Koffie met kunststof

Roeland Byl redacteur bij Trends

Met de overname van de kunststoffabriek MCO in Polen bevestigt de Turnhoutse koffiebrander Miko zijn ambities. Gezonde zuinigheid kenmerkte totnogtoe het beleid van deze voorzichtige Kempenzonen. Het beursgenoteerde bedrijf van de familie Michielsen verandert het geweer van schouder en kiest voor een versnelde groei.

Bydgoszcz, Poznan, (Polen).

Sedert de naam Miko in de herfst van 1998 voor het eerst op de beurstabellen verscheen, bleven Willy Menève (64 j.) en Frans Michielsen (52 j.) – de bestuurderstandem van de koffiebrander uit Turnhout – niet bij de pakken zitten. Ze investeerden 102 miljoen frank in hun kunstofafdeling in Turnhout voor de uitbreiding van productiecapaciteit en opslagcapaciteit. In februari 1999 nam Miko ook de West-Vlaamse sectorgenoot Bruynooghe’s Koffie – nettowinst van 5 tot 10 miljoen frank op een omzet van 175 miljoen – over. En nu is er de acquisitie van Modern Conditioning Operations ( MCO) in Polen.

Eindelijk, want uitbreiding naar het Oosten stond al langer op het verlanglijstje van de onderneming van de familie Michielsen (die nog steeds 55% in handen heeft van de Miko-groep). “We hebben al sedert vorig jaar een Pools verkoopkantoor voor onze kunstofproducten: Miko Polska in Poznan haalde in 1998 een omzet van enkele tientallen miljoenen frank, voor 1999 voorzien we goed 50 miljoen frank. In 1997 merkten we op een vakbeurs in Poznan dat er in het Oostblok veel interesse bestond voor onze kunststofproducten. We konden al snel klanten werven. Omdat het transport van dozen relatief duur is door de hoeveelheid vervoerde lucht, zochten we al een tijdje naar mogelijkheden om ginds een productievestiging te openen.”

Een eerste poging om in de buurt van Warschau een klein bedrijfje over te nemen, bleek een slag in het water. “Te klein en te ouderwets voor ons,” besloot gedelegeerd bestuurder Frans Michielsen. De tweede kandidaat die in overweging werd genomen, kon wel de juiste geloofsbrieven voorleggen en zal veel minder pionierswerk vergen. “MCO is een relatief modern kunststofbedrijfje,” aldus Menève, die op 1 mei de fakkel als algemeen directeur doorgeeft aan Frans Michielsen. “Je moet het natuurlijk door een Poolse bril bekijken, maar we waren onder de indruk van het machinepark, de kwaliteit van de werknemers en zeker ook van de cijfers die het bedrijfje kon voorleggen.”

MCO uit Bydgoszcz haalde vorig jaar een omzet van 100 miljoen frank en is al enkele jaren winstgevend. De winst bedroeg in 1998 circa 7 miljoen frank, maar dat resultaat had zwaar te lijden onder de Russische crisis. “De hele Poolse economie kampt met een dalende vraag uit Rusland, traditioneel een belangrijke handelspartner,” legt technisch directeur Janusz Olszewski uit. “We proberen nu om te schakelen en nieuwe afnemers te zoeken. De tweede jaarhelft van 1998 en de eerste maanden van 1999 waren lastig. Sedert einde februari zien we tekenen van beterschap.”

“We blijven in de eerste plaats een koffiebrander”

De wortels van Miko gaan terug tot 1801, toen de familie Michielsen in Turnhout een koffiebranderij opstartte. Het bedrijf Miko – wat staat voor Michielsen Koffie – ontgroeide in de jaren zestig de status van regionale koffiebrander door specialisatie in de niet-huishoudelijke koffiemarkt, in het jargon out of home genoemd.

Al bijna 25 jaar werkt de onderneming ook aan diversificatie buiten het koffiesegment. Het gevolg is een hybride structuur waarbij 25% van de omzet – 1,58 miljard frank in 1998 – stamt van de kunststofactiviteiten en 75% van de koffiegerelateerde activiteiten. Daartoe hoort ook de assemblage van koffiezetautomaten. “We nemen wel een producent van plasticflessen over, maar toch blijft Miko in de eerste plaats een gespecialiseerde koffiebrander,” onderstreept Willy Menève.

Het derde sleutelwoord waaraan de familiale groep zijn strategie ophangt, is internationalisering. Vandaag is de onderneming met koffieapparaten en kunststof actief in zeventien landen en telt elf dochterondernemingen.

Oorspronkelijk was

Miko enkel actief in de retailmarkt en leverde hoofdzakelijk koffie aan kruideniers. De komst van de grootdistributie – met private labels – en de intrede van enkele buitenlandse multinationals in de Belgische markt deden Miko van koers veranderen. Vandaag noemt Miko zich een koffieservicebedrijf dat zich in zijn koffieactiviteiten richt op het out of home-segment. De belangrijkste afnemers zijn de horeca en bedrijfskantines. “We ontdekten dit principe tijdens een reis naar de Verenigde Staten,” vertelt Willy Menève. “De marge is hoger dan in retail en de klantenbinding sterker. In België was dit mechanisme nog onbekend. We speelden de rol van pioneer en achteraf blijkt dat een goede keuze.” De koffiebrander stelt aan scholen, bedrijven en restaurants een speciaal koffiezetapparaat ter beschikking. De aankoop, het onderhoud en herstellingen zijn allemaal voor rekening van het koffieservicebedrijf Miko. In ruil dient de klant maandelijks een minimale hoeveelheid koffie af te nemen. Om het systeem sluitend te houden, werken de apparaten alleen met eigen ontworpen filtersystemen van de koffiebrander.

Het principe van de koffieservice is eenvoudig, maar het veranderde de business van Miko volkomen. “We moesten heel erg servicegericht denken. In die mate zelfs dat we een van de eerste bedrijven in België waren die experimenteerden met telemarketing.”

Kunststof vangt prijsschommelingen in koffiemarkt op

De koerswijziging kwam er ook door productdiversificatie in kunststof. Die ontstond – zoals de familiale traditie het wil – geleidelijk, bijna volgens natuurlijke weg. “In 1960 begonnen we met de productie van een plastic eenkopsfilter,” vertelt Willy Menève. “Geleidelijk groeide die uit tot een volwaardige bedrijfstak.”

De ontwikkeling van kunststofactiviteiten versnelde vanaf 1975. Toen zocht de onderneming een methode om de prijsschommelingen in de koffiemarkt te kunnen opvangen. Omdat Miko door de productie van koffiefilters de nodige knowhow opbouwde over polypropyleen dat tegen temperatuurschommelingen bestand moest zijn, besloot de groep de activiteit uit te breiden naar ijsroomverpakkingen en later nog andere verpakkingsmaterialen.

Ook het toeval

speelde in deze ontwikkeling een niet onbelangrijke rol. Michielsen: “Begin jaren tachtig onderhandelden we met onze naamgenoot, de Franse familiale ijsroomproducent Miko ( nvdr – later door Unilever opgekocht) over het gebruik van onze gemeenschappelijke naam. Naast het akkoord over de naam kwamen we terug met de opdracht voor Miko in Frankrijk een kunststofverpakking te produceren. Daarin lagen de kiemen van de uitbouw van de kunststofverwerking voor externe klanten.”

In 1983 kocht Miko in Sint-Niklaas het plastiekverwerkende bedrijf De Geest en herdoopte zijn kunststofactiviteiten van Miko Plastic Center in MPC-DG Plastics als zelfstandige vennootschap binnen de groep. De overname betekende een stap voorwaarts in de uitbouw van de kunststofactiviteiten van de koffiebrander. Vooral dankzij de techniek van het in mould labelen, waarbij etiketten tijdens het spuitgieten in de verpakking worden gesmolten, groeide binnen de groep de poot kunststofverwerking uit tot een volwaardige bedrijfstak. “Vandaag nemen de orders voor andere afdelingen binnen de Miko-groep nog slechts 12% in van de omzet van MPC-DG,” zegt Jan Michielsen, neef van Frans en commercieel directeur van MPC-DG. Dat betekent met andere woorden dat 88% van de productie naar externe klanten gaat. Daaronder enkele grote internationale voedingsproducenten.

Het evenwicht

tussen beide activiteiten zorgt voor een betrouwbare basis. Bovendien liggen de winstmarges in de out of home-markt hoger dan in de retail. “We voelen minder van de dalende vraag naar koffie,” vertelt Willy Menève. “We merken eigenlijk in onze belangrijkste afzetgebieden zelfs nog een omzetgroei. Mensen drinken thuis misschien wel minder koffie, maar het koffieverbruik in bedrijven en in de horeca neemt toe. Vorig jaar steeg in Frankrijk onze verkoop met 14%, in Engeland met 30%; Nederland groeide 12% en België 11%.”

Nog meer participaties in het verschiet

Al voor de beursgang was Miko bezig aan een gestage expansie. Het bouwde in 1978 de assemblagedochter Mepaco uit, die het gamma speciale koffieapparaten fabriceert voor de out of home-markt. Dat gebeurt in licentie van het Amerikaanse Brewmatic. In het kader van verticale integratie nam Miko in 1997 de plaatslager Campina uit Vosselaar over, die het karkas van de percolatoren levert.

Internationalisering kwam er vanaf 1983. Toen nam de groep in Frankrijk een koffieservicebedrijf over. Het werd herdoopt tot Miko Café Service en bewerkt de Franse markt. Ook Engeland, de nieuwe Europese groeimarkt voor koffie kwam aan de beurt. Miko kocht in 1993 United Beverages en Master Brew, dat een netwerk van ongeveer vijftig franchisenemers telt. In drie daarvan nam Miko al een participatie van 51%. “We willen op termijn een geheel eigen verkooporganisatie uitbouwen in Groot-Brittannië en nog meer participaties nemen,” aldus Menève.

In België was er Bruynooghe’s Koffie. Willy Menève: “De acquisitie van sectorgenoot Bruynooghe is belangrijk omdat het onze greep op de horeca aan de kust vergroot. De merknaam Bruynooghe blijft overigens behouden.”

Als voorlopig laatste

overname krijgt Miko nu met MCO voet aan de grond in het Oostblok. De acquisitie in Polen opent perspectieven. Voor de kunststofverwerking betekent dit een uitbreiding van de productiemethoden en knowhow. Frans Michielsen: “Aanvankelijk produceerden we alleen voor onze eigen behoeften volgens het procédé van thermoformeren. Na de overname van DG in 1983 breidden we ons gamma uit met de techniek van het spuitgieten. MCO vervolledigt het palet met blaasgieten. Hiermee hebben we de mogelijkheid om volgens de drie gangbare technieken te produceren.”

De overname laat ook toe nieuwe niches aan te boren. “Nu staan we al sterk in de ijsroom-, salade- en kaasverpakkingen. Miko wil nu ook proberen om via de nieuwe klanten en technieken verder aan productdifferentiatie te doen.”

Ook geografisch

is deze overname een stap voorwaarts. “Omdat we al een verkoopkanaal hebben in Polen kunnen we met een eigen productievestiging de transportkosten drukken. Daarnaast bieden het terrein en het gebouw ook interessante mogelijkheden voor de start van de koffieserviceactiviteiten in het Oostblok. Wat niet betekent dat we de productie naar Polen willen verplaatsen,” beklemtoont Willy Menève.

Heel belangrijk voor de overname was het aanblijven van het huidige Poolse management dat er nu al actief is. “We starten niet in een vacuüm. MCO heeft goede contacten en een eigen klantenbestand. Bovendien is de ploeg technisch bekwaam en vertrouwd met het particuliere klimaat van een Oostblokland. En de aanwezigheid van een lokale productievestiging schijnt een voordeel te zijn bij het verkopen van contracten.”

De fabriek van MCO maakt momenteel pvc- en polypropyleenflessen voor shampoo en toiletproducten. Op termijn biedt de acquisitie de mogelijkheid om de productie van het Oostblok in te voeren in West-Europa. Zo levert MCO nu al flessen voor de geurverspreiders van Aldi in België.

Totnogtoe financierde Miko zijn expansie bijna uitsluitend met eigen middelen. Analisten bestempelden daarom Miko als een bedrijf zonder schulden. Deze voorzichtige aanpak viel niet altijd in goede aarde. De beursgang verplicht Miko om scherper te staan en het geweer van schouder te verwisselen. “We willen nu sneller groeien en de markt agressiever benaderen,” zegt Willy Menève. “Daarom financieren we deze overname slechts gedeeltelijk met eigen middelen en het saldo betalen via een lening bij de bank.”

De investeringsgraad ligt de jongste jaren relatief hoog. Vorig jaar investeerde Miko voor 284 miljoen frank, wat neerkomt op bijna 18% van de omzet. Michielsen: “De acquisities niet meegerekend zal dat dit jaar minder zijn. We blijven het machinepark voor koffieservice uitbreiden en investeren in de installatie van een ERP-pakket.”

ROELAND BYL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content