds op het nieuws, en tien minuten later waren we het alweer vergeten. Zou het in Wallonië in juli 2021 twee of drie uur langer hebben geregend, dan had Luik onder water gestaan en hadden we dezelfde beelden bij ons gezien als in Valencia. Dat heeft niet veel gescheeld.”

Verwijt u de overheid kortzichtigheid?

VERNAILLEN. “Ik begrijp dat de zaak niet zo eenvoudig te regelen is. De verzekeringswet is federale materie, maar de rampenfondsen zijn regionaal en hebben onvoldoende middelen. Die complexiteit maakt het extra moeilijk om een oplossing te vinden. Al die overheden zitten bovendien al in moeilijke financiële papieren. Daardoor ontbreekt de politieke wil om nog een extra engagement op te nemen.”

Men lijkt daarbij voorbij te gaan aan de effecten van de klimaatverandering. Hoe gaan verzekeringsmaatschappijen daarmee om?

VERNAILLEN. “De grote uitdaging voor de sector wordt verzekeringen betaalbaar te houden voor iedereen, zonder mensen uit te sluiten. Door de toename van natuurrampen wereldwijd en het ontbreken van een duidelijk wettelijk kader in ons land wordt de sector geconfronteerd met fors stijgende herverzekeringskosten. Daarnaast neemt ook de kostprijs van bouwmaterialen en bouwwerkzaamheden jaar na jaar toe. Die worden automatisch verrekend in de premies, maar de stijging van de herverzekeringskosten heeft P&V Groep vorig jaar niet doorgerekend aan zijn klanten. Precies omdat we willen dat morgen iedereen nog een verzekering kan afsluiten.”

Bio

• Geboren in Leuven in 1967
• Master in de toegepaste economische wetenschappen aan de KU Leuven
1990: begint haar carrière bij Codep Spaarbank
1996-2002: directeur beheercontrole en secretaris van het directiecomité en de raad van bestuur bij Bank Nagelmackers
2002-2010: directiefuncties bij P&V Verzekeringen
Sinds juni 2011: voorzitter van het directiecomité van P&V Groep
Van 2020 tot 2024: voorzitter van de federatie van verzekeringsmaatschappijen Assuralia

P&V Groep in cijfers

• De zesde verzekeraar op de Belgische markt, met een marktaandeel van 6,2 procent
• Werkt via twee merken en distributiekanalen: een eigen agentennet en Vivium, dat met makelaars en partners samenwerkt
• Bedient 845.000 particuliere klanten en 160.000 organisaties
• Boekte meer dan 2 miljard euro premie-inkomsten en 69 miljoen euro winst in 2023

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content