Kroniek van een aangekondigd huwelijk
De grootste veiligheidsgroep ter wereld, de Z&V Groep, heeft voortaan zijn hoofdzetel in Dilsen-Stokkem. Het bedrijf, negenhonderd medewerkers en een pro forma geconsolideerde omzet van 157 miljoen euro, is een fusie van de Kontichse veiligheidsspecialist Vandeputte en de Z-groep van Matty Zadnikar. Die richtte in hartje Limburg in 1995 zijn eerste bedrijf op, Safety Services. Dat bedrijf was een joint venture met Vandeputte en sindsdien zetelt Zadnikar in de raad van bestuur van Vandeputte. De krachtenbundeling van de twee is dus niet echt een verrassing.
De 46-jarige Zadnikar is een geboren ondernemer. Hoewel: “Indien de mijnen niet waren gesloten, dan werkte ik daar nu nog. Die sfeer ondergronds, dat is onvergelijkbaar.” Want hoewel hij uit een mijnwerkersfamilie stamt – opa en alle nonkels van moederskant waren kompels – wilden zijn ouders voor hun zoon alles behalve een carrière in de mijn. “Mijn vader is een Sloveen, die op zijn 21ste het toenmalige Joegoslavië ontvluchtte. Hij wilde naar Nieuw-Zeeland en hoopte na een jaar of drie in de mijn geld genoeg te hebben om zijn reis verder te zetten. Maar hij leerde mijn moeder kennen, een Limburgse van de Maaskant, en die zag dat niet zitten.”
Waarom dan toch in de mijn? “Het oude verhaal. Ik had vrienden, die een auto hadden, en centen. Ik had geen studieprobleem, maar wou ook die vrijheid.” Hij begon in augustus 1980 en in september stelde het hoofd opleidingen hem een alternatief voor: technisch ingenieur mijnbouw, waarbij hij drie dagen per week school volgde en twee dagen in de mijn werkte. In 1988 werd Eisden gesloten en hij kwam terecht bij Irea. Die vzw hield zich bezig met het onderhoud van veiligheidsmaterieel en het geven van opleidingen over veiligheid aan mijnwerkers. “Ik werkte toen al voor bedrijven als BASF en Bayer, en vanaf 1992 werd ik commercieel directeur om die opleidingen te vermarkten.”
Toen in 1994 de laatste mijn dicht ging, had Zadnikar zijn plannen klaarliggen om met een eigen bedrijfje te beginnen. De Limburgse Reconversiemaatschappij zag wel wat in het idee, maar oordeelde dat de financiële basis niet aanwezig was. “Wij zijn uiteindelijk één van de weinige geslaagde diversificaties. Ik hoop dat het gegeven dat wij het hebben kunnen doen zonder subsidies, ook anderen de nodige moed geeft om door te zetten.”
Uiteindelijk vond hij Vandeputte, een wereldspeler in verkoop van veiligheidsmaterieel, bereid om 51 % van het kapitaal in te brengen. Ruggengraat van het nieuwe bedrijf waren een groep ex-mijnwerkers, die eerst het veiligheidsmaterieel onderhielden en het vervolgens ook begonnen te verhuren.
Zadnikar is een adept van management by walking around. Vorig jaar was hij projectleider bij BP; dit jaar begeleidt hij een onderhoudsbeurt bij Total in Leipzig. “Dan ben ik even niet de baas, gewoon een lid van het team. Maar ik haal daar ook veel uit: je ziet de kracht en zwakte van onze eigen organisatie, maar ook de opportuniteiten, de noden van de klant.”
Hij spiegelt zich aan Richard Branson, van de Virgingroep. “Ik ben ook een ondernemer pur sang, een vat vol ideeën en innovaties. Maar ik heb ook een sterk management nodig rond mij, dat die ideeën in iets bruikbaars omzet.” De dagen zijn lang: bijna nooit na zes uur ‘s ochtends en zelden voor 21 uur ‘s avonds thuis. Op zondagvoormiddag werkt hij ook. Naast vrouw en drie kinderen gaat de resterende vrije tijd op aan de automobielsport. “Het was een jeugddroom om ooit mee te kunnen doen aan wedstrijden als Belcar en de Touring Cup. Nu heb ik daar tijd voor gemaakt en ben ik bezig mijn circuitlicentie te halen.”
In het zakenleven houdt hij er eenzelfde sneltreinvaart op na. Toen bij Vandeputte in 1999 een externe CEO aan het roer kwam, die oordeelde dat Safety Services niet in het strategische plaatje paste, bleef het onderhoudsluik bij Vandeputte. De verhuur van veiligheidsmaterieel en -personeel bracht Zadnikar onder in het nieuwe Safety & Rental Services. Daarmee bouwde hij een totaal dienstverleningspakket uit voor onderhoud-shutdowns bij petrochemische bedrijven.
SRS steeg van nul euro omzet naar 11 miljoen, maar door de economische terugval moest het eind 2003 op zoek naar een partner die de verdere groei kon ondersteunen. Dat werd het Duitse Dräger Safety, maar de samenwerking bracht niet helemaal wat Zadnikar ervan had gehoopt. “Financieel zijn we door die samenwerking enorm geprofessionaliseerd, maar de verkoopsmatige ondersteuning in de rest van Europa bleef wat achterwege.” Toen in 2006 bleek dat Dräger zich wilde terugplooien op de productie, terwijl de Limburgse zakenman juist de dienstenpoot verder wou uitbouwen, kocht Zadnikar de Duitsers opnieuw uit.
Een maand later pakte hij uit met een nieuwe bedrijfsnaam: Z-Groep, die voor 2008 mikt op een winst van 6,75 miljoen euro op een omzet van 58 miljoen euro. Onder het Z-banier vallen vijf divisies: Z-Safety (het vroegere SRS, veiligheidsbeheer bij shutdowns), Z-Services (diensten), Z-Staffing (interim), Z-Rental (verhuur) en Z-Monitoring (veiligheidstechnologie). Tegelijk ging Zadnikar ook de dialoog aan met Vandeputte, wat uiteindelijk resulteerde in de huidige fusie tot Z&V Group. Voorlopig blijven er drie CEO’s, al is het de bedoeling om binnen maximaal drie jaar naar één topman te evolueren, mede afhankelijk van de persoonlijke agenda’s van elk van de drie.
Met Midera werd alvast een eerste overname gerealiseerd. “Wij staan nogal sterk in West-Europa, al bekijken we ook de mogelijkheden in het Verenigd Koninkrijk en Spanje. Midera heeft al een positie opgebouwd in Oost-Europa en heeft ook een sterk concept voor het wassen van kledij. De komende twee jaar gaan we de drie huidige slagschepen op de juiste koers brengen, maar in de toekomst blijven we openstaan voor slimme overnames.” (T)
Luc Huysmans
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier