Voor president Trump kan Jerome Powell niets goed meer doen, maar de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank heeft de Amerikaanse economie sinds 2018 wel vaardig door een moeilijke periode genavigeerd. Omdat hij op een serene en kordate manier het instituut van de Fed heeft verdedigd, kan Powell in 2026 met opgeheven hoofd zijn mandaat als voorzitter neerleggen.
Is het u al opgevallen dat Jerome Powell bij publieke optredens vaak een paarse das draagt? “Aanvankelijk deed ik dat omdat ik een paarse das mooi vind”, zei de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank daar eens over. “Maar dat werd een dingetje. De Democraten geven de voorkeur aan blauw, de Republikeinen aan rood. Paars is dus een goede kleur om het strikt niet-politieke statuut van de Federal Reserve te onderstrepen.”
President Donald Trump heeft het intussen niet meer begrepen op de neutrale Powell. Binnen de Fed wordt die nochtans gezien als een straight shooter – een voorzitter die mordicus de data volgt om het monetaire beleid uit te stippelen met het oog op prijsstabiliteit en volledige werkgelegenheid, zoals het mandaat van de instelling het voorschrijft. “Powell is geen prima donna en geen man die grote theorieën ontwikkelt, maar noem hem ook geen grijze muis. Hij heeft goed op de winkel gepast”, zegt Peter Vanden Houte, de hoofdeconoom van ING België.
Volgens Powell past het huidige licht restrictieve geldbeleid de Amerikaanse economie nog altijd als gegoten. De Verenigde Staten hebben zo goed als een volledige werkgelegenheid, terwijl de inflatie nog iets te hoog is. De Fed is bovendien beducht voor de hogere importheffingen, waarvan het effect langzaam maar zeker doorsijpelt in de consumentenprijzen. Eind juli had Powell, samen met een ruime meerderheid van de stemgerechte bestuursleden van de Fed, geen haast om de beleidsrente te verlagen.
De jongste maanden komen er echter barsten in de arbeidsmarkt. Herziene cijfers suggereren dat de banencreatie is stilgevallen. De werkloosheid blijft enkel laag doordat, tegelijk met de haperende arbeidsvraag, ook het arbeidsaanbod nog nauwelijks toeneemt, vooral als gevolg van het strenge migratiebeleid van de Trump-administratie. “We zien daarom neerwaartse risico’s voor de arbeidsmarkt”, zei Powell na de beleidsvergadering van eind juli.
Behoorlijk palmares
President Trump eist al maanden een renteverlaging om de economie te ondersteunen. De beledigingen vliegen Powell om de oren. De druk is immens en soms grotesk. “Jerome ‘te laat’ Powell, een koppige idioot, moet de rente substantieel verlagen”, liet de president zich begin augustus nog ontvallen. Powell, wiens mandaat als voorzitter loopt tot mei 2026, geeft geen krimp. “In de laatste maanden van zijn mandaat zal Powell zijn reputatie niet te grabbel gooien. Hij wil zijn mooie plekje in de geschiedenisboeken niet op het spel zetten”, zegt Philippe Gijsels, de hoofdstrateeg van BNP Paribas Fortis.
Waarnemers zijn het eens dat Powell meer dan behoorlijk werk heeft afgeleverd sinds hij in 2018, uitgerekend door Trump, is benoemd als voorzitter van de Federal Reserve. “Er waren aanvankelijk twijfels of Powell als jurist geschikt was voor die baan, maar hij heeft niet teleurgesteld. Onder zijn voorzitterschap was de inflatie gemiddeld 3 procent (zie grafiek). Met uitzondering van de coronacrisis stoomde de economie door. Al is dat niet alleen de verdienste van de Fed. Ook het expansieve Amerikaanse begrotingsbeleid van de jongste jaren heeft de economie vooruitgestuwd”, zegt Hans Bevers, de hoofdeconoom van Bank Degroof Petercam.

Powell was meer dan een mooiweerzeiler. Er staken stormen op, waaronder handelsconflicten en een zware coronacrisis die de aanbodketens verstoorde. Tijdens de Silicon Valley-bankcrisis in 2023 leek de financiële stabiliteit even in het gedrang te komen. “Ondanks die crisissen heeft Powell het vertrouwen van de markten kunnen behouden. Hij heeft de Amerikaanse economie weer richting prijsstabiliteit kunnen duwen, zonder zware recessies uit te lokken”, zegt Philippe Gijsels.
Jerome Powell heeft goed ingeschat dat, niettegenstaande de heel lage werkloosheid, een strenger geldbeleid niet nodig was. Dat doet denken aan het beleid van Alan Greenspan eind jaren negentig. Ook Greenspan schatte goed in dat een sterk stijgende productiviteit kan gepaard gaan met een sterke groei en een aanhoudend lage inflatie. Powell legt de huidige expansie, die ook gedreven is door productiviteitswinsten, evenmin veel in de weg. “De Amerikaanse economie beleeft nog altijd een beetje het sprookje van Goudlokje. De pap blijft op de juiste temperatuur”, zegt Peter Vanden Houte.
Inflatie-uitschuiver
De tijdelijke maar pittige inflatiegolf in de nasleep van de coronapandemie is misschien een smet op het blazoen van Powell. Hij dacht dat die inflatieopstoot tijdelijk zou zijn, maar de inflatie liep nog op en kreeg een structureel karakter. “Eind 2021 was de inflatie al opgelopen tot bijna 7 procent, maar de Fed hield de beleidsrente op 0 procent, tot er weer volledige werkgelegenheid was. Die houding was te laks. Door dat inflatietrauma is de Fed vandaag misschien te voorzichtig”, zegt Peter Vanden Houte.
Pas in maart 2022 veranderde de Fed het geweer van schouder. Eerst gebeurde dat schoorvoetend, maar daarna pakte de instelling de inflatiegolf heel doortastend aan met een fors strenger geldbeleid. “We moeten mild zijn voor de Fed, want achterafanalyses zijn gemakkelijk. De realiteit is dat het heel moeilijk is een economie in real time te lezen. De data lopen vaak met grote vertraging binnen”, zegt Philippe Gijsels.”Terugblikkend kun je zeggen dat de Fed te laat gereageerd heeft, maar uiteindelijk heeft het de koe wel stevig bij de horens gepakt”, beaamt Hans Bevers.
‘In de laatste maanden van zijn mandaat zal Powell zijn reputatie niet te grabbel gooien. Hij wil zijn mooie plekje in de geschiedenisboeken niet op het spel zetten’
Powell zal niet de geschiedenisboeken ingaan als de beste voorzitter ooit. Die eer blijft volgens de meeste waarnemers weggelegd voor Paul Volcker, die begin jaren tachtig de structureel hoge inflatie brak en de basis legde voor een decennialange verbanning van het inflatiespook. “Tot jolijt van de opvolgers van Volcker. Alan Greenspan, Ben Bernanke, Janet Yellen en Jerome Powell konden een crisis met een expansief geldbeleid te lijf te gaan, doordat de inflatie toch grotendeels onder controle bleef. Powell is een overgangsfiguur. Hij is de laatste Fed-voorzitter die in dit relatief gunstige inflatieklimaat kan opereren. Powell presteerde goed, maar de wind zat mee”, zegt Philippe Gijsels.
De opvolgers van Powell zullen het moeilijker krijgen om prijsstabiliteit en volledige werkgelegenheid met elkaar te verzoenen. “We evolueren naar een wereld met een structureel hogere inflatie. De strijd tegen die inflatie zal vaker gepaard gaan met een hogere werkloosheid”, zegt Philippe Gijsels. Ook de oplopende Amerikaanse overheidsschuld zal het de volgende Fed-voorzitter niet gemakkelijker maken. “De politieke druk op de Fed om rekening te houden met de betaalbaarheid van die schuld zal verder toenemen”, zegt Philippe Gijsels.
Niet naar de slachtbank
Het siert Powell dat hij de druk van Trump afhoudt en de onafhankelijkheid van de Fed bewaakt. Trump dreigt regelmatig met het ontslag van Powell, maar de president kan de voorzitter van de Fed niet ontslaan omdat hij het niet eens is met het rentebeleid. Er is fraude of een andere zware fout nodig om Powell de laan uit te sturen. Trump probeerde de voorzitter te pakken op de dure renovatie van de Fed-gebouwen, maar meer dan hilarische en pijnlijke beelden leverde dat niet op. Naaste adviseurs en topbankiers hebben Trump ook duidelijk gemaakt dat morrelen aan de onafhankelijkheid van de Fed door de voorzitter te ontslaan de financiële stabiliteit iet ten goede komt.
Trump hoeft Powell niet te ontslaan om zijn greep op de Fed te verstevigen. De echte macht van de Fed ligt meer bij het Federal Open Market Committee (FOMC), het twaalfkoppige comité dat beslist over het rentebeleid. De voorzitter is de dirigent van het orkest, maar heeft slechts één stem. De president benoemt de zeven vaste bestuursleden. “De invloed van Trump zal toenemen naarmate hij die leden kan vervangen. Trump kan echter niet zomaar stromannen benoemen, want die benoemingen moeten worden bekrachtigd door de Senaat. Zolang het FOMC zijn werk doet, zal Trump de beleidsrente niet bepalen”, zegt Peter Vanden Houte.
Vervelend voor Trump is dat het mandaat van de meerderheid van de Fed-bestuurders loopt tot voorbij 2028. De mogelijkheden om het FOMC naar zijn hand te zetten, zijn dus beperkt. Wel krijgt Trump de kans iemand te droppen in het comité, doordat bestuurder Adriana Kugler ontslag neemt. De nieuwe bestuurder die Trump naar voren schuift, wordt in 2026 wellicht ook de nieuwe voorzitter van de Fed, omdat alleen zetelende bestuurders voorzitter kunnen worden.
Een relatief snelle nominatie van de voorzitter in spe biedt Trump een omweg rond Powell. De markten zullen steeds meer luisteren naar de visie van die schaduwvoorzitter. Powell zal almaar minder relevant worden, nog lang voor zijn mandaat afloopt. “Maar ik bewonder hoe Powell met de druk van Trump omgaat”, zegt Hans Bevers. “Hij laat zich niet meeslepen in een scheldtirade. Powell reageert sereen, zonder zich naar de slachtbank te laten leiden. Hij houdt het hoofd koel en blijft zijn mandaat met rustige vastheid verdedigen. Powell weet natuurlijk heel goed dat hij op die manier een plek in de geschiedenisboeken verovert.”