“In vergelijking met Frankrijk is België zonder meer een fiscaal paradijs”, zei Gérard Mestrallet maandag bij de officiële lancering van B-BOP, een nieuwe Belgisch-Franse businessclub in Parijs. En Nederlands kennen is in België volgens de voorzitter van Engie helemaal niet nodig.
Gérard Mestrallet, de 67-jarige voorzitter van Engie, was maandagavond de eregast en de keynotespreker bij de officiële lancering van B-BOP, een nieuwe Belgisch-Franse businessclub in Parijs. In zijn toespraak ging hij in op zijn ervaringen tijdens de vijf jaar dat hij vanuit Brussel werkte. “In vergelijking met Frankrijk is België zonder meer een fiscaal paradijs”, zei Mestrallet. “Het zou goed zijn mocht Frankrijk fiscaal aantrekkelijker worden naar het Belgische voorbeeld.”
Mestrallet had ook op andere domeinen niets dan lof voor de Belgische noorderbuur. “België heeft veel meer een consensusmodel dan Frankrijk, waar alles hiërarchisch en piramidaal wordt aangestuurd. Ik merk er ook veel meer respect voor het pure ondernemerschap. België is een land van kmo’s, terwijl wij nog te veel kicken op onze grote, maar ook logge bedrijven.”
“Bedrijfsleiders staan in België ook veel dichter bij de politiek. Belgische politici zijn veel toegankelijker. Ik spreek uit ervaring, met onder meer Jean-Luc Dehaene, Yves Leterme en nu met premier Charles Michel. Een Belgische premier is niet onbereikbaar, maar staat open voor dialoog. Je mag hen zelfs tutoyeren. Ik heb er alle begrip voor dat zo veel Franse ondernemers zeggen dat ze liever werken in België dan in Frankrijk. Ik heb dezelfde ervaring.”
Mestrallet liet nog maar eens onverschilligheid blijken voor het Nederlands en de Vlamingen. Toen hij in België kwam werken, maakte hij zich sterk dat hij taallessen zou volgen om het Nederlands onder de knie te krijgen. “Maar dat is helemaal niet nodig, want elke Belg spreekt behoorlijk Frans”, zei Mestrallet. “Met de Fransen onder elkaar werden we het ook snel eens. Als we enkele woorden of zinnetjes in het Nederlands konden zeggen, bij wijze van beleefdheid, was het al lang goed.”
