Lage rente gaat nog lager
De Europese Centrale Bank heeft zijn rente nog maar eens verlaagd en zet de geldpersen aan het werk. Slecht nieuws voor spaarders die beleggen voor een inkomen.
Veel spaarders dachten dat de rente op hun spaarrekening niet lager meer kon zakken. Maar dat was buiten Mario Draghi en zijn collega’s bij de Europese Centrale Bank (ECB) gerekend: zij beslisten hun basisrente te verlagen van een schamele 0,15 naar een nog schamelere 0,05 procent. Bovendien worden de geldpersen aan het werk gezet. De ECB wil 1000 miljard euro aan obligaties opkopen. Al dat monetaire geweld heeft als bedoeling de banken aan het lenen te zetten en de dreigende deflatie af te wenden.
Mario Draghi wil een Japans scenario absoluut vermijden, waarbij dalende prijzen de consumenten aanzetten hun aankopen uit te stellen. Dat zou de economische groei afremmen en de prijzen nog verder doen dalen.
Risico en rendement
Als u belegt voor een inkomen, is dat allemaal slecht nieuws. De koersen van de obligaties in uw portefeuille zullen verder stijgen, maar voor vers geld zult u hard moeten zoeken naar rendement. Bij die zoektocht is het zaak nooit de verhouding tussen het risico en het rendement uit het oog te verliezen. De prijzen van overheidsobligaties van de hoogste kwaliteit — bijvoorbeeld Duitse Bunds — zijn buiten alle proportie, en zelfs Zuid-Europese overheidsobligaties bieden op tien jaar nog nauwelijks 3 procent bruto.
U kunt in uw obligatieportefeuille enkele obligaties van lagere kwaliteit opnemen, maar respecteer altijd de basisregel van het beleggen: diversificatie. Zorg ervoor dat u nooit voor meer dan 5 procent van uw portefeuille bent blootgesteld aan één enkele onderneming. Houd ook nauwlettend in het oog dat u die maximale blootstelling niet overschrijdt als u zowel aandelen als obligaties van die onderneming bezit, vooral op de kleine Belgische effectenmarkt.
Renteschok opvangen
Dividendaandelen zijn nog altijd een interessante aanvulling op de dure zekerheid van obligaties. Hoewel ook aandelen niet goedkoop meer zijn, vormen ze wel een goede tandem met obligaties. Ze houden meer risico in — noch het kapitaal, noch het dividend zijn gegarandeerd — maar uit studies blijkt dat een combinatie van obligaties en aandelen de ergste marktfluctuaties opvangt.
Morningstar heeft onlangs de impact van stijgende rentevoeten op beleggingsportefeuilles berekend voor de periode 1926 tot 2013 — een scenario dat volgend jaar in de Verenigde Staten mogelijk weer de orde is. Als de rente klimt, dalen de koersen van de bestaande obligaties. Historisch vallen de zwaarste klappen bij overheidsobligaties, terwijl aandelen de impact van een rentestijging nauwelijks voelen. De rente gaat omhoog in tijden dat de economie goed draait en dat bedrijven hoge winsten boeken, wat op zich goed nieuws is voor aandelen.
Zelfs een relatief beperkte blootstelling aan aandelen helpt een renteschok op te vangen. Volgens Morningstar boekte een portefeuille met 20 procent aandelen en 80 procent obligaties elke halfjaar van stijgende rentevoeten een positief rendement, ongeacht het tempo waarin de rente stijgt.
Portefeuille herwegen
Als u een doelstelling voor het gewicht van aandelen en obligaties in uw portefeuille hebt vooropgezet, is het belangrijk dat u die verhouding minstens één keer per jaar controleert en ze indien nodig bijstuurt. Stel dat u de helft van uw portefeuille in aandelen wilt aanhouden en de helft in obligaties. Na een goed beursjaar zal het gewicht van de aandelen wellicht boven 50 procent zijn gestegen. U dient dan een deel van uw aandelen te verkopen, om opnieuw naar 50 procent te gaan. Omgekeerd moet u na een slecht beursjaar een deel van uw obligaties van de hand doen om aandelen te kopen. Op die manier verkoopt u aandelen wanneer ze duurder zijn geworden en koopt u wanneer ze in waarde zijn gedaald.
Veel beleggers doen net het omgekeerde: ze kopen aandelen als ze al fors zijn gestegen, en verkopen als de aandelenkoersen zakken. Een gegarandeerd recept om geld te verliezen.
MATHIAS NUTTIN
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier