Peter Frans Anthonissen
Ergernis over wegwerkzaamheden tijdens de vakantiemaanden
Peter Frans Anthonissen, expert in rteputatiemanagement, vraagt zich af waarom er in België een halve snelweg moet worden afgezet om dan vast stellen dat er niet wordt gewerkt.
Vele jaren geleden beschreef Gaston Durnez in een van zijn talrijke, onvolprezen stukken zijn zomerse vakantiebelevenissen in Frankrijk. Ik moest daar onwillekeurig aan terugdenken toen ik vorige maand voor het eerst sedert lang nog eens met de wagen op reis ging naar het land van onze zuiderburen.
Veel van wat Durnez toen al door zijn schrandere journalistenbril observeerde, is gelukkig nog altijd zo. In La France profonde rij je, de snelwegen vermijdend, nog altijd van dorp tot dorp. Twee gemeentes worden gescheiden door immense akkers en velden met tarwe, zonnebloemen en ander oogstgoed. Terwijl in de achteruitkijkspiegel van je wagen het vorige dorp uit het glooiende gezichtsveld verdwijnt, duurt het een tijd voor in de verte de kerktoren en dus de volgende village zich openbaart. Ondertussen is het genieten van prachtige verstrekkende landschappen.
Geen lintbebouwing, geen eeuwig uitdijende nieuwe wijken, geen zonevreemde constructies,… Uiteraard is Frankrijk – letterlijk – een groot en weids land. Net zoals in Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Spanje,… kan de bezoeker hier nog van weidse landschappen genieten en effectief ‘touren’ en dus de oorspronkelijke betekenis van het woord ‘toerist’ invullen.
Ergernis over wergwerkzaamheden tijdens de vakantiemaanden
Vanzelfsprekend is in het land van François Hollande en Nicolas Sarkozy niet alles mooi en zorgeloos. De titel van dit stuk is daarom ook: ‘Vakantieoverpeinzingen’. Zodra men een grotere stad nadert, zal dat vaak via een Boomsesteenweg-achtige baan zijn met de ene wanstaltige discountshop naast de andere, en zijn het dikwijls de foeilelijke HLM-blokken die het stadsbeeld bepalen, eerder dan een ansichtachtig pleintje met een dorpsfontein, omringd door platanen.
Maar toch: er zijn enkele grote verschillen die meteen opvallen. Zo is de algemene staat van het Franse wegdek uitstekend. Of je nu van een betalende (privé-)snelweg gebruikmaakt, dan wel van een lokale weg (een ‘witte’ route voor de collega-Michelin-fans), altijd valt op dat die in orde zijn.
Wat ook niet aan onze aandacht ontsnapte, waren de vele openbare werken die door de Fransen worden uitgevoerd. Ook daar vielen meteen enkele verschillen op met de aanpak in onze contreien. Zo worden de wegeniswerken uitgevoerd over kleine afstanden, met de inzet van groot materiaal en veel personeel. Bij ons moet er bij wijze van spreken telkens een halve snelweg worden afgezet, om dan vast te stellen dat er ofwel niet wordt gewerkt (het heilige bouwverlof, weet u wel) ofwel met een minimum aan personeel. De werken worden in Frankrijk ook tijdig en goed aangekondigd. Overal is in goede omleidingswegen voorzien, met als gevolg dat wij in geen enkele file moesten staan.
Toen wij na een weldadige, zonovergoten vakantie terugkeerden, besloten wij dat wegens praktische redenen te doen via de autowegen met péage. Omdat wij bewust zwarte zondagen en andere voorspelbare verkeersellendige situaties wilden ontwijken, verliep onze terugreis voorspoedig. Totdat wij de Luxemburgs-Waalse grens hadden overschreden. De laatste 250 kilometers van onze tocht namen bijna evenveel tijd in beslag als de vorige 600 kilometer in Frankrijk! Slecht, niet of te laat aangeduide wegeniswerken (waar overigens niet één arbeidende werknemer te bespeuren viel), onwaarschijnlijk lange zomerfiles, zoektochten naar alternatieve wegen waar ook werken worden uitgevoerd,… En dan moesten wij nog door de Wouwstraat in Mortsel, waar al sedert vele maanden een verkeersbord staat met de laconieke aankondiging “weg in slechte staat” en waar niets gebeurt, ondanks het feit dat in die straat een school gevestigd is. Van tijd tot tijd hangt een buurtbewoner daar een gevat opschrift onder: “Doe er dan wat aan!” Zonder gevolg tot op heden.
Maar, ik had mij voorgenomen om tijdens de vakantie niet te zaniken. Ik zal dus dit korte stuk afsluiten in een positieve toonaard. Beste lezer: indien u nog met vakantie gaat, of dat al bent: geniet ervan! Bent u beleidsman of -vrouw: dan wens ik u hetzelfde toe, en verzoek ik met aandrang bij ons de goede voorbeelden uit het buitenland over te nemen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier