Vrije Tribune
‘Banken en toezichthouders hebben wel degelijk lessen getrokken uit de crisis van 2008’
‘Critici vinden altijd wel een stok om de hond te slaan. De banken zijn nu veel veiliger dan tien jaar geleden.’ Dat zegt Jan Musschoot, de auteur van ‘Bankers are people, too’ in een reactie op een opiniestuk van professor financiële geografie Ewald Engelen. Daarin had die onder meer de toenemende schulden en de draaideurpolitiek tussen toezichthouders en de bankensector op de korrel genomen.
De bankencrisis van 2008 heeft diepe sporen nagelaten. Bij velen leeft het gevoel dat niet veel veranderd is. Dat is ook de teneur van een recent opiniestuk van professor Ewald Engelen in Trends. De banken zijn nu echter veel veiliger dan tien jaar geleden.
Banken focussen meer op besparingen dan op overnames
Voor 2008 waren onze topbankiers hoofdzakelijk met één ding bezig: groeien. Dat gebeurde via buitenlandse overnames. In 2006 kocht Dexia de Turkse Denizbank. Tussen 2000 en 2008 nam KBC verschillende banken over in Centraal- en Oost-Europa. Fortis verwierf in 2007 samen met Banco Santander en Royal Bank of Scotland het Nederlandse ABN AMRO.
Banken en toezichthouders hebben wel degelijk lessen getrokken uit de crisis van 2008
De bankencrisis dwong de banken hun internationale ambities terug te schroeven. Ze plooiden zich terug op enkele kernlanden. Dexia deed Denizbank in 2012 van de hand. Naast de bad bank blijft van Dexia enkel nog Belfius over, dat zich op de Belgische markt richt. KBC verkocht onder andere zijn Poolse, Russische en Sloveense dochtermaatschappijen. Fortis werd zelf overgenomen door BNP Paribas.
De agressieve groeimentaliteit is verdwenen. Sinds de crisis ligt de focus van de banken vooral op besparingen en winstgevendheid.
Grotere kapitaal- en liquiditeitsbuffers
Ook de regelgevers hebben niet stilgezeten. Ten eerste moesten de banken hun kapitaalbuffers versterken. Een groter eigen vermogen zorgt ervoor dat banken grotere verliezen kunnen slikken zonder failliet te gaan.
In 2016 deed de Europese Bankenautoriteit een stresstest. Er werd gesimuleerd wat zou gebeuren indien de economie twee jaren op rij zou krimpen. Volgens de toezichthouder is het kapitaal van de banken voldoende versterkt om zo’n scenario te overleven.
Professor Engelen zou graag zien dat banken een vergelijkbare verhouding van eigen vermogen ten opzichte van hun schulden hebben als andere ondernemingen. Maar banken zijn niet zoals gewone bedrijven. Al het geld op spaar- en zichtrekeningen hoort bij de schulden van de banken. Om het kapitaal van de banken fors op te krikken, zou veel spaargeld omgezet moeten worden in aandelen. Wie is bereid de zekerheid van een spaarrekening te ruilen voor de grillen van de beurs?
De Basel III – richtlijnen verplichten banken voldoende reserves in cash en andere liquide activa op te bouwen
Ten tweede kwamen er Europese regels rond liquiditeit. Tijdens de crisis van 2008 bleek dat sommige banken erg afhankelijk waren van kortetermijnleningen op de geldmarkt. Daardoor kwamen ze in de problemen toen ze het vertrouwen van andere banken verloren. De Basel III – richtlijnen verplichten banken voldoende reserves in cash en andere liquide activa op te bouwen. Zo kunnen banken een gelduitstroom opvangen.
Voor de crisis werden banken in sommige landen minder streng gecontroleerd dan elders. Nu gelden dezelfde regels in heel Europa. De Europese Centrale Bank (ECB) en de nationale toezichthouders controleren samen de grootste banken. Het klopt dat in de Verenigde Staten stemmen opgaan om de regels opnieuw te versoepelen. Maar in Europa hebben de nationale politici hun macht over het bankentoezicht uit handen gegeven. Politici hebben daardoor minder prikkels dan vroeger om mild te zijn voor banken in ruil voor een lucratieve bestuursfunctie na hun carrière.
De ECB neemt haar verantwoordelijkheid
Na de bankencrisis van 2008 kwam de eurocrisis. De rente op overheidsobligaties van de zogenaamde PIIGS (Portugal, Ierland, Italië, Griekenland en Spanje) steeg. Beleggers betwijfelden dat die landen hun schulden zouden kunnen afbetalen.
Bij een stijgende rente daalt de waarde van obligaties. Zo kwamen banken en overheden in een negatieve spiraal terecht. Banken leden verliezen op hun portefeuilles met staatspapier. De economie van de PIIGS-landen geraakte nog meer in het slop door bezuinigingen.
Sinds de crisis ligt de focus van de banken vooral op besparingen en winstgevendheid
Waarom kwam die situatie enkel in de eurozone voor en niet in de Verenigde Staten? De VS hadden nochtans ook grote begrotingstekorten door de slabakkende economie. Maar in geval van nood zou de Amerikaanse centrale bank overheidsobligaties kunnen kopen. Daardoor bleef de rente op de Amerikaanse staatsschuld laag. De ECB vond dat het kopen van overheidsobligaties neerkwam op het financieren van lidstaten, iets wat volgens haar mandaat verboden is.
De situatie escaleerde zodanig dat de eurozone dreigde uiteen te vallen. In de zomer van 2012 beloofde ECB-voorzitter Mario Draghi te doen “whatever it takes” om de euro te redden. Dat stopte de speculatie. De rentes zakten. Investeerders vertrouwden erop dat na Griekenland geen andere eurolanden failliet zouden gaan.
Wat als het toch fout gaat?
Na de val van Lehman Brothers in september 2008 wilden politici vermijden dat er nog meer financiële instellingen zouden omvallen. Banken werden haastig genationaliseerd of verkocht aan concurrenten. Andere kregen kapitaalsinjecties of noodleningen.
Om dat soort improvisatie te voorkomen, werd een gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme (GAM) opgezet. Experts houden banken in de gaten. Als banken dreigen om te vallen, beslist een raad of de bank met privégeld gered kan worden. Als geen private overnemers gevonden worden, zorgt het GAM voor een gecontroleerd faillissement. Net zoals het eerder genoemde gemeenschappelijk toezicht, werkt het GAM op Europees niveau. Dankzij dat mechanisme moet de belastingbetaler niet bijspringen om spaarders te redden.
Een eerste test kwam er in 2017. Het GAM oordeelde dat de Spaanse Banco Popular niet langer levensvatbaar was. De aandeelhouders en de houders van achtergestelde obligaties verloren hun inleg. Banco Popular werd voor een symbolische euro verkocht aan Santander. De spaarders werden gered, zonder dat de Spaanse overheid geld op tafel moest leggen.
Lessen geleerd
Critici vinden altijd wel een stok om de hond te slaan. De schulden nemen toe. Banken keren weer dividenden uit aan hun aandeelhouders. De rente is heel laag. Banken hebben een relatief klein eigen vermogen ten opzichte van hun balanstotaal. De huizenprijzen en aandelenmarkten kunnen dalen.
De banksector van 2018 is niet langer die van 2008
Dat klopt allemaal. Maar wat is het alternatief? Als de totale schulden zouden afnemen, komen we bijna automatisch in een depressie terecht. Er is dan immers minder geld voor consumptie en investeringen. Het is een goede zaak dat banken winst maken. Zolang de banken voldoende kapitaal overhouden, mag een deel van de winst terugvloeien naar de aandeelhouders. Wie bepaalt wat de juiste prijs is van huizen en aandelen? De markt of een leger bureaucraten?
Doemdenkers voorspellen al jaren een nieuwe financiële crisis. Maar de banksector van 2018 is niet langer die van 2008. De banken zijn zuiniger geworden en voorzichtiger met overnames. Ze hebben hun kapitaal versterkt. Er zijn buffers aangelegd om liquiditeitsproblemen te voorkomen. Het toezicht is verbeterd. En de ECB heeft meer bevoegdheden dan voor de crisis.
Bankiers, toezichthouders en de ECB hebben wel degelijk lessen getrokken uit de recente geschiedenis. De banken zijn nu veel veiliger dan tien jaar geleden.
Jan Musschoot geeft als zelfstandige opleidingen aan bankiers. Binnenkort verschijnt de Nederlandse vertaling van zijn boek ‘Bankers are people, too’.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier