Van de 982 varkensboeren die in aanmerking komen om zich te kunnen laten uitkopen door de Vlaamse overheid, willen er ongeveer 175, of bijna 1 op de 5, ingaan op het aanbod. Dat heeft Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir vrijdag gezegd in het VRT-radioprogramma De Ochtend.
Volgens de Boerenbond is dat een laag aantal. Minister Demir is het daar niet mee eens. De N-VA-minister wil in de schoot van de regering wel bekijken of er ook iets kan gedaan worden voor de varkensboeren die een lagere impactscore hebben (en dus niet in aanmerking komen voor de uitkoopregeling), maar die toch aangeven te willen stoppen.
De varkensstapel met 30 procent verkleinen tegen 2030. Dat is het doel van de Vlaamse overheid zoals het in het stikstofakkoord vastgelegd is. In absolute cijfers: vandaag zijn er 5,86 miljoen varkens in Vlaanderen. Dat moeten er dus over zeven jaar 1,8 miljoen minder zijn. Een van de ondernomen stappen om die doelstelling te halen, is een vrijwillige uitkoopregeling. De Vlaamse regering trekt daar 200 miljoen euro voor uit.
Last minute
Lang niet alle 4.155 Vlaamse varkenshouderijen komen in aanmerking. Enkel kleine en middelgrote bedrijven die meer dan 0,5 procent bijdragen aan de stikstofneerslag in de naburige natuur, hebben recht op een vergoeding. Zo zijn er in Vlaanderen 982. Varkensboeren kunnen nog tot 17 juni aangeven of ze in de uitkoopregeling willen stappen. Volgens minister Demir hebben er zich intussen 175 varkensboeren aangemeld. Dat is bijna 20 procent. De N-VA-minister gaat er ook van uit dat er “last minute” nog extra boeren zullen aangeven dat ze in de regeling willen stappen.
Minister Demir wil binnen de regering ook bekijken of er iets kan gedaan worden voor de varkensboeren die een impactscore hebben die onder de 0,5 procent ligt, maar die wel zouden willen stoppen. “Dat moeten we bekijken in de schoot van de regering”, aldus Demir.
