De VS organiseren zelf hun artsentekort
Een slecht afgesteld opleidingssysteem heeft het aanbod van artsen in de VS kunstmatig verlaagd. Dat neigt naar een arbeidsmarkt die door de insiders wordt afgeschermd.
Over tien jaar zullen de Verenigde Staten kampen met een tekort aan 124.000 artsen, waarschuwt de Association of American Medical Colleges (AAMC). Aan het honorarium zal het niet liggen. Het gemiddelde jaarloon bedraagt er 350.000 dollar, blijkt uit een recent artikel dat Joshua Gottlieb, econoom aan de Universiteit van Chicago, schreef met enkele collega’s. Veel studenten willen ook een artsenopleiding volgen: elk jaar doen meer dan 85.000 mensen toelatingsexamens voor medische opleidingen en meer dan de helft van die kandidaten wordt afgewezen. Wat is er aan de hand?
Voor veel Amerikanen is het dokterstekort al een dagelijkse realiteit. Meer dan 100 miljoen van hen leven in een regio met onvoldoende eerstelijnszorgartsen. Het probleem stelt zich vooral in de landelijke gebieden. Met de geestelijke gezondheidszorg is het nog erger gesteld: de helft van de Amerikanen woont ergens waar er te weinig professionals in het vakgebied zijn. Met minder dan drie artsen per duizend mensen lopen de VS achter op de meeste andere rijke landen, hoewel ze veel meer uitgeven aan gezondheidszorg (zie grafiek).
De gebruikelijke verdachten krijgen de schuld. Naarmate de babyboomers ouder worden, stijgt de behoefte aan medische zorg en gaan de artsen onder hen met pensioen. Volgens de AAMC zullen meer dan twee van de vijf praktiserende artsen in de komende tien jaar 65 jaar of ouder zijn, waardoor er nog meer vacatures zullen ontstaan. Covid-19 heeft artsen weggejaagd: uit een analyse van de ngo Peterson-KFF blijkt dat werknemers in de gezondheidszorg hun baan opzeggen in een tempo dat 30 procent hoger ligt dan vóór corona (en ongeveer twee keer zo hoog als het huidige tempo van alle werknemers). “Een meerderheid van de artsen zou onze nakomelingen niet aanmoedigen om in de gezondheidszorg te gaan werken”, zegt Jesse Ehrenfeld, arts en voorzitter van de American Medical Association. “Mensen hebben het plezier in het vak verloren.”
Niet iedereen die bereid én geschikt zou zijn een artsenopleiding te volgen, krijgt die kans’ Joshua Gottlieb, Universiteit van Chicago
Eindeloze studies
Er is nog een andere verklaring voor het artsentekort, die te maken heeft met de aanloop naar het beroep en die de American Medical Association mee heeft gecreëerd. Het duurt in de VS langer om een arts op te leiden dan in de meeste rijke landen en velen geven het onderweg op. Toekomstige artsen moeten eerst afstuderen aan de universiteit, meestal vier jaar. Daarna moeten ze nog eens vier jaar naar de medische faculteit. Ter vergelijking: in de meeste andere rijke landen, zoals in België, duurt een opleiding geneeskunde ongeveer zes jaar. Na hun postsecundaire opleiding moeten Amerikaanse artsen een residentieprogramma afronden, dat drie tot zeven jaar in beslag kan nemen. Verdere specialisatie kan volgen. In totaal moet je als geneeskundestudent in Amerika dus rekenen op tien tot vijftien jaar na aankomst op de universiteit om je te mogen vestigen als arts.
Alsof de kosten en de duur van de opleiding nog niet genoeg afschrikken, is ook het aantal opleidingsplaatsen kunstmatig laag gehouden. In september 1980 bracht het ministerie van Volksgezondheid en Sociale Diensten een rapport uit waarin gewaarschuwd werd voor een verontrustend overschot van 70.000 artsen in 1990 in de meeste specialismen. Het rapport adviseerde het aantal studenten dat een medische opleiding ging volgen, te verminderen en stelde voor buitenlandse afgestudeerden van medische opleidingen de toegang tot het land te ontzeggen. Ondanks het huidige tekort moeten artsen die in het buitenland zijn opgeleid nog steeds examens afleggen en een residentie voltooien in de meeste staten, ongeacht hun aantal jaren ervaring.
Osteopaten
Medische hogescholen luisterden en het aantal inschrijvingen stagneerde gedurende 25 jaar, hoewel het aantal gegadigden steeg en de bevolking in dezelfde periode met 70 miljoen toenam (zie grafiek). In 1997 werd de federale financiering voor residenties afgetopt, waardoor ziekenhuizen gedwongen werden ofwel hun programma’s te beperken, ofwel een deel van de financiële last van de opleiding van hun artsen op zich te nemen. Er zijn weer wat plaatsen bij gekomen, maar lang niet genoeg. Veel potentiële artsen worden uitgesloten van het beroep. “Niet iedereen die bereid zou zijn de opleiding te volgen en het met succes zou kunnen doen, krijgt die kans’, zegt econoom Joshua Gottlieb.
Als reactie op dat kunstmatige artsentekort werd een nieuw type van medische graad populair: DO, of doctor in osteopathische geneeskunde. In 1981 waren er slechts veertien osteopathische medische scholen. Vandaag zijn er 41. In de meeste landen is een osteopaat iemand die wervelkolommen van middelbare leeftijd manipuleert. In de VS zijn DO’s volledig gediplomeerde artsen. Ze vertegenwoordigen ongeveer 11 procent van de beroepsbevolking en een kwart van de studenten geneeskunde. “De Amerikaanse DO lijkt in bijna niets op zijn internationale tegenhangers”, zegt Robert Orr, een beleidsdeskundige. “In feite hebben ze zichzelf als reactie op het artsentekort mainstream gemaakt.”
Verpleegkundigen en doktersassistenten hebben verantwoordelijkheden gekregen die normaal alleen voor artsen zijn weggelegd, zoals voorschriften afleveren. Ook in het buitenland opgeleide artsen hebben een deel van het tekort ingevuld. Toch blijft het probleem bestaan. Dat heeft veel weg van een arbeidsmarkt die wordt afgeschermd ten voordele van de insiders.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier