De tijd dat je goudsmid moest zijn om juwelen te maken, is voorbij. Sinds 2013 stippelt Ina Suffeleers een succesvol parcours uit met haar in 3D geprinte sieraden.
Ina Suffeleers werkte meer dan twintig jaar in de technologiewereld. Ze verzorgde de communicatie en de marketing van start-ups zoals Netvision/ Ubizen, Porthus en Descartes. Vijf jaar geleden gooide ze haar carrière over een andere boeg. Ze begon haar eigen juweelmerk: Ola, vernoemd naar haar kinderen, Otis en Lola. “Ik had zin in iets anders. In mijn vrije tijd ontwierp ik juwelen. Omdat ik geen goudsmid ben, was het moeilijk mijn ideeën te realiseren. Zo kwam ik uit bij 3D-printing”, vertelt Suffeleers.
Haar eerste collectie presenteerde ze in oktober 2013. Ze heeft er een jaar aan gewerkt. “Ik begon heel kleinschalig. Omdat ik nog freelanceopdrachten deed, was de opstart niet zo spannend”, vertelt ze. Het succes volgde al snel. “Ik ging met mijn collectie langs bij een paar winkels. Ik ging ervan uit dat ze me feedback zouden geven, maar in plaats daarvan plaatsten ze bestellingen. Ik had niet eens bestelbonnen bij me”, herinnert ze zich. Intussen brengt ze twee collecties per jaar uit, gemaakt van kunststof en metaal. Die presenteert ze op Maison & Objet in Parijs, een vakbeurs waar vooral interieurmerken staan. “Mijn stukken verkopen niet bij klassieke juwelierszaken, veeleer in conceptstores en museumwinkels zoals die van Tate Modern in Londen en het Centre Pompidou in Parijs.”
Voorlopig doet Suffeleers alles nog zelf, alleen de verkoop in België besteedde ze uit aan een distributeur. De productie van de juwelen gebeurt in Nederland en België. “Ik houd vast aan de pure vormentaal die Ola al sinds het begin kenmerkt. Als een van mijn klanten me vraagt een ketting in een andere kleur te maken, doe ik dat niet. Ik vaar mijn eigen koers. Als marketeer weet ik hoe belangrijk de eigenheid van je merk is.” Haar strategie voor de komende jaren? “Met mijn merk ben ik nu aanwezig in veel landen. Nu streef ik naar meer winkels in de landen waar Ola al te koop is”, vertelt Suffeleers.
Iris De Feijter
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier