De elektrische vrachtwagen kent een moeizame start: minder dan 200 in de nationale vloot
Vrachtwagenfabrikanten doen er alles aan om elektrische trucks op de markt te brengen. De prijs ligt drie keer hoger dan die van dieselvoertuigen en het kostenplaatje is nog onzeker. Slechts enkele grote bedrijven nemen het risico, zoals Ninatrans en Colruyt.
Elektrische vrachtwagens? Ze bestaan, maar de kans dat u er een tegenkomt in België is nog altijd klein. Behalve af en toe een Volvo of een Scania van Colruyt, een Volvo van Ninatrans of een Renault van bpost. Er zijn er minder dan 200 in de nationale vloot, terwijl er meer dan 200.000 elektrische auto’s zijn. Toch bieden alle vrachtwagenfabrikanten – Volvo, Mercedes, Renault, Scania, Daf en Man – ze aan, met batterijen van meerdere tonnen en een theoretische actieradius die almaar groter wordt, soms meer dan 400 kilometer.
Problemen en onzekerheden
“Vervoerders worden in het nauw gedreven door vrachtwagenfabrikanten, die zelf onder druk staan van de regelgeving om de uitstoot in de Europese Unie tegen 2030 met 45 procent te verminderen ten opzichte van 2019, een onmogelijke missie”, stelt Michaël Reul, secretaris-generaal van UPTR, een federatie van wegvervoerders. “Er zijn nog veel problemen en onzekerheden rond elektrische voertuigen: het opladen, de winstgevendheid en de doorverkoopwaarde. Hun prijs ligt momenteel drie keer hoger dan die van een diesel.” Het is nog erger voor een vrachtwagen op waterstof: tot zes keer de prijs van een diesel, volgens Colruyt, dat dat type nulemissievoertuig ook test met groene waterstof die geproduceerd wordt door de windturbines van de groep.
Die factoren verklaren waarom bedrijven terugschrikken voor elektrificatie, ook al bieden de fabrikanten uitgebreide gamma’s elektrische vrachtwagens aan. Mercedes komt binnenkort met een model voor zeer lange afstanden, de eActros 600, die een bereik van 500 kilometer claimt. Het Duitse merk belooft een batterijlevensduur tot 1,2 miljoen kilometer. Tesla komt mogelijk naar Europa met zijn Semi, die nog wordt getest in de Verenigde Staten, met een bereik tot 800 kilometer.
Omstreden kosten
Het meest gebruikte argument van fabrikanten zijn de totale eigendomskosten (total cost of ownership of TCO). De premisse is dat de hoge aankoopprijs bijna gecompenseerd kan worden door de lagere kosten voor energie en onderhoud. Elektrische trucks zijn ook een antwoord op de lage-emissiezones in bepaalde steden en op de wensen van klanten die onder meer met transport hun koolstofuitstoot willen verminderen.
Voor de ngo Transport&Environment is “het volledig koolstofvrij maken van het vrachtwagenpark van de EU van cruciaal belang als we tegen 2050 CO2-neutraliteit willen bereiken. Dat is alleen mogelijk door over te schakelen op nulemissietrucks”, aldus haar website. De organisatie publiceert studies die aantonen dat elektrische trucks tegen 2035 goedkoper en net zo operationeel zullen zijn als diesels.
Transporteurs moeten al die beweringen maar geloven. “Als ik de berekeningen maak, is de TCO van een elektrische truck nog altijd hoger dan die van een diesel”, zegt Benny Smets, de CEO van Ninatrans, een in Leuven gevestigde transporteur die een vloot van 300 trucks beheert, waarvan 25 op lng (aardgas) en 25 op HVO (plantaardige diesel op oliebasis). “Het is mogelijk klanten een tarief te laten betalen dat de extra kosten compenseert. Met vrachtwagens op HVO lukt me dat wel, maar met elektrische vrachtwagens is het ingewikkelder”, legt hij uit.
Vooral in Vlaanderen
Hoewel veel klanten transport met minder uitstoot willen, zijn maar weinigen bereid extra te betalen. Dat betekent dat er weinig elektrische vrachtwagens worden aangekocht. “De interesse komt vooral uit Vlaanderen”, zegt Veerle Capiaux, de woordvoerder van Daimler Trucks België. Vooral transportbedrijven met een zekere grootte kopen de elektrische trucks, om ze te testen.
Bedrijven in Vlaanderen krijgen ook steun voor de aankoop van elektrische vrachtwagens, wat in de andere gewesten niet het geval is. Er is voor zulke vrachtwagens geen kilometerheffing in Vlaanderen en Brussel. “Zonder die steun zou het onmogelijk zijn elektrisch te gaan rijden”, zegt Benny Smets. “Ik geloof in elektrische auto’s voor België, maar minder voor de internationale markt.” Het bedrijf gebruikt twee elektrische Volvo’s voor rondes in België. Twee andere vrachtwagens van een nieuw merk zullen aan het wagenpark worden toegevoegd.
Hoewel veel klanten transport met minder uitstoot willen, zijn maar weinigen bereid extra te betalen.
Colruyt: ‘Groot deel van winkels bereikt’
Colruyt Group, dat sterk inzet op de energietransitie, gebruikt elektrische FM-trucks van Volvo en elektrische koelwagens van Scania. De onlineboodschappendienst Collect&Go bouwt zijn vloot van bestelwagens op cng (aardgas) om naar elektrische. De groep streeft naar emissievrij transport tegen 2035.
Colruyt blijft ervaring opdoen in dat domein. Een elektrische vrachtwagen van de eerste generatie van 44 ton nadert de 100.000 kilometer. “We hebben onze operationele processen moeten aanpassen om rekening te houden met de beperkingen”, zegt Frederik Muylaert, directeur van de transportdivisie van Colruyt, die niettemin verklaart “tevreden te zijn met de prestaties van de vrachtwagen”. “Met een actieradius tot 300 km kunnen we een groot deel van onze winkels bereiken.”
“Er zijn nog enkele financiële en operationele beperkingen”, vervolgt Muylaert. Elektrische en waterstofaangedreven vrachtwagens wegen tot 3 ton meer, “waardoor er meer aandacht moet worden besteed aan de verdeling van het gewicht over de assen van de vrachtwagen.”
Riskante gok
Voor kleine transporteurs zijn die experimenten van weinig belang. “Het gemiddelde in België wordt geschat op zeven vrachtwagens per bedrijf”, zegt Michaël Reul.
Voor kleine bedrijven is de aankoop van een elektrische vrachtwagen nog altijd een zeer riskante gok, vooral gezien de aankoopprijs. “De voorfinanciering is een probleem”, zegt Michaël Reul van UPTR. Het bedrijf moet een eerste hoger bedrag voorschieten om een leasecontract op te starten.
Voor kleine bedrijven is de aankoop van een elektrische vrachtwagen nog altijd een zeer riskante gok.
Gebrek aan oplaadpunten
Tot slot zijn oplaadpunten nog altijd zeldzaam. Er zijn initiatieven (zie kader Milence, een netwerk van laadpalen voor vrachtwagens) om wegen in heel Europa uit te rusten met geschikte oplaadstation. Maar dat volstaat niet. “Belgische transporteurs leveren her en der in het land, en opladen gebeurt niet onderweg, maar eerder in de depots, tijdens het laden of leveren. Daar is een tekort aan laadpunten, vooral snelle. Die infrastructuur moet nog worden geïnstalleerd.”
Het gebruik ervan zal afhangen van de relatie met de klanten. “We hebben een overeenkomst met een klant dat we de vrachtwagen ’s nachts op zijn depot laten opladen”, zegt Benny Smets van Ninatrans. Maar dat is nog niet overal mogelijk. “We rusten onze centrale vestiging uit met een laadpunt, maar dat vergt een aanzienlijke investering.”
“Ik denk niet dat al onze 300 vrachtwagens ooit elektrisch zullen zijn. Er zullen ongetwijfeld verschillende oplossingen zijn: lng, HVO, dieselhybride en waarschijnlijk elektrisch”, besluit Smets.
Hij hoopt dat de nieuwe generaties modellen meer duidelijkheid zullen geven over de actieradius en de gebruikskosten. Stimuleringsmaatregelen zouden een handje kunnen helpen: aankoopsteun, een gunstige kilometerheffing. Maar ook daar verschillen de regelingen al van regio tot regio en van land tot land.
Milence, een netwerk van laadpalen voor vrachtwagens
Voor langere reizen is er een netwerk van oplaadpunten in de maak: Milence. Het heeft al drie stations, in Venlo (Nederland), in de haven van Antwerpen en in Normandië, en tegen eind 2024 zullen er nog tien bij komen. Milence is opgericht door vrachtwagenfabrikanten – Volvo, Daimler Truck en Traton – die 500 miljoen euro investeren om tegen 2027 over heel Europa, langs drukke corridors, 1.700 stations uit te rusten.
Naast de 400 kW-laadpunten is het doel van dit netwerk laadpunten met een nog onbekend vermogen, in de orde van 1.000 kW, op te zetten om tijdens de wettelijke pauze in 45 minuten op te laden tot 300 à 400 kilometer. Het tarief is 0,399 cent per kWh exclusief btw.
Milence vindt het moeilijk om zijn netwerk te ontwikkelen omdat de stroomvoorziening niet altijd toereikend is. “In sommige landen hebben we moeite om locaties te vinden, omdat we geen garantie hebben dat de elektrische capaciteit beschikbaar zal zijn”, legt Koen Noyens, hoofd public affairs van Milence, uit. Milence probeert de elektriciteitsdistributeurs ervan te overtuigen in hun investeringsplannen meer rekening te houden met vrachtwagens.
Mechelen zet in op logistiek zonder uitstoot
De stad Mechelen streeft naar een stedelijke logistiek zonder CO2-uitstoot tegen 2030. 37 logistieke bedrijven ondertekenden daarvoor een convenant. In een nieuw project krijgen ze de kans gratis duurzame voertuigen te testen. Op die manier kunnen ze ondervinden wat de impact van een zero-emissievloot is op hun bedrijfsvoering.
“Stadslogistiek zonder uitstoot is belangrijk voor elke Mechelaar. Daar willen we met dit project op inzetten”, zegt schepen van Mobiliteit Alexander Vandersmissen (Voor Mechelen) in Het Nieuwsblad. Als onderdeel van het project krijgen deelnemende bedrijven ook een energiescan, die een overzicht van de energiebehoefte van het bedrijf biedt. Voor het project krijgt Mechelen subsidies van de Vlaamse overheid.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier