Auteur Elsbeth Teeling: ‘Het moederschap maakt van vrouwen betere werknemers’
De Nederlandse Elsbeth Teeling wil werkende moeders een hart onder de riem steken. Ze wijst hen ook op wat ze zelf kunnen veranderen. “Vrouwen houden het glazen plafond deels zelf in stand.”
Wist zij veel wat ze moest antwoorden. Met hoeveel volgers ze tevreden zou zijn voor haar Facebook-pagina, wilde haar man in 2012 weten. Vierhonderd, antwoordde Elsbeth Teeling dan maar. Een jaar voordien had ze haar baan als senior manager bij PwC opgegeven en ze had de Club van relaxte moeders opgericht op Facebook. De aanleiding was de lancering van haar boek Relax mama. “Mijn man beloofde me een fles champagne als ik die vierhonderd volgers zou halen. Wel, drie weken later waren het er zevenhonderd, drie jaar later 100.000. ” Intussen telt de Club van relaxte moeders 150.000 leden. “Ik kan geen champagne meer zien”, lacht Teeling.
Vrouwen kunnen heel veel van mannen leren
De Nederlandse koppelde ook een website en een verdienmodel aan de club. “De eerste drie jaar zag ik het nog als een hobby en verdiende ik mijn geld als commercieel tekstschrijver. Met de club wilde ik vooral moeders een hart onder de riem steken. Tot ik merkte dat mensen geld aan mij wilden verdienen”, vertelt Teeling. “Toen heb ik toch maar eens gegoogeld: hoe kan je geld verdienen met bloggen? Intussen doe ik dat met banners op mijn website, en vooral met gesponsorde blogposts.” Maar moeders een hart onder de riem steken doet Teeling nog altijd. Zopas verscheen haar nieuwe boek over werk en moederschap.
Als titel koos u ‘Mom you can’. Omdat nog te veel moeders denken dat ze de combinatie niet aankunnen?
ELSBETH TEELING. “Er zijn al zoveel negatieve berichten. Over hoe vrouwen te weinig werken, over hoe ze minder verdienen en over hoe moeilijk het allemaal wel is. Ik wil vrouwen aanmoedigen. Ze moeten zich niet laten ontmoedigen door alles wat ze rondom zich horen.”
Tegelijk geeft u toe dat ook u onderuit bent gegaan.
TEELING. “Uit onderzoek blijkt dat het moederschap heel verrijkend is en van vrouwen betere werknemers maakt. Maar de eerste vier jaar zijn wel heel pittig. Dat heb ook ik ervaren. Vooraf dacht ik nochtans: dit doe ik wel even. Blijkbaar moet je toch wennen aan je nieuwe rol. De worsteling die daarbij hoort, is niet altijd leuk. Het scheelt wel als je beseft dat je niet de enige bent voor wie dat zo is. Je moet maar eens goed naar jonge moeders kijken. Je ziet hen vaak rennen. Ze lopen harder dan anderen, ze zijn altijd bezig, ze moeten nog snel even dit en snel even dat.”
Beseffen anderen op de werkvloer voldoende dat het zo pittig is?
TEELING. “Het maakt veel uit in welke omgeving je werkt. Toen ik pas moeder was, werkte ik nog bij PwC en had ik een heel fijne leidinggevende, zelf ook moeder. Zij zag wat er aan de hand was en begeleidde me toen het niet zo goed met me ging. Voor wie op zo’n moment in een heel stoere, mannelijke omgeving werkt, is het allicht nog zwaarder. Dan is het niet slecht je af te vragen of dat nog de juiste werkomgeving voor je is. Je kan wel vinden dat niemand op je werk begrijpt wat er gaande is, maar daar hoef je niet in te blijven hangen. Wie weet moet je maar één opmerking maken tegen je werkgever en zegt die: ‘joh, dan kom je op maandagochtend toch lekker iets later.’ Is dat niet het geval, dan kan je zelf de stap zetten en iets kiezen wat beter bij je past.”
Een vaak gehoorde kritiek is dat moeders het glazen plafond in stand houden door zelf voor een andere functie of baan te kiezen.
TEELING. “Er speelt een aantal zaken mee. Vergeet bijvoorbeeld niet dat vrouwen nog niet zo lang geleden moesten stoppen met werken zodra ze getrouwd waren. Dat sijpelt nog altijd door. Ik kwam bijvoorbeeld net nog een moeder tegen die me vertelde dat ze het vijftien jaar geleden nog vanzelfsprekend vond dat ze minder ging werken zodra ze kinderen had. Nu merkt ze dat de vrouwen om haar heen dat niet langer normaal vinden. De mentaliteit is dus aan het veranderen. Alleen is de regelgeving daar nog niet voldoende aan aangepast. Denk maar aan het beperkte vaderschapsverlof. Dat helpt vrouwen niet.
“Maar het klopt wel dat vrouwen het zichzelf ook moeilijk maken, omdat ze het lastig vinden zaken los te laten. Velen lijden bijvoorbeeld aan maternal gatekeeping: ze denken dat zij beter dan anderen weten wat goed is voor hun kinderen. Misschien is dat wel een gevolg van het feit dat vrouwen het tijdens hun zwangerschapsverlof allemaal zelf moeten doen. Ze vinden het daardoor ook moeilijk hulp te vragen. Als je dat niet kan, houd je het glazen plafond inderdaad deels in stand, omdat je denkt dat je thuis heel belangrijk bent. Ik ben dus ook wel kritischer geworden voor vrouwen.”
Ondanks dat alles zouden moeders minder kans hebben op een burn-out. Je zou het omgekeerde verwachten.
TEELING. “Ik kan heel goed begrijpen dat moeders een burn-out krijgen, maar het onderzoek van sociologe Lieke ten Brummelhuis bewijst het tegendeel. Er schijnen bijvoorbeeld superveel millennials een burn-out te hebben en ook dat snap ik heel goed. Zij richten zich heel erg op het werk. Zodra je kinderen hebt, kan je beter relativeren.”
Werkgevers moeten dus blij zijn dat mensen kinderen krijgen?
TEELING. “Ja, maar wel beseffen dat die eerste vier jaar pittig zijn. En wat zijn die vier jaar op een carrière? Bovendien leren ouders in die jaren enorm veel: prioriteiten stellen, beter organiseren en efficiënter werken tijdens de werkuren, zodat je op tijd naar huis kunt. Ik merkte dat ik ook assertiever werd. Dat zie je vaker bij vrouwen die net moeder zijn geworden. Ze zijn soms superbeschermend, worden echt als een zwaan die haar veren opzet. Ze komen op voor hun kind, bijvoorbeeld tijdens een oudercontact. Terwijl ze voor zichzelf misschien nooit echt zo assertief waren. Die nieuwe eigenschap kunnen ze nu ook op de werkvloer gebruiken, bijvoorbeeld in functioneringsgesprekken.
Vrouwen maken het zichzelf moeilijk, omdat ze het lastig vinden zaken los te laten
“Daarbij hoort ook hoe serieus je jezelf neemt op de werkvloer. Iemand vroeg me bijvoorbeeld of ik mezelf een meisje voelde of een vrouw. Dat is een mooie vraag en ik merk dat ze ook bij veel andere vrouwen binnenkomt als ik ze stel. Blijf je een meisje en antwoord je altijd met: ‘ja, leuk’? Of besef je op een gegeven moment dat je niet langer dat meisje bent en dat je op het werk ook wel eens mag zeggen waar het op staat?”
In uw boek zegt opvoedkundige Eva Bronsveld ook dat als je een koppige peuter aankunt, je ook een lastige collega aankunt. Werkt het echt zo?
TEELING. “Je kan je beter inleven zodra je moeder wordt. Je leert bijvoorbeeld dat je het ene kind niet op dezelfde manier kunt behandelen als het andere. Je leert dus thuis hoe je de boel moet managen en daardoor leer je misschien ook hoe je als manager van een team beter kunt luisteren naar de verschillende behoeftes. Misschien lukt dat nog niet tijdens die eerste vier pittige jaren, maar ondersteun vrouwen op dat moment gewoon even.”
Hoe moeten bedrijven vrouwen dan beter ondersteunen?
TEELING. “Door er begrip voor op te brengen dat ze moe zijn. Dat geldt ook voor vaders. Het zou goed zijn dat werkgevers een vriendelijkere cultuur voor vaders creëren. In veel sectoren is die er mogelijk al, maar het is nog niet overal normaal dat mannen ook halftijds werken. Of dat werknemers pas na de files naar kantoor rijden. Traditionele werkgevers zijn daar misschien nog bang voor, maar dat is zonde. Ze snijden zichzelf zo in de vingers, want werknemers zijn gemotiveerder als ze meer invloed hebben op hun tijd. Het is dus belangrijk hen die flexibiliteit te bieden.”
Toch adviseert u lezers om hun rollen en taken heel erg af te bakenen. Staat dat die flexibiliteit en de bijbehorende vrijheid niet in de weg?
TEELING. “Iedereen moet zijn eigen puzzeltje leggen. Ik bracht bijvoorbeeld mijn kind vrij vroeg naar de opvang, werkte daarna een uurtje of twee thuis en reed dan na de file naar kantoor. Ook nu nog kies ik voor flexibiliteit, maar dat betekent niet dat alles door elkaar moet lopen. Ik maak de fout soms nog wel, hoor. Dan ben ik thuis en denk ik dat ik nog wel even een stukje kan schrijven. Tot een kind tegen mij begint te praten en dan doe ik niets meer goed. Dan ben ik niet meer flink aan het werk, terwijl ik er ook niet echt ben voor mijn kinderen. Of dan ben ik aan het werk en belt mijn man me over het huishouden. Dan ben ik mijn concentratie ook kwijt. Daar word je niet gelukkiger van, alleen maar gefrustreerd.
“Het geeft stress als alle rollen door elkaar lopen. Ik deel daarom nu zelfs mijn verschillende rollen in het werk op. Mijn schrijfrol vraagt bijvoorbeeld iets helemaal anders van mij dan het leiden van een team. Ook binnen je werk kan je dus compartimenteren. Het is een moeilijk woord, maar het is ook een lekker woord. Je moet echt in compartimenten denken.”
Is dat ook een oplossing voor het schuldgevoel waar veel vrouwen onder gebukt zouden gaan?
TEELING. “Dat schuldgevoel lijkt wel een nationale ziekte. Veel vrouwen lijden eraan. Natuurlijk is dat schuldgevoel ook wel een signaal, dus het is goed dat je het serieus neemt en er soms even naar luistert. Je moet je alleen wel afvragen of het ook terecht opduikt. Voel je je schuldig omdat je te veel naar je smartphone grijpt – iets wat bij mij regelmatig het geval is – dan moet je er misschien wel naar handelen en dat ding af en toe wegleggen. Zolang je je maar niet automatisch schuldig voelt over elke keuze die je maakt als moeder. Sommige aannames kloppen namelijk niet. Kinderen vinden het bijvoorbeeld wel lekker om af en toe eens door iemand anders te worden opgevangen. Bij opa en oma is het feest! Ik heb me daarom ook nooit schuldig gevoeld omdat iemand anders even voor mijn kinderen zorgde. Maar ik voelde me wel bezwaard om mijn ouders vaker in te schakelen. Tot mijn man me erop wees dat mijn ouders het net heerlijk vinden dat de kinderen bij hen zijn.”
Helpt die instelling ook om af te komen van het perfectionisme waar vrouwen naar zouden streven?
TEELING. “Weet je, mensen vragen me vaak waarom ik niet de Club van relaxte vaders heb opgericht, maar mannen hebben zo’n club veel minder nodig. Vrouwen kunnen nog heel veel van mannen leren. Even heel generaliserend gesteld: mannen kunnen op de dag dat ze thuis zijn met de kinderen bijvoorbeeld veel makkelijker zelf even lekker Netflix kijken terwijl de kinderen aan het spelen zijn. Vrouwen zouden op zo’n moment veel sneller denken dat ze de kinderen moeten vermaken. Mannen maken het zich gewoon veel makkelijker. Als ze het eten niet op tijd op tafel krijgen, bestellen ze even een pizza.
“Ik heb ook wel eens gehoord dat mannen zich veel beter op één iets kunnen focussen, zonder tegelijk aan honderdduizend andere zaken te denken, zoals vrouwen doen. Mannen slagen er dus ook beter in op het werk even niet aan de kinderen te denken. Eigenlijk had ik dit nieuwe boek niet hoeven te schrijven en had ik gewoon kunnen stellen dat vrouwen wat beter moeten kijken naar hoe mannen het doen.” ( lacht).
Elsbeth Teeling, Mom you can, Business Contact, 224 pagina’s, 20 euro
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier