Luc Huysmans
Havenbonden oogsten wat ze zaaien
Uiteraard zal Europa weer de Kop van Jut zijn bij de havenvakbonden. Het Europees Hof van Justitie, dat donderdag de Spaanse havenarbeidswetgeving strijdig achtte met het EU-recht, zal zo goed als zeker tot een vergelijkbare conclusie wanneer het moet oordelen over de Belgische aanpak. Tegen het Belgische stelsel zijn bij de Commissie intussen al acht klachten ingediend.
De vakbonden zouden echter in de eerste plaats naar zichzelf moeten kijken. De wet Major dateert uit 1972. Veel meer dan ‘havenarbeid mag uitsluitend worden uitgevoerd door erkende havenarbeiders’ staat er niet in. Alleen leverde dat zinnetje wel tonnen Codexen op, die de havenbedrijven opzadelden met een pak extra restricties.
Die hebben geleid tot de huidige veroordeling van het Spaanse systeem, dat strijdig is met de vrijheid van vestiging voor bedrijven en een closed shop-systeem is, waarbij het werk wordt voorbehouden aan vakbondsleden.
In die ruim veertig jaar is er slechts één ernstige aanpassing aan gebeurd, toen het zogenaamde logistieke contingent werd gecreëerd. Daardoor kan een specifieke groep havenarbeiders in magazijnen werken aan vergelijkbare loon- en arbeidsvoorwaarden als de transportsector, zij het dat ze meestal nog duurder blijken dan hun collega’s die niet in het havengebied zijn tewerkgesteld.
Alle andere aanpassingspogingen botsten op een stug njet. Daags voor Europa ons land eind maart in gebreke stelde, tekenden de sociale partners van de zeehavens na één jaar werkgroepgesprekken een eerste tekst met conclusies over de actualisering van de havenarbeid. Maar op enkele engagementen over veiligheid en opleiding na, stond er niets concreet in over het hoe en wanneer van die modernisering.
De havensyndicaten hebben zichzelf in een kwetsbare positie gemanoeuvreerd
Dat de vakbonden nooit ernstig wilden onderhandelen, werd al bewezen door de woedende reacties omdat de regering-Michel de modernisering van de havenarbeid in haar regeerakkoord durfde opnemen. Nochtans was dat precies wat ze in maart zelf hadden ondertekend.
Door te blijven teren op verworven rechten, hebben de havensyndicaten nu zichzelf in een uiterst kwetsbare positie gemanoeuvreerd. In plaats van vier decennia lang vanuit een sterke positie te kunnen onderhandelen over graduele aanpassingen, krijgen ze nu met de gedwongen afschaffing van het systeem de zure appel in één keer door hun strot geduwd. Waarbij de enige resterende onderhandelingstroef het klassieke stakingswapen is, wat vooral voor trafiekverlies zorgt, en dus in het vlees snijdt van zowel werkgevers als werknemers.
Hopelijk beseffen de werknemersorganisaties dat de Europese veroordeling in feite een kans biedt, om de geroemde productiviteit van onze havenarbeiders te koppelen aan een eigentijdse arbeidsorganisatie. Die productiviteit hangt niet af van verstarde regels, integendeel.
Indien de sociale partners daarin slagen, kan de attractiviteit van de havens voor zowel klanten als werkzoekende haven- en niet-havenarbeiders worden verhoogd, en dat komt uiteindelijk iedereen ten goede. (LH)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier